Gelderland

Experts maken zich zorgen over verspreiding ziektes door tijgermug

Kees en de tijgermug
© NOS/ANP
ARNHEM - Op een recordaantal plekken is de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) gestart met het bestrijden van de tijgermug, waaronder op de Paasberg in Arnhem. Ze proberen de larven en poppen van de mug te doden. Experts maken zich zorgen over de opmars van de mug.
"Er moet meer rekening gehouden worden met plotselinge uitbraken. Wie neemt welke verantwoordelijkheid op het moment dat het misgaat? De historie van Q-koorts en COVID-19 heeft laten zien dat de overheid lang niet altijd de regie goed in handen heeft", vertelt Bart Knols, medisch entomoloog en vectorbioloog, gespecialiseerd in muggen en malaria. Hij maakt zich zorgen over de toename van de mug, vooral op lange termijn.
"Er moet zeker rekening gehouden worden met de opkomst van de tijgermug", vindt ook Marnix Vlot, coördinator van het onderzoeksprogramma TropiQ dat insecticiden ontwikkelt. "Het ontwikkelen van nieuwe middelen om de muggen te doden duurt minstens tien jaar. Het is een kwestie van tijd dat de tijgermug in Nederland wel besmet is en dan breekt het los. In geval van een uitbraak zijn we dan niet goed voorbereid."

Lange termijn niet te voorkomen

Desalniettemin wordt de opkomst van de tijgermug in Nederland goed gemonitord en komt de mug nog niet zo heel veel voor, weet een woordvoerder van het RIVM. "De NVWA houdt alles in de gaten en bestrijdt de tijgermuggen door ze uit voorzorg uit te roeien." Toch meldt de woordvoerder dat vestiging op lange termijn niet te voorkomen is.

Muggen bestrijden

Vooral stilstaand water is een potentiële muggenbroedplaats, waarschuwt insecteninspecteur Kees Mertens, die maandag gewapend met een zaklamp verschillende huizen op de Paasberg langsging. Hij controleerde stilstaand water op larven. Ook liet hij voor de zekerheid met een lange buis een paar korrels bestrijdingsmiddel in het water vallen waardoor de larven zich niet verder kunnen ontwikkelen.
Op 37 plekken in Nederland, waaronder 22 woonwijken onder meer in Arnhem, is vorig jaar door de NVWA de tijgermug aangetroffen. Van al die locaties is het niet duidelijk of de mug ook echt is uitgeroeid. "Het muggenseizoen loopt tot ongeveer oktober en dan kunnen er nog eitjes in de broedplaatsen zitten", vertelt Arjan Stroo van de NVWA. In het voorjaar kunnen deze eitjes weer uitkomen, daarom hervatte de NVWA de bestrijding.
De insecteninspecteur raadt aan om bakjes, emmers of parasolvoeten waar stilstaand water in kan zitten, leeg te gooien en om te keren zodat de tijgermug geen kans heeft om eitjes te leggen.

Overdragen van ziekten

In 2010 is de NVWA begonnen met het bestrijden van de mug die ziekten kan verspreiden. "De tijgermug is een goede overdrager van mogelijke gevaarlijke virusziekten zoals zikakoorts, knokkelkoorts (dengue) of chikungunya", weet Knols.
De tijgermug kan deze ziekten alleen verspreiden als deze al onder de bevolking aanwezig is. Volgens het RIVM zijn er vooralsnog alleen gevallen van knokkelkoorts en chikungunya bekend bij mensen die in het buitenland geïnfecteerd zijn, meldt de NOS. "Wel raakten in 2020 vijf mensen in Utrecht en twee in Arnhem besmet met het Afrikaanse westnijlvirus, overgedragen door Nederlandse muggen", meldt Knols.
"Mensen nemen de muggen mee naar Nederland na het bezoeken van een vakantiebestemming", ziet Knols. De mug heeft zich al permanent gevestigd in onder andere Italië en de Middellandse zeekust van Spanje maar ook al in Frankrijk en Zuid-Duitsland.