"Het is een race tegen de klok om hongersnood in het noorden van Gaza af te wenden", zei Philippe Lazzarini, directeur van het VN-agentschap voor hulp aan Palestijnse vluchtelingen (UNRWA), dinsdag op een persconferentie in Genève. "In april kwamen meer voorraden binnen, maar dat is nog steeds verre van genoeg om de negatieve trend die we zien om te buigen."
"Op de markten is weliswaar meer voedsel aanwezig, maar dat betekent niet automatisch dat het ook toegankelijk is", ging de UNRWA-directeur verder. "Er gaat bijna geen cashgeld meer rond."
Lazzarini herhaalde de klacht van andere VN-functionarissen en hulporganisaties, dat Israël de voedselhulp op allerlei manieren dwarsboomt. "Als we toestemming vragen voor een konvooi van het zuiden naar het noorden, wordt dat systematisch afgewezen. Voor de levering van hulpgoederen aan andere delen van Gaza is het proces ingewikkeld en belastend. Openingstijden van grensovergangen zijn bijvoorbeeld heel beperkt en variëren dagelijks."
Israël en de VN bakkeleien over noodhulp
Israël zei eind vorige week dat de hoeveelheid voedselhulp aan Gaza over land in de afgelopen weken is toegenomen naar gemiddeld vierhonderd vrachtwagenladingen per dag. Het VN-bureau voor de Coördinatie van Humanitaire Aangelegenheden (OCHA) komt op basis van eigen tellingen uit op een gemiddelde van 189 ladingen per dag in de afgelopen twee weken.
Israël en de VN beschuldigen elkaar van verkeerde telmethodes. "In plaats van een telling van het daadwerkelijke aantal vrachtwagens dat de Gazastrook binnenkomt, tellen zij alleen de trucks die ze aan de Gazaanse kant van de grens hebben opgepikt", stond in een recente verklaring van COGAT, de Israëlische overheidsdienst die toeziet op de stroom van hulpgoederen naar Gaza.
Een OCHA-woordvoerder wierp tegen dat de trucks die Israël doorlaat vaak maar halfvol zijn geladen. De VN telt in hele ladingen, zei de woordvoerder.
De Israëlische regering ontkende eind maart dat hongersnood dreigt in Gaza. Volgens Israël komt er daarnaast genoeg voedsel binnen, maar wordt veel van die hulp gestolen door Hamas of inefficiënt verdeeld door de VN.
Tussen Israël en de VN rommelt het al langer
De onenigheid over noodhulp komt boven op een andere bron van spanning tussen Israël en de VN. Israël beweert dat negentien UNRWA-medewerkers direct betrokken waren bij de Hamas-terreuraanvallen op 7 oktober vorig jaar.
Het interne onderzoeksbureau van de VN maakte vorige week vrijdag bekend dat de zaak tegen een van de UNRWA-medewerkers is afgesloten, omdat Israël geen bewijzen voor zijn schuld leverde. De zaken tegen vier andere medewerkers zijn tijdelijk opgeschort, ook wegens gebrek aan informatie van Israëlische zijde. Veertien anderen zijn nog onderwerp van onderzoek.
Het Israëlische ministerie van Buitenlandse Zaken reageerde furieus op die bekendmaking. "De claim dat Israël geen informatie deelde over de samenwerking tussen UNRWA en Hamas is pertinent onwaar", schreef het ministerie in een verklaring. "UNRWA is diep geïnfiltreerd door terroristische organisaties." Israël eist al jaren dat de VN-organisatie wordt opgedoekt.
UNRWA loopt steun van Amerikanen en Britten mis
Na de Israëlische beschuldigingen over de negentien UNRWA-medewerkers zetten zestien landen hun financiële steun aan UNRWA tijdelijk stop. De meeste van die landen, op "een handvol na", hebben hun steun inmiddels hervat, zei UNRWA-directeur Lazzarini dinsdag.
Onder die handvol landen zijn wel grote donoren zoals de Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk. Daardoor loopt UNRWA nog 267 miljoen dollar (249 miljoen euro) aan steun mis.
Volgens Lazzarini ontving UNRWA de afgelopen tijd wel donaties van landen die niet eerder gaven. Daarnaast groeiden volgens hem de privédonaties die in het afgelopen half jaar binnenkwamen naar 115 miljoen dollar.