Direct naar artikelinhoud
Poetin heeft geen recht om oorlog te voeren, Zelensky wel
Column

Poetin heeft geen recht om oorlog te voeren, Zelensky wel

In het oude Egypte, Griekenland en Rome werd al ­gediscussieerd over moraliteit en oorlog. Nu weer. Zowel in het Midden-Oosten als in Oekraïne worden mensenlevens opgeofferd voor onhaalbare doelstellingen, zoals de demilitarisering en denazificatie van Oekraïne en de vernietiging van Hamas. Dus klinkt de roep om onderhandelingen. Maar de uitkomst daarvan moet rechtvaardig zijn, dus niet de agressor bevoordelen. De grote vraag is hoe je dit bereikt.

Daarvoor moeten we te rade gaan bij de filosoof en kerkvader Augustinus (354-430) die als eerste het begrip rechtvaardige oorlog uitwerkte. Hij vond dat christenen geweld niet hoeven af te zweren, want God heeft hen nu eenmaal het zwaard geschonken. Dat mogen ze volgens hem alleen gebruiken in opdracht van een legitieme leider die de vrede wil beschermen of kwaad wil bestraffen.

Uiteindelijk leidde dit tot het concept van jus ad bellum of het recht om oorlog te voeren. Dat recht bestaat als de oorlog wordt gevoerd door een regering, er een gerechtvaardigde grond is, plus een gerede kans op succes én als oorlog het laatste redmiddel is.

Op geen enkel punt voldoet Poetins agressie tegen Oekraïne hieraan. Hij erkent Oekraïne niet als zelfstandige staat en begon een niet-uitgelokte oorlog tegen dat land. Voor deze agressie bestaat hoe dan ook geen rechtvaardiging, terwijl militaire steun voor Oekraïne volgens het internationale recht mag. Omdat het hier om een onrechtmatige oorlog gaat, is elke poging tot begrip voor Poetins volgens mij onzin.

Aanval van Hamas en de reactie van Israël

De aanval van Hamas op Israël voldeed ook niet aan de criteria van een rechtvaardige oorlog. De reactie van Israël was daarom absoluut gerechtvaardigd.

Als een oorlog uitbreekt verschuift de discussie naar jus in bello, of hoe de oorlog gevoerd wordt. Dan gaat het om criteria als militaire noodzaak, proportionaliteit, en het maken van onderscheid tussen combattanten en non-combattanten en legitieme en niet-legitieme doelen.

Poetin lapt met zijn aanvallen op flatgebouwen en nutsvoorzieningen als water en elektriciteit al deze uitgangspunten aan zijn laars.

Ook Netanyahu liep in Gaza van de rails. Het grote aantal burgerdoden, verwoeste ziekenhuizen, dreigende hongersnood en het bombarderen van een ommuurde enclave waaruit geen ontsnappen mogelijk is, spoort niet met jus in bello.

Dus moet druk op Rusland en Israël worden uitgeoefend om de strijd te staken. Maar hoe? In het Midden-­Oosten is een politiek proces gaande. Alle partijen onderhandelen. De Veiligheidsraad heeft met instemming van Amerika een bindende resolutie voor een staakt-het-vuren aangenomen. Israël is inmiddels voor de internationale rechter gesleept. En bondgenoten dreigen de steun voor Israël in te trekken.

Uiteindelijk gaat Israël wel overstag. Het gevolg is dat het land aan de schandpaal wordt genageld, maar niet van de kaart wordt geveegd.

Voor Oekraïne ligt het anders. Hier is geen sprake van een politiek proces. De Veiligheidsraad is door Russische en Chinese veto’s verlamd. Poetin wil winnen en niet onderhandelen. Zelensky wil zijn land verdedigen en vreest voor het voortbestaan van Oekraïne.

Hem dwingen tot concessies beloont Poetin die jus ad bellum en jus in bello aan zijn laars lapt. Stopzetten van de militaire steun verhindert Zelensky dus om tot een rechtvaardige vrede te komen. Augustinus zou zich omdraaien in zijn graf.

Rob de Wijk is hoogleraar internationale relaties en veiligheid aan de Universiteit Leiden en oprichter van het Den Haag Centrum voor Strategische Studies (HCSS). Hij schrijft wekelijks over internationale verhoudingen. Lees zijn columns hier terug.