Van de hoofdredactie: Journalist loopt gevangenis in, mag dat?

Rechtbanktekening van Jamel L.
© Theresa Harters
DEN HAAG - Twee journalisten lopen de gevangenis in om een verdachte in een strafzaak te spreken. Mag dat eigenlijk wel zomaar? Hoofdredacteur Henk Ruijl legt uit wat er de afgelopen weken op het pad kwam van de collega’s Liza Janson en Chris van Dijk van Omroep West in hun onderzoek naar Jamel L. Dat is de man die een Albert Heijn-medewerkster doodstak en die donderdag voor de rechter stond.
Het bezoek dat Liza en Chris, die een podcastreeks maken over de kwestie, aan verdachte Jamel in de gevangenis brengen gaat bepaald niet ongemerkt voorbij. Zo hangt het ministerie van Justitie en Veiligheid, dat over de gevangenissen gaat, aan de lijn. Daar is de vraag informerend, vooral of we dit bezoek hebben gebracht, omdat we van het ministerie nog geen antwoord op persvragen van onze kant hebben ontvangen. Het Openbaar Ministerie trekt een stuk feller van leer en brengt met een delegatie een bezoek aan onze omroep. Hun conclusie: wij zijn wel erg lichtzinnig te werk gegaan om met deze verdachte te gaan praten. De advocaat van Jamel noemt onze werkwijze in een mail 'buiten alle proporties en niet goed te praten'. Ze spreekt van een procedure bij de Raad voor de Journalistiek en stelt een kort geding tegen de omroep in het vooruitzicht als we ook maar iets uit het gesprek met Jamel publiceren.
We hebben iets gedaan wat ongebruikelijk is. Een bezoek brengen in de gevangenis aan een verdachte in een lopende strafzaak. Hoe is dat zo gekomen? En: hebben wij grenzen overschreden? Gingen we lichtvaardig te werk? Vragen die des te meer van belang zijn nu we tijdens de behandeling van de strafzaak, afgelopen donderdag in Den Haag, zelf werden genoemd. De advocaat van Jamel stelde openlijk voor de rechtbank: 'Middels listige kronkels zijn journalisten zelfs, buiten mijn weten om, maar ook buiten het weten van de gevangenisdirecteur om, in gesprek gegaan met de cliënt. Uiteindelijk heeft dit zelfs geleid tot een nog steeds lopende procedure bij de Raad voor de Journalistiek. En de media-aandacht speelt wat ons betreft dan ook een prominente rol ten aanzien van de strafmaat.'

'Grenzen overschreden'

Ook stelt de advocaat: 'De grenzen van het betamelijke, zelfs voor de pers, zijn overschreden. Wij kregen het verzoek om mee te werken aan de podcast, wij hebben dit aanbod afgeslagen, toch meenden de journalisten dat het antwoord in deze zaak niet genoeg was. Uiteindelijk zijn zij de gevangenis in geweest en werden zij betrapt door de beveiliging. Waar naderhand duidelijk werd dat zij journalist zijn. De ophef die dit zowel binnen het PPC (penitentiair psychiatrisch centrum, red.) als bij mijn cliënt veroorzaakte, is niet te overzien geweest. Wat de verdediging betreft zijn er ook voor journalisten morele en ethische grenzen. In de podcast zeggen de journalisten dat ze 'uiteindelijk oog in oog staan met verdachte', alsof het gaat om een dier dat in dierentuin bezocht kan worden.' De advocaat vindt dat deze en andere media-aandacht moet leiden tot strafvermindering.
Het komt niet dagelijks voor dat je als journalistiek zo de maat wordt genomen. Of genoemd als optie op weg naar een lagere straf. Liza en Chris waren niet in de gelegenheid donderdag in de rechtbank hun kant van de zaak te belichten, dus als omroep doen we vandaag een poging tot reflectie en wederhoor. Bepaald niet bedoeld om ons straatje schoon te vegen; wanneer we lessen dienen te trekken dan doen we dat. Maar laten we allereerst alle feiten op een rij zien te krijgen. Hoe kwamen deze collega’s in contact met Jamel? En loop je in dit land dan zomaar een gevangenis in?

Populaire podcast

De publicatie van de podcast, we zitten inmiddels op aflevering 6, gaat niet ongemerkt voorbij. Deze week belandt de serie op plek 2 van de 100 populairste podcasts in Nederland; kennelijk weten beide makers een gevoelige snaar te raken. Ze leggen in hun verhalen, die tot heel wat nieuwspublicaties leiden, veel misverstanden en fouten van overheidswege bloot in een dramatische aaneenschakeling van gebeurtenissen die op 20 juni 2023 aan de Haagse Turfmarkt leiden tot de dood van Antoneta Gjokja.
Wat is er gebeurd? Voor deze podcast zijn Liza Janson en Chris van Dijk in het leven van Jamel gedoken. Ze spreken met familie van de verdachte op Curaçao, met mensen in zijn omgeving die door hem zijn bedreigd en met deskundigen en woordvoerders van diverse instanties in meerdere landen. Ook gaan ze langs bij een vrouw die bij Jamel in de gevangenis op bezoek is geweest. Zij is het die de verdachte een kaartje stuurt waarin zij schrijft dat Chris en Liza hem graag zouden willen spreken en zo dus voor ons contact weet te leggen.

Veel misgegaan

Dat doen we allemaal omdat in deze kwestie het beeld opdoemt dat er toch wel veel is misgegaan in hoe Jamel langs organisaties en instanties werd gestuurd. Was de dood van Antoneta misschien wel te voorkomen geweest? Een terechte journalistieke (onderzoeks)vraag. De journalisten krijgen een ontluisterend inkijkje in de wereld van en rond de verdachte. In hun poging tot waarheidsvinding willen ze daarom ook zijn kant van het verhaal horen. Een journalistieke plicht: hoor- en wederhoor. Maar de advocaat van Jamel en de verdachte zelf willen aanvankelijk niet meewerken aan de podcast, zo laten ze aan beide Omroep West-journalisten weten.
Maar dan is er een onverwachte wending. Op een middag, ruim een maand later, belt Jamel ineens toch naar Chris en volgt er een telefoongesprek. Kennelijk heeft het kaartje z’n werk gedaan. Chris en Liza vertellen dat ze met een podcast bezig zijn. Omdat een persoonlijk gesprek wat hem betreft gemakkelijker is, vraagt Jamel of zij niet bij hem op bezoek kunnen komen. Dit kan niet in het Pieter Baan Centrum (PBC), waar Jamel dan nog verblijft, maar (zo laat het PBC ons weten) wel als Jamel terug is in de gevangenis op Scheveningen. Omdat we hem niet kunnen bellen sturen we hem nu zelf een kaartje met de uitleg waarom we niet in het PBC waren en dat we nog steeds willen langskomen als hij dat ook wil. Maar dan dus in de gevangenis van Scheveningen. Van daaruit belt Jamel opnieuw met de journalisten, met alweer de vraag of ze kunnen langskomen. Jamel zet de namen op de bezoekerslijst en Liza en Chris mogen als bekenden van Jamel de gevangenis in.

Stoornissen

Voor ze langsgaan wordt er op de redactie een discussie gevoerd of de onderzoeksjournalisten moeten gaan of niet. Uit rapporten blijkt tenslotte dat Jamel een psychiatrisch patiënt is en dat hij stoornissen heeft. Maar ook deze mensen hebben rechten en wij zijn er als journalisten ook om hun kant van het verhaal te horen, klinkt het. We realiseren ons ook: er is geen wet of regel die een journalist kan verbieden met een bron te gaan praten als die bron uit eigen vrije wil iets wil zeggen. Alle relevante feiten verzamelen, het spreken van een direct betrokkene hoort daar wat ons betreft zeker toe. Ook als de gesprekspartner een gevangene is. En: gaan spreken betekent nog niet dat we het automatisch ook gaan publiceren, spreken we af.
Bovendien kan er een belangrijke reden zijn waarom Jamel wel met ons wil praten, terwijl zijn advocaat zegt dat hij dat niet wil. Er kunnen maatschappelijk relevante redenen zijn voor een gesprek, redenen die wij nog niet kennen allicht. Er is echter maar een manier om daar achter te komen en dat is te vragen waarom Jamel met ons wil praten. Daarnaast hopen we door het gesprek een compleet beeld van de verdachte te krijgen. Komt hij bij ons net zo over als bij de mensen die we over hem hebben gesproken? We doen dat allemaal in het besef dat een mogelijke publicatie erover Jamel zelf geen onnodige schade mag berokkenen, althans schade van een grotere omvang dan de omvang van ons journalistieke belang om te publiceren.

Tegenover Jamel

Dus stappen Liza en Chris een week later in de auto naar de gevangenis van Scheveningen, waar ze tegenover Jamel komen te zitten. Jamel zegt bij binnenkomst tegen Chris en Liza dat hij zich realiseert dat zij van Omroep West zijn en werken aan een podcast. Dat hij eerst niet wilde meewerken, maar nu toch wil dat zijn verhaal naar buiten komt. Zo vertelt hij over de dag van de steekpartij en wat er volgens hem is gebeurd. Na een half uur wordt het gesprek beëindigd. Weliswaar is het bezoek als 'bekenden van Jamel' geduid, maar dat zij ook journalisten zijn - de gevangenisleiding heeft het bezoek ‘gegoogled’ - leidt tot een voortijdige aftocht. Hadden we ons vooraf bij de gevangenis toch als journalisten kenbaar moeten maken? Waren we dan toegelaten? We vermoeden van niet. Maar wij vonden dat Jamel, die ons zelf belde, er wel recht op had zijn verhaal te doen.
Terug op de redactie volgt er een nieuwe discussie. Het gebeurt zelden dat journalisten door een gedetineerde worden uitgenodigd in de gevangenis, maar is alleen dat feit voldoende voor publicatie? En: wat moeten we met de informatie die Jamel ons heeft gegeven? Zeker omdat de rechtszaak nog niet geweest is. En omdat we uit rapporten weten van zijn mentale gesteldheid. Voor ons is dit de reden inhoudelijk niets over dit gesprek te schrijven of te benoemen in de podcast. We hebben geen groter maatschappelijk belang gehoord en vinden alles overwegende dat we Jamel tegen zichzelf in bescherming moeten nemen.

Dan niet gaan

Natuurlijk is het dan gemakkelijk achteraf te zeggen: dan had je ook niet hoeven te gaan. Maar het is hoe de journalistiek voor een belangrijk deel werkt. We spreken heel veel bronnen en mensen die graag met ons willen praten, maar lang niet altijd publiceren we die kennis. Bijvoorbeeld omdat er geen nieuwswaarde is of omdat we de bron niet betrouwbaar genoeg achten. Toch blijven we al deze gesprekken voeren, want veel grote misstanden zijn op deze manier aan het licht gekomen. In dit geval besluiten we alles overwegende de behandeling in de rechtbank af te wachten en geen informatie uit de mond van Jamel vooraf te publiceren. Dat is een journalistieke afweging en geen besluit onder druk van een dreigend kort geding door de advocaat, want dat zouden we vol vertrouwen tegemoet hebben gezien.
Volgens dezelfde advocaat heeft het bezoek veel ophef bij Jamel veroorzaakt, zo klinkt het deze week bij de rechter. Nu is dit lastig te controleren en te meten, maar feit is dat Jamel ongeveer een uur na het bezoek onze journalisten opnieuw vanuit de gevangenis belt om te zeggen dat hij het jammer vindt dat het gesprek werd afgebroken en dat hij zijn advocaat gaat vragen een nieuw gesprek mogelijk te maken. Dat onderhoud is er niet van gekomen. Feit is en blijft dat hij beide journalisten dus eerder meermalen zelf heeft uitgenodigd.
Zo komt ook aflevering 6 van de podcast tot stand. Een aflevering waarin we melding maken van ons gevangenisbezoek aan Jamel en ook een die we voor publicatie voorleggen aan de advocaat - zoals eerder toegezegd. Een enkele zin in het script wordt op haar verzoek aangepast.

Op klaarlichte dag

Is de media-aandacht in deze zaak buitenproportioneel te noemen? Of is het juist voor de hand liggend, dat als je iemand op klaarlichte dag doodmaakt, dat zoveel aandacht brengt? Zoals de officier van justitie in de zaak betoogt. Ging Omroep West lichtvaardig te werk? Hebben wij list en bedrog toegepast om een verdachte te kunnen spreken? Dat laatste zeker niet, evenmin zijn wij van mening dat we journalistieke grenzen hebben overschreden. Maar we stellen ons graag kwetsbaar op, bereid om lessen te trekken. Vooralsnog zeggen we: uitzoeken hoe het zit, op zoek naar de feiten, praten met een bron die in dit geval verdachte is - wij vinden dat we nou net daartoe op aarde zijn.
Hoofdredacteur Henk Ruijl bespreekt in deze rubriek actuele onderwerpen uit het nieuws van Omroep West. Uitleggen, toelichten, aangeven waar het beter had gemoeten en hoe zorgvuldig afwegingen zijn gemaakt. Een geregelde poging tot kritische zelfreflectie en transparant zijn.
Heb je vragen naar aanleiding van de berichtgeving van Omroep West? Een vraag, kritiek of een compliment? Neem dan contact op via henk.ruijl@omroepwest.nl