Bij gebrek aan een regeling vanuit de overheid dient de eerste groep oudere Surinamers via een advocaat een verzoek tot 'wedertoelating' in bij de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND), schrijft de Volkskrant.
De regeling waaraan werd gewerkt door het ministerie van Justitie en Veiligheid raakte tussen wal en schip toen het kabinet vorig jaar viel.
Voor dat verzoek tot wedertoelating moet advocaat Eva Bezem aantonen dat de groep een band met Nederland heeft of er geboren is. "Voor deze specifieke Surinamers kun je niet met goed fatsoen zeggen dat ze geen bijzondere band met Nederland hebben", zegt Bezem.
Ondanks bijzondere positie geen garanties voor oudere Surinamers
De oudere Surinamers werden geboren voor de onafhankelijkheid van Nederland in 1975 en waren daardoor ooit Nederlander. Voor die groep was er na de onafhankelijkheid gedurende vijf jaar een mogelijkheid om een Nederlands paspoort aan te vragen. Niet iedereen was daarvan op de hoogte of deed dat.
De oudere Surinamers die later alsnog naar Nederland kwamen, verdwenen daarmee in de illegaliteit. Hierdoor kunnen ze bijvoorbeeld ook geen aanspraak maken op zorg, werk of een woning. Het gaat om een groep van tussen de vijfhonderd en twaalfhonderd mensen, zegt de GGD Amsterdam tegen de Volkskrant.
Er zijn geen garanties voor de oudere Surinamers, zegt Bezem. Eerdere verzoeken op basis van wedertoelating werden door het IND afgewezen. "Het overzeese Nederlands grondgebied wordt niet meegerekend en hun band met Nederland wordt miskend", zegt Bezem. De advocaat zal afwijzingen daarom aanvechten.