Antoneta had pech. Ze is dood omdat de broodafdeling van AH dicht bij het messenschap was

Samenleving
donderdag, 04 april 2024 om 11:45
bijgewerkt om donderdag, 04 april 2024 om 14:42
collage 3
Antoneta Gjokja had pech. Ze werd gedood omdat ze dicht bij het messenschap van AH werkte. "Ze was niet de persoon die ik moest hebben", zei Jamal L (57) donderdag in de rechtbank in Den Haag. Zijn doelwit zou een beveiligingsmedewerker van de supermarkt zijn geweest, maar die was niet in de buurt.
Hij was heel boos op Albert Heijn, mogelijk na een diefstal van een pak drinkyoghurt bij een ander filiaal van Albert Heijn in Zwijndrecht. Hij vond dat hij daarvoor onschuldig in de gevangenis heeft gezeten, waar hij dwangmedicatie kreeg toegediend. Hij zegt dat hij Gjokja niet kende.
Hij was al sinds vijf uur die ochtend in de buurt. Hij probeerde eerst binnen te komen bij een casino op het Spui. Daar stond hij al op de zwarte lijst. Daarna hangt hij rond het CS en loopt vijf keer langs de AH voor die open gaat. Dat laatste is niet waar, zegt L
"Ik ben niet de supermarkt ingegaan met het plan iemand neer te steken. Toen ik binnenkwam, kwamen allemaal nare gedachten naar boven", vertelde L. (57). Hij vroeg een vakkenvuller waar de messen lagen, koos een vleesmes uit en haalde al lopend het mes uit de verpakking. "Ik heb een mes gepakt en de daad gepleegd", bekende hij.
L.: 'Gelukkig was het geen Hollandse vrouw anders was het een hele grote zaak geworden. Zij stond recht voor me, waarom zou ik die andere vrouw pakken als zij recht voor me stond? Bij de tabaksafdeling stond ook een Hollands meisje, waarom heb ik haar dan overgeslagen.'
L. doodde Antoneta Gjokja (36) met meerdere messteken, maar ontkent met verheven en met boze stem dat het moord was, omdat een plan daarvoor ontbrak. Hij raakte "in de war" en handelde "in een impuls". "Het was geen stem die ik hoorde in mijn hoofd. Het kwade heeft de strijd gewonnen".
Het gebeurde op de broodafdeling, waar het slachtoffer werkte. "De broodafdeling was de kortste weg", verklaarde L. Hij handelde naar eigen zeggen uit wraak.
Hij was boos op de rechter. L.: 'Jullie stellen echt lastige vragen, gedeeld met leugens. Dit leidt niet tot conclusie wat er eigenlijk aan de hand is. Ik heb wraak genomen op een medewerker van Albert Heijn! Meer is er niet!'
Voor de moord heeft het Openbaar Ministerie tien jaar cel en tbs met dwangverpleging geëist.
Het OM noemt de steekpartij moord. Volgens de officier handelde L. direct na binnenkomst met voorbedachte raad. Hij liep direct op de medewerkster af en had vooraf genoeg tijd om na te denken.
Het Pieter Baan Centrum concludeerde dat L. handelde onder invloed van een psychose. Hij had paranoïde wanen. Ze oordelen dat de steekpartij hem in sterk verminderde mate valt toe te rekenen. De advocaat van L. betoogde dat haar cliënt volledig ontoerekeningsvatbaar is, waarbij celstraf niet aan de orde is.
"Hij heeft niet alleen het leven van mijn vrouw ontnomen, maar ook het mijne en dat van haar familie", zei de man van het slachtoffer. Hij vertelde de rechters dat ze samen probeerden hun leven op te bouwen en een gezin wilden stichten. "Het is een nachtmerrie, maar de werkelijkheid is geen nachtmerrie. Het is mijn leven", zei de weduwnaar. "Ik heb het gevoel dat mijn vrouw meekijkt. Het zal voor haar ook een opluchting zijn als hier recht wordt gesproken."
De moeder van Gjokja sprak in haar slachtofferverklaring ook de Nederlandse staat aan, "die onverschillig stond tegenover de daden die de verdachte zijn hele leven al heeft gepleegd". In 2018 kreeg L. op Curaçao tbs opgelegd in een strafzaak, maar op het eiland waren er amper behandelmogelijkheden en Nederland wilde de kosten ervan niet dragen.