In 2021 is een arbeidsmarkttoelage ingevoerd voor basis- en middelbare scholen met veel kwetsbare kinderen. De regeling moet de lerarentekorten aanpakken. Die tekorten zijn namelijk het grootst in kwetsbare wijken.
Bij de scholen met de toelage stegen de gemiddelde uurlonen van leraren met 12,4 procent, tegenover 5,9 procent bij andere scholen.
Het Centraal Planbureau (CPB) ziet dat die salarisstijging in het eerste jaar na de invoering maar weinig effect heeft gehad. Het is niet makkelijker geworden om nieuw personeel te vinden. Ook is de uitstroom van leraren niet afgenomen. En het personeel dat de extra toelage krijgt, is niet meer uren gaan werken.
Extraatje amper terug te vinden in vacatureteksten
De onderzoekers van het CPB stellen dat de toelage later alsnog effect kan hebben. Het extraatje is namelijk kort voor de start van het schooljaar ingevoerd. Als dat eerder was gebeurd, hadden scholen en leraren er mogelijk anders op gereageerd.
Verder zou het kunnen dat potentiële nieuwe leraren niet van de toelage wisten. Het CPB constateert dat het extra loon vaak niet was vermeld in vacatures of sollicitatiegesprekken.
De arbeidsmarkttoelage is in eerste instantie voor twee jaar ingevoerd. Maar de regeling is al twee keer verlengd. In de eerste twee jaar was er 375 miljoen euro mee gemoeid. Voor het najaar van 2023 en het kalenderjaar 2024 is in totaal 233 miljoen euro uitgetrokken.
In 2025 volgt een onderzoek naar het tweede schooljaar na de invoering.
NUjij: Uitgelichte reacties