Direct naar artikelinhoud
ReportageNatura2000

Een kleine wijziging voor de natuur met grote gevolgen voor drie boerderijen

De buren van de boeren aan de Eekweg laten hun hond uit aan de rand van het bos.Beeld Herman Engbers

Rondom het Eester Loo, een klein bosgebiedje aan de IJssel bij Zutphen, is in 150 jaar tijd maar weinig veranderd. Behalve dan de regels voor natuurbescherming. Een kleine wijziging heeft er grote gevolgen voor drie omliggende boerderijen.

Hij kan er een jaar naast zitten. Maar de familie van melkveehouder Gerrit Steging boert al ongeveer sinds 1796 aan de Eekweg in Gorssel. Precies op de plek waar de IJssel een flinke lus maakt, weg van het dorp. Ten westen van de boerderij liggen daardoor uitgestrekte uiterwaarden, meer dan een kilometer breed.

Tussen het rivierlandschap en de Eekweg ligt ook nog een glooiend bosgebiedje, bovenop de rivierduinen. Het Eester Loo is zo’n acht hectare groot: deels in beheer bij Gelders Landschap en deels particulier bezit. Ook het bosje is er al lang: het moet er volgens oude kaarten ongeveer sinds 1850 hebben gestaan. Het diende destijds vooral om eikenhout te winnen. Nu is het een waardevolle plaats in het rivierlandschap, vinden ook Steging en zijn vrouw Ava van Baaren. Tijdens een rondje om en door het bos schieten er vier reeën weg. Aan de rand van de verhoging is een dassenburcht te zien.

In de rechtbank

Toch bracht het bosje waar ze in feite mee zijn vergroeid hen vorige week bij de rechter, samen met buurman en collega-melkveehouder Albert-Jan Oostenenk. De reden? Een herziening van de natuur- en stikstofdoelen die in het gebied gelden.

Het Eester Loo stond jarenlang te boek als een ‘vochtig alluviaal bos’ waarin essen en iepen groeiden. Een leefgebied dat slechts een klein beetje gevoelig is voor stikstof; van een stikstofoverschot was dan ook geen sprake. Dat veranderde echter anderhalf jaar geleden, toen natuurminister Christianne van der Wal een wijzigingsbesluit nam. Bij nader inzien was hier geen sprake van een essen-iepenbos, maar van een ‘beuken-eikenbos met hulst’.

Daar valt op zichzelf weinig op af te dingen. Het gebied staat vol eiken; zeker in het gedeelte dat melkveehouder Oostenenk samen met zijn moeder in beheer en eigendom heeft. Ze oogsten er jaarlijks hakhout op een deel van de 3 hectare aan familiebezit, zoals dat vroeger ook gebeurde. “ En hier zie je ook hulst groeien”, laat Oostenenk zien. Een teken dat de nieuwe omschrijving best de lading dekt.

Maar volgens de onderzoeken en modellen kan zo’n eiken-beukenbos maar half zoveel stikstof aan als het ‘vochtig alluviaal bos’. Een gegeven dat vergaande consequenties heeft voor de drie melkveebedrijven die pal aan het bosje grenzen. Zij liggen door het besluit van de minister in één klap slechts een paar meter van een natuurgebied met een flink stikstofoverschot.

Verder met 38 koeien

Oostenenk, Steging en Van Baaren vrezen dat het lot van hun bedrijven daarmee bezegeld is. “Ik moet nog meer dan twintig jaar tot mijn pensioen”, spiegelt Oostenenk voor. “Als ik nu bereken hoeveel koeien ik nog kan houden zodra ik een nieuwe vergunning nodig heb, dan zijn dat er 38.” Veel te weinig voor een levensvatbaar melkveebedrijf: Oostenenk heeft nu 75 koeien, zijn huidige vergunning biedt ruimte aan een kudde van 92.

Die vergunning blijft trouwens wél gewoon geldig. “Maar een stal vernieuwen zit er ook op langere termijn niet meer in. Ook in 2030 verwachten ze hier nog een forse overschrijding van de stikstofnorm. Er hoeft maar iets te gebeuren – een brand bijvoorbeeld – en je kunt geen kant meer op. Dus ik denk dat ik ermee ga stoppen.”

Boeren aan de Eekweg verzetten zich tegen de Natura2000 status van het Bosje bij hun huis.Beeld Herman Engbers

Steging en Van Baaren zijn ruim tien jaar ouder, en hopen dat ze met de bestaande vergunning nog een aantal jaar voort kunnen. “We zijn de afgelopen jaren omgeschakeld naar biologisch”, legt Van Baaren uit. “Als we dit eerder hadden geweten, hadden we die investeringen niet meer gedaan.” Een bedrijfsopvolger binnen de familie hebben ze niet. En een andere boer die het bedrijf straks wil overnemen? Dat wordt op deze plek dus heel ingewikkeld.

Honderden procedures

De Gorsselse melkveehouders zijn lang niet de enige boeren die te hoop lopen tegen het wijzigingsbesluit van Van der Wal. Honderden boeren uit het land voeren op dit moment rechtszaken tegen de minister. De rechtbank in Gelderland trok er de afgelopen twee weken bijvoorbeeld drie zittingsdagen voor uit.

Toen Nederland enkele decennia geleden zo’n 160 beschermde Natura2000-gebieden aanwees, hoorde daar ook een lange lijst met beschermde dieren, planten en leefgebieden bij. Maar die opsomming bleek gaandeweg behoorlijk incompleet. Meer dan honderd soorten en habitats staan ten onrechte niet vermeld, of zijn bij nader inzien verkeerd vastgesteld.

Die gebreken moeten worden hersteld om aan de Europese natuurbeschermingswetten te voldoen. “Ik heb er begrip voor dat dat lastig is. Maar er is een wettelijke grondslag”, benadrukte de woordvoerder van de minister tijdens één van de zittingen. De natuur beschermen moet immers gebeuren op basis van correcte en actuele gegevens. Daaraan heeft Nederland zich bij de toewijzing van Natura 2000-gebieden geconformeerd.

Uitspraken bieden weinig hoop

Veel van de bezwaren van boeren zetten vooral vraagtekens bij de onzekerheid die dat principe oplevert. Want wat als er ergens in een natuurgebied een zeldzame, stikstofgevoelige plant blijkt te groeien? Dan verdient die soort dus bescherming, ook al heeft dat nog zulke nadelige gevolgen voor agrarische bedrijven. “Wanneer zeggen we: ‘dit is het en daar moet u het mee doen?’”, vroeg Joost de Rooij zich af als advocaat van een melkveehouder bij één van de andere Gelderse zittingen. “De vrees is dat we hier over vijf of tien jaar weer zitten.”

Veel succes oogsten de procederende boeren in de rechtbank tot nu toe niet. In vergelijkbare zaken in onder meer Noord-Holland, Zeeland, Overijssel en Noord-Brabant zijn al uitspraken gedaan. De conclusie van de rechter is daarbij telkens dat Van der Wal zich inderdaad aan de Europese regels moet houden. De natuurgebieden zijn immers al aangewezen. En daarbij mogen volgens eerdere uitspraken van Europese rechters ‘uitsluitend overwegingen van ecologische aard’ worden betrokken. ‘De bedrijfsbelangen van eisers kunnen dus in beginsel geen rol spelen.’

Overigens worden lang niet al die procederende boeren zó rechtstreeks geraakt als de melkveehouders bij Eester Loo. Vaak zitten zij verder bij de natuur vandaan en zijn hun bezwaren ook algemener. Toch bieden de rechtbanken die al geoordeeld hebben weinig hoop voor de boeren uit Gorssel. “Wij zijn niet zo van de trekkers en de omgekeerde vlaggen”, zegt Van Baaren. “Dit is onze manier om in elk geval van ons te laten horen.”

Natuur niet goed beschermd

De Gorsselse zaak maakt in feite een paar dingen duidelijk. De eerste: Nederland loopt fors uit de pas als het gaat om het beschermen van natuur. Het heeft immers 15 jaar geduurd om de lijst met soorten en leefgebieden op orde te krijgen. Daarbij is overigens volstrekt niet in beeld hoe het nou eigenlijk gaat met de natuur in het Eester Loo. ‘Het is niet bekend wat de kwaliteit is en welke trend daarin optreedt’, staat in de meest recente analyse van de provincie.

De grote, landelijke correctie is dus onvermijdelijk. Zeker omdat het volgens vele recente rapporten niet goed gaat met de natuur. Daarbij is stikstof – voor een belangrijk deel afkomstig uit de veehouderij – een belangrijke factor.

Maar die algemene analyse past dan weer slecht op de lokale situatie in Gorssel. Daar kwam het Eester Loo pas tot stand toen de boerenbedrijven er al stonden. Het landschap vormde zich mede dankzij de omwonende boeren, die er hout wonnen.

In de loop der jaren is het aantal koeien in de omgeving gegroeid. Maar juist bij de boeren direct rondom het bos met mate. Steging en Oostenenk hebben bedrijven die ongeveer doen wat de overheid voor ogen heeft in een zone rondom stikstofgevoelige natuur. Ze hebben vrij kleine melkveebedrijven met relatief veel grond in gebruik, waardoor ze de mest van hun koeien – in elk geval voor het overgrote deel – op eigen grond kwijt kunnen.

Geen Veluwe

Bovendien is het Eester Loo ook weer geen Veluwe. Het gebied heeft een beschermde status vanwege het bijzondere karakter van de uiterwaarden. Niet zozeer vanwege de unieke waarde van het bosje zelf. “Mijn zorg is wel, nog even los van onze eigen situatie, dat er in de omgeving al veel boeren stoppen”, schetst Van Baaren. “Dan krijg je van die straten met boerderettes, die verdwijnen achter een hek met een intercom.”

Juist dat zou op deze plek, waar boer en bos al meer dan honderd jaar samengaan, zonde zijn, concludeert ze. Maar is er niet toch nog hoop? Bijvoorbeeld omdat de overheid óók zegt lokaal maatwerk te willen leveren? De Gorsselse boeren zijn wat dat betreft pessimistisch. Van Baaren: “Dit wordt hem gewoon niet meer.”

Oostenenk wijst bovendien op de politieke discussie over dierenwelzijn: mogelijk komen er de komende jaren verplichtingen om stallen zo in te richten dat koeien niet meer hoeven te worden onthoornd. “Dat gaat alleen met een nieuwe vergunning. Juist gemiddelde of kleine bedrijven, die vaak dichtbij de natuur zitten, kunnen die vanwege stikstof niet krijgen. De consequentie is dat je hier een landschap krijgt zonder boeren. Terwijl de grote bedrijven een paar kilometer verderop wél door kunnen.”

Lees ook:

In Winterswijk hopen ze op een provincie die boer én landschap wil beschermen

De provinciale verkiezingen zetten de discussie over landbouw, natuur en stikstof nog eens extra op scherp. Terwijl ze het in Winterswijk eigenlijk wel eens zijn: de boer moet blijven, de kleinschaligheid in het landschap ook.