Direct naar artikelinhoud
Grasbij (Andrena flavipes).Beeld ANP / KINA
Groene GidsDuurzame honing

Zin in honing? Zo weet je of je een verantwoorde pot koopt

Is het verantwoord om een pot honing te kopen? Het kan, maar let goed op of de honingbij geen bedreiging vormt voor wilde bijen.

In de supermarkt staan vaak twintig of meer soorten honing op een rij. Er is bijvoorbeeld crème-honing, bloemenhoning en streekhoning. Er is veel keus, maar is honing eigenlijk wel duurzaam?

Honing heeft alles te maken met bijen. De zoete stof wordt immers verzameld door het bijenvolk dat een imker houdt in een kast. De bijen vliegen uit en halen stuifmeel en nectar bij de bloemen. Door de afname van de biodiversiteit door onder meer stikstof en pesticiden, daalt het aantal bloeiende planten en is nectar schaars. De honingbijen, die voor de imker nectar verzamelen, concurreren met wilde bijen om een beperkte hoeveelheid voedsel.

Hoe erg is dat? Theo Zeegers, bijenwetenschapper van EIS Kenniscentrum Insecten, meent dat imkers terughoudend moeten zijn met het plaatsen van hun kasten. “Er is concurrentie tussen honingbijen en wilde bijen, maar wat de honingbijen verzamelen gaat ook ten koste van andere insecten zoals zweefvliegen. Dat is zeker in natuurgebieden zorgwekkend.”

De heidezandbij gaat maar naar één bloem

Het houden van honingbijen in grote volken zet de wilde bijen op achterstand, zegt Zeegers. De honingbij wordt verzorgd door de imker. Die houdt het dier in een optimale conditie zodat er zoveel mogelijk honing binnenkomt. “Honingbijen halen hun nectar bij een reeks bloemen. Veel wilde bijen niet. De heidezandbij bijvoorbeeld gaat maar naar één soort bloem. Als daar al een honingbij is geweest, is hij te laat.”

Het risico is groot, vindt Zeegers, dat er onvoldoende voedsel overblijft voor de wilde bijen. “Het is niet goed dat de wilde bij aan het kortste eind trekt. In Nederland wordt 55 procent van de bijna 400 wilde bijensoorten ernstig bedreigd. Het aantal soorten bijen gaat omlaag en binnen de soorten dalen de aantallen bijen nog veel sneller.”

Volgens Arie Kreike is het risico beperkt en plaatsen imkers in het algemeen hun kasten op plaatsen waar voldoende honing is te vinden. Hij is de Nederlandse vertegenwoordiger van de imkers in het Europese overleg.

Een ‘eetkaart’ van Nederland

Kreike vindt dat er een ‘eetkaart’ van Nederland moet komen. Aan de hand van de omgeving (bos, natuurgebied of weiland) en de klimaatverandering (droge en natte perioden) moeten gebieden worden aangewezen waar imkers hun kasten neer kunnen zetten. “De bijenhouderij is voedselproductie. Het is een vorm van veeteelt.”

Zeegers onderbouwt zijn zorg met de conclusies uit wetenschappelijk onderzoek. In Parijs bijvoorbeeld kwamen veel minder wilde bijen op de bloemen in de stad af nadat er kasten met honingbijen waren geplaatst. Ook in Zweden werd een afname gezien van wilde bestuivers na het plaatsen van bijenkasten bij koolzaadvelden.

Omdat de concurrentie tot problemen leidt, stelde EIS adviezen voor imkers op. Beperk het aantal bijenkasten in natuurgebieden tot drie per vierkante kilometer, adviseert de organisatie. En blijf ver uit de buurt van terreinen waar veel wilde bijen voorkomen. Kreike vindt deze adviezen ‘wetenschappelijk slecht onderbouwd’. Hij vindt dat de Wageningen Universiteit nieuw onderzoek moet doen om de eetkaart op te stellen. Verder bepleit Kreike herstel van de biodiversiteit, zodat er meer bloeiende planten zijn en er meer honing beschikbaar komt voor alle bijen.

Wat doe je ondertussen als je honing wilt eten? Veganisten wijzen het sowieso af. Imkers ‘exploiteren’ bijen en nemen de dieren hun voedsel af, staat op de website van de veganistenvereniging. Er zijn plantaardige alternatieven zoals agavesiroop. Maar de agave is van oorsprong weer geen inheemse plant.

Suikerstroop toegevoegd

Kreike waarschuwt voor niet-Europese honing. “Uit onderzoek blijkt dat de kans 46 procent is dat er suikerstroop in zit. Verdachte streken zijn China en Zuid-Amerika. Hoe het met andere Europese landen zit durf ik niet te zeggen, maar voor honing uit Nederland geldt dat het voor 90 procent zeker 100 procent echte honing is.”

Jaap Molenaar, directeur van de Bijenstichting adviseert om uit te kijken naar een lokale hobby-imker. “Die verkoopt vaak honing. Dat die een paar kasten heeft in het park aan de rand van het dorp kan geen kwaad. Heel veel imkers zijn zeer betrokken bij de natuur. In Nederland zijn 9000 imkers en de meesten daarvan hebben maar een paar kasten.”

Hij staat in de tuin van de Bijenstichting. “Hier geven wij voorlichting over honingbijen en wilde bijen. Er staan twee kasten op 6000 vierkante meter. De honingbijen en wilde bijen leven hier naast elkaar en er is genoeg voedsel. Het wordt een ander verhaal als je begint met grootschalige bijenhouderij of als veel hobby-imkers hun kasten bij elkaar zetten. Dat gebeurt hier en daar en dan wordt de concurrentie met wilde bijen te heftig. Dat gevaar is vooral op de hei heel groot. Ik eet honing, vooral om de pijn te verzachten als ik last heb van de keel, maar heidehoning koop ik niet.”

Lees ook:

Groene tips over bloemen, voedselverspilling en overwinteren in Spanje

Hoe maak je je leven duurzamer? In dit artikel vindt u een overzicht van alle Groene Gidsen van februari, onze groene rubriek.