Nederland kent al enkele jaren een zeer krappe arbeidsmarkt, waarbij er meer vacatures zijn dan werkzoekenden. Nagenoeg alle bedrijfstakken hebben moeite om geschikte medewerkers te vinden.
Om de tekorten op te lossen, zijn de afgelopen jaren al diverse opties genoemd. Daarbij gaat het om onder meer omscholing, de inzet van meer arbeidsmigranten, deeltijders verleiden om meer uren te werken en werklozen stimuleren om weer aan de slag te gaan.
Maar volgens directeur Pieter Hasekamp van het Centraal Planbureau (CPB) is geen van die opties een oplossing. Zo kunnen migranten niet in alle sectoren aan de slag vanwege de taalbarrière. De extra migranten zouden bovendien meer geld uitgeven in ons land, waardoor de vraag naar goederen en diensten stijgt. En dat zorgt er weer voor dat er extra personeel nodig is.
Veel Nederlanders hebben al een baan
Een andere veelgehoorde oplossing is ervoor zorgen dat meer werklozen aan de slag gaan. Maar het CPB wijst erop dat nergens ter wereld zoveel mensen een baan hebben als in Nederland. Dat zou dus maar weinig bijdragen aan een oplossing.
Ook zal het weinig uitmaken om deeltijders te verleiden meer te werken. Weliswaar kun je het financieel aantrekkelijker maken, maar geld speelt voor veel deeltijders een beperkte rol, stelt Hasekamp.
Omscholing brengt ook weinig soelaas, omdat door de krappe arbeidsmarkt de werkdruk bij veel bedrijven hoog is en er dus geen tijd is voor een opleiding. Bovendien zijn er amper sectoren met een overschot aan mensen.
Overheid kan het verschil maken
Wat helpt dan wel? Volgens de CPB-directeur is er een belangrijke rol weggelegd voor de overheid, die duidelijke keuzes moet maken. Zo kan ze de lonen verhogen voor leraren en zorgpersoneel, zodat het werk in die sectoren aantrekkelijker wordt.
Maar de overheid kan ook juist minder geld uitgeven om zo de vraag naar goederen en diensten te verminderen. Hierdoor koelt de economie wat af en komt er meer mensen beschikbaar voor andere sectoren, zoals de bouw, de zorg en het onderwijs.
Verder zou het volgens het CPB helpen als de politiek de wetten en regels minder complex zou maken. Daardoor is minder personeel nodig bij overheidsdiensten, bijvoorbeeld de Belastingdienst.
NUjij: Uitgelichte reacties