Direct naar artikelinhoud

Twee kerken gaan samen, een nieuwe generatie leden staat op

Jeugdactiviteiten in de Ambrosiuskerk in Waalwijk.

Samenwerkingen tussen hervormden en gereformeerden gaan niet altijd even soepel, maar in Waalwijk leidt een kerkfusie juist tot nieuw elan.

De eeuwenoude kerk in het centrum van Waalwijk wordt stevig onder handen genomen. Ouderling-kerkrentmeester Peter de Wit (52) toont de plek waar tot voor kort de kerkbanken stonden. Nu is er alleen droog zand te zien. De banken zijn met houten vloer en al uit de kerk gesloopt. Binnenkort staan er nieuwe, makkelijk te verplaatsen stoelen. "Zo is de kerk multifunctioneler te gebruiken", zegt De Wit. "Als we veel mensen verwachten, zetten we er zo extra stoelen bij."

De nieuwe inrichting is het meest zichtbare onderdeel van de fusie tussen voormalige gereformeerden en hervormden die de afgelopen tien maanden in een razend tempo gestalte kreeg. Ook in figuurlijke zin is er heel veel overhoop gehaald in Waalwijk.

Waar een fusieproces in de Protestantse Kerk in Nederland (PKN) in sommige plaatsen zich soms jaren kan voortslepen, waren de protestanten er in Waalwijk binnen een jaar uit. Samenwerking is in veel plaatselijke kerkelijke gemeenten een lastige kwestie. Officieel doen de verschillen tussen hervormden, gereformeerden en lutheranen er in de Protestantse Kerk niet meer toe. Toch is de praktijk weerbarstig. Verschil in sfeer en opvattingen staat samenwerking dikwijls in de weg. Veel lokale kerken hebben daarom de naam 'hervormd' of 'gereformeerd' op de kerkdeur gehandhaafd. Van de bijna 1600 plaatselijke gemeenten, is dertien jaar na de oprichting van de PKN ongeveer de helft gezamenlijk verder gegaan als 'protestantse gemeente'.

In Waalwijk hebben hervormden en gereformeerden lang gewacht om helemaal samen te gaan. Op bestuurlijk niveau was er enige tijd samenwerking, maar de kerkganger merkte daar niet veel van. Tien maanden geleden besloten de Waalwijkers hun kerken helemaal samen te voegen. Het verliep in een reuzenvaart en zonder gedoe. Sterker nog: een heel nieuwe generatie kerkleden is opgestaan. Waar in veel kerkelijke gemeenten zestigers de kar trekken, zijn het hier dertigers, veertigers en vijftigers die het heft in handen hebben genomen.

Niet de kerkenraad nam besluiten, maar de kerkleden zelf
Daniëlle van Drongelen
'Verschillen tussen hervormd en gereformeerd zeggen de jongste generatie niets meer.'

Huiskamerbijeenkomsten

Wat is het geheim van het gelukkige huwelijk tussen de Waalwijkse hervormden en de gereformeerden? Peter de Wit loopt terug naar een vergaderzaaltje. Daar zitten Daniëlle van Drongelen (45), Wilma van Rooijen (49) en Martin Boeije (46), drie andere leden van de nieuwe kerkenraad, al te wachten. Wat meewerkte, zo vertellen ze, is dat er geen heel grote inhoudelijk verschillen waren tussen de twee stromingen, iets dat samenwerking op sommige plekken vrijwel onmogelijk maakt.

Toch is dat niet het enige. Succes is wel degelijk te organiseren, zo valt op te maken uit het verhaal van de vier. Waar kerkgangers vaak worden geconfronteerd met voorgekookte besluiten van kerkenraad of dominee, koos de protestantse gemeente van Waalwijk om de gemeenteleden bij elke stap in het proces te betrekken. "Niet de kerkenraad nam besluiten, maar de kerkleden zelf", zegt Van Drongelen. Ook werd aan de predikanten uitdrukkelijk gevraagd om zich op de vlakte te houden. De Wit: "Zo krijgt de gemeente ruim baan."

Precies dat maakt de aanpak in Waalwijk vrij uniek. In een paar weken tijd werden zo'n dertien 'huiskamerbijeenkomsten' belegd, waarop kerkgangers zich mochten uitspreken over de toekomst van hun kerk. "In een kleine groep heb je veel sneller een sfeer waarin mensen wat durven te zeggen", zegt Boeije, die als gespreksleider bij verschillende bijeenkomsten aanwezig was. Hierdoor ontstond er volgens hem een breed draagvlak. Doordat mensen ook spraken over wat hen inspireerde in het geloof, ontstond er bovendien een nieuw elan. Van Drongelen: "Er kwam energie vrij. Mensen namen taarten mee, staken een kaars aan en zetten verse bloemen op tafel."

De vergadercultuur is voor velen een drempel om actief te worden in de kerk
Wilma van Rooijen

De toon was gezet. Na deze meer algemene avonden, kwamen er nog zes andere huiskamerbijeenkomsten om door te praten over specifieke onderwerpen als jeugd en organisatie. Ook daarvoor was de belangstelling groot. Uit al die gesprekken kwam een thema naar voren waarmee veel kerken worstelen: de vergadercultuur. "Voor veel mensen is dat echt een enorme drempel om actief te worden in de kerk. Ook wij hadden moeite om ambten van ouderling en diaken in de kerkenraad te vervullen. Mensen willen zich niet voor vier jaar binden aan zo'n functie", zegt Van Rooijen.

Waalwijk besloot het roer om te gooien. In plaats van een kerkenraad die veel taken op zich neemt, zijn er verschillende kleinere werkgroepen in het leven geroepen. Vrijwilligers, van wie sommigen ambtsdrager zijn en anderen niet, hebben daar een kleinere verantwoordelijkheid. Bovendien is meedoen een stuk vrijblijvender geworden. Boeije: "Moet er bijvoorbeeld een kerstviering georganiseerd worden, dan houdt zich daar een groepje mee bezig." Van Drongelen: "Voorheen was ik in m'n eentje ouderling communicatie, nu zijn er drie verantwoordelijk voor kerkblad, website en is er ook meteen een facebookpagina gemaakt."

Natuurlijk, ook in de protestantse gemeente van Waalwijk is het niet alles goud wat blinkt, erkennen de vier. Zo heeft de kerk te maken met een krimpend ledenbestand, net als veel andere gemeenten. Juist daarom was dit het juiste moment om samen te gaan, vertellen de vier aan tafel. Van Drongelen: "Nu hebben we nog ruim voldoende kracht om iets nieuws te beginnen."

Wilma van Rooijen.

‘Op vrijdag kerkborrel’

Wilma van Rooijen (49) is sinds kort actief geworden in haar kerk in Waalwijk. “De drempel om iets te doen is veel lager geworden. Ik heb een druk leven, vaak geen tijd. Om die reden was ik altijd heel terughoudend om kerkelijk actief te zijn. Als ik nu geen tijd heb, dan hoeft het ook niet. Ik zit in de werkgroep die ‘Leren & ontmoeten’ heet. We bedenken daarin met acht personen allerlei activiteiten rondom dit onderwerp. Dat kan bijvoorbeeld gaan over een tafel waar mensen na kerkdienst nog met de dominee kunnen spreken. Ook organiseren we regelmatig op vrijdagavond een kerkborrel.”

Lianne van Beek.

‘Het is hechter’

Jeugddiaken Lianne van Beek (42) valt het op dat de groep tieners een stuk groter oogt door de samenvoeging van de twee afzonderlijke wijkgemeenten. “Dat leidt tot enthousiasme bij de jeugd. Dat is niet het enige. Ik zie ook dat er door het samengaan meer mensen van mijn leeftijd actief zijn geworden. De balans in de kerk is veel beter geworden, het is niet meer vooral de oudere generatie die de schouders eronder zet.” Volgens Van Beek lijkt het erop dat de kerkelijke gemeenschap in korte tijd hechter is geworden. “Maar dat moet zich natuurlijk nog uitwijzen, nu is er in ieder geval veel enthousiasme.”

De balans in de kerk is veel beter geworden, het is niet meer vooral de oudere generatie die de schouders eronder zet
Lianne van Beek
Johan den Engelse

‘Wennen aan het tempo’

Johan den Engelse (43) moest aanvankelijk wel wennen aan het tempo waarin de kerkfusie gestalte kreeg. “Maar nu ik zo terugkijk, zie ik dat anders. Hoe langer je wacht, des te meer mitsen en maren je ziet.” Volgens Den Engelse is het samengaan ook belangrijk voor zijn kinderen, die nog op de basisschool zitten. “Verschillen tussen hervormd en gereformeerd zeggen de jongste generatie niets meer. Als je het geloof wilt doorgeven, en dat wil ik graag, dan moet je op zoek naar andere vormen. Het geloof gezamenlijk gestalte geven hoort daarbij.”