Direct naar artikelinhoud
De OndernemingWereldrestaurant

De chocoladefontein bij de ingang van het Wereldrestaurant is een waarschuwing: niet té veel biefstukjes straks

In het Wereldrestaurant A2 ter hoogte van de Amsterdamse Bijlmer wordt sushi bereid.Beeld Raymond Rutting / de Volkskrant

Er zijn weinig plekken waar zoveel culturen elkaar ontmoeten als in de wereldrestaurants. All you can eat appelleert duidelijk aan een universeel genoegen. Alleen: hoe voorkom je dat al die gasten je failliet eten en drinken?

Wie bij Wereldrestaurant A2 binnenstapt, stuit meteen op een toetjesbuffet waarvan menig zoetekauw bijkans in katzwijm valt. Chocoladefonteinen in vier verschillende kleuren, vitrines vol taartjes, spekkoek en tiramisu, ijs in vele smaken en een vriendelijke vrouw die poffertjes bakt.

Natuurlijk zit er een idee achter deze frontale botsing met het overdadige dessert, zegt Zhiyong Chou. ‘Een mens eet ook met de ogen. Als gasten zien wat hen aan het eind van de avond te wachten staat, zullen ze er een gaatje voor overlaten. Als ze er pas aan het eind van de avond achter zouden komen, zouden ze gemiddeld meer eten opscheppen.’

De Onderneming
In deze wekelijkse rubriek vertellen ondernemers over hun bedrijf. Vandaag: Wereldrestaurant A2
Waar: Amsterdam-Zuidoost
Sinds: 2019
Aantal werknemers: 23 (ca. 15 fte)
Omzet: 3 miljoen euro volgens de begroting (‘maar we zitten er iets boven’)

Wereldrestaurant A2 is een van de ruim honderd grote all-you-can-eat-gelegenheden die deze eeuw in Nederland zijn geopend. Gasten betalen een vast bedrag (rond de 40 euro voor volwassenen, voor kinderen stijgt de prijs per levensjaar) en daarna is het vrij opscheppen. Met gerechten uit verschillende wereldkeukens om intussen naar hartelust zelf biertjes te tappen of de slushpuppy-machine leeg te trekken.

Onbeperkt eten en drinken is een concept dat bij competitief ingestelde bezoekers de behoefte voedt om te winnen van het Wereldrestaurant. Op internet circuleren serieuze economische analyses die ingaan op de vraag of je ‘meer dan je inleg’ kunt innemen. Eetlustigen wisselen op sociale media tactieken om het maximale uit hun bezoek aan Wereldrestaurants te halen.

Luilekkergratisland 
Wereldrestaurants, hallucinant grote all-you-can-eatzaken met gerechten uit alle windstreken, duiken in heel Nederland op. Hiske Versprille bezocht restaurant 7 Continenten in Ede en snapt het succes, al is weinig écht lekker.

Een kilo, maar dan lekker

‘Ja, wij zien dat gasten daarmee bezig zijn’, zegt Chou lachend. ‘En natuurlijk kan het, als je heel veel biefstukjes en oesters eet en bier drinkt bijvoorbeeld. Maar de gemiddelde gast doet dat niet. Gemiddeld eten mensen hier ongeveer een kilo. Wij moeten ervoor zorgen dat die kilo lekker is en niet zo duur dat we er verlies op maken.’

Chou zit aan een tafeltje bij het raam op een van de ruim vijfhonderd stoelen in het restaurant. Binnen zijn koks rond de drie ‘uitgiftestations’ druk met de mise en place van tientallen schalen. Buiten schittert de Ouderkerkerplas en zoeven auto's over de krullende wegdelen van knooppunt Holendrecht, waar de A9 samensmelt met de verkeersader waarnaar het restaurant genoemd is.

Chou is de vierde generatie horeca-ondernemer in Nederland. Zijn overgrootvader kwam in de jaren twintig als stoker op een schip in Nederland en begon in Leiden een restaurant, dat zijn opa overnam. Zijn ouders openden een zaak in Nijverdal (wat aan zijn accent nog altijd goed te horen is). Zelf begon hij op jonge leeftijd een klassiek Chinees restaurant in Groningen – ‘gezellig zitten of afhalen, zeg maar’. In de jaren negentig opende hij in Gouda ‘Best Burger’, een snackbar die inmiddels is verkocht.

Toen hij begin deze eeuw de eerste all-you-can-eat-restaurants zag opkomen, besloot Chou de gok te wagen. Zijn eerste vestiging opende hij op de woonboulevard in Almelo. Daarna nog één in Enschede en in 2018 opende hij samen met een compagnon een Wereldrestaurant in Amsterdam-West en een jaar later A2.

Eigenaar Zhi Yong Chou (links) met de dagelijkse leiding van zijn Wereldrestaurant A2, Zhong Xi Shi (linksmidden) en Patrick Chang Hong Shi (rechts).Beeld Raymond Rutting / de Volkskrant

Grote ruimte lage huur

Het is een wonderlijke locatie voor een restaurant. Op de tweede verdieping boven een bouwmarkt, babywinkel en beddenzaak, op een bedrijventerrein vol autodealers. Maar voor de formule is het perfect, legt Chou uit. ‘Je kunt een all-you-can-eat-restaurant alleen draaiende houden met lage kosten en massa. Dat heb je hier, de ruimte is groot, de huur per vierkante meter is laag en in de omgeving wonen en passeren veel mensen. Die kunnen hier gratis voor de deur parkeren.’

De dagelijkse leiding in Amsterdam is in handen van Zhong Xi Shi en zijn zoon Patrick. Het zijn zware eerste jaren geweest voor het restaurant, zeggen de mannen. Ze waren net een paar maanden open toen corona uitbrak. ‘We hadden geen recht op steun, maar we hebben het overleefd’, zegt Chou.

Inmiddels zit de loop erin. Zeker op weekenddagen is de zaak vol. Dan komen er bubbels samen die in dit multiculturele deel van het land doorgaans langs elkaar heen zweven. Aziaten uit Amstelveen, witte welgestelden uit omliggende dorpen, maar ook veel Oost-Europeanen, Russen en de laatste jaren zeker ook veel Oekraïners. Zij aan zij schuifelen ze langs de schalen of wachten ze geduldig tot hun sliptongetjes van de bakplaat komen.

Mond-tot-mondreclame

Veel Surinaamse en Afrikaanse families vieren hier hun verjaardagen. In hun mooiste kleding stappen ze de zaak binnen met een gestileerde taart in de hand. Alleen voor op de foto, want opeten is in deze context zonde. ‘Sowieso word ik continu gevraagd om groepsfoto’s te maken’, zegt Patrick Shi. ‘We hebben ook allemaal mooie stoelen staan waarin mensen zich graag laten fotograferen.’ Aan marketing doen ze dan ook weinig. ‘De reclame gaat van mond tot mond.’

Er zijn meerdere redenen waarom mensen hier graag komen, zegt Shi. ‘Dat het makkelijk is met kinderen omdat we een speeltuin hebben, en omdat we voor elke smaak wat te bieden hebben.’ Maar het allerbelangrijkste is toch wel de vaste prijs. ‘Probeer in de binnenstad maar eens voor 40 euro per persoon uit eten te gaan, dat lukt niet. Het is ook heel geschikt voor bedrijfsuitjes. Iedereen kan eten wat hij lekker vindt en vooraf weet je precies wat het kost.’

Het betaalbaar houden van de formule is de dagelijkse uitdaging voor de drie mannen. Dagelijks wordt er scherp onderhandeld met leveranciers. Gunstig is ook dat het restaurant geen bediening heeft, dat scheelt weer personeelskosten. En verspilling van voedsel heeft de aandacht. Daarop staat een boete van 10 euro, zo is op verschillende plekken te lezen. Chou: ‘Ik heb maar één keer een boete uitgedeeld. Aan een man die een hele volle tafel achterliet, 2 euro.’ Patrick Shi: ‘Als je gasten er vriendelijk op aanspreekt dat het niet oké is om volle borden weg te gooien, doen ze het daarna vaak niet meer.’

Toch drukken de stijgende kosten voor huur, personeel en voedsel op de zaak, bekent Chou. Hij vermoedt dat de prijsstijgingen ervoor zorgen dat ‘aan de onderkant’ een deel van de gasten afhaakt. ‘Zeg nooit nooit, maar ik heb daarom nu ook geen plannen een volgend Wereldrestaurant te openen.’