Getraumatiseerde, ondervoede kinderen in overvolle kampen door oorlog Soedan. ‘Een nachtmerrie’
Achtergrond
In Soedan woedt al tien maanden een hevige strijd tussen het regeringsleger en de paramilitaire groep Rapid Support Forces (RSF). Hoofdstad Khartoem is belegerd, RSF wint overal terrein en in de westelijke regio Darfur escaleert het geweld tot genocidale proporties. Een half miljoen Soedanezen zijn de grens overgestoken naar Tsjaad, waar ze een dagelijkse strijd voeren om te overleven. Ngo’s luiden de noodklok.
Idriss zit puffend in de schaduw van een enkele boom bij de ingang van vluchtelingenkamp Ourang, op een dertigtal kilometer van de grens tussen Soedan en Tsjaad. Zijn militair uniform laat er geen twijfel over bestaan: hij is de man die vandaag de veiligheid in het kamp moet garanderen. ‘Een uitdaging’, zegt hij. ‘Ongeveer 46.000 Soedanese vluchtelingen zijn in dit kamp gehuisvest. Het is niet eenvoudig om overal een oogje in het zeil te houden.’
De zon staat nog laag aan de hemel, toch is het al bloedheet op het uitgestrekte stuk woestijnland. Duizenden geïmproviseerde huisjes bestaande uit stro en enkele golfplaten met her en der een blauw zeil domineren het vergezicht. ‘Al deze mensen komen uit de provincie Darfur in Soedan’, aldus Idr..
