Met deze maatregel wilden de indianenstammen voorkomen dat de pijplijn al in gebruik kan worden genomen terwijl de rechtszaak tegen het bedrijf achter het project nog niet is behandeld.
De zaak draait om de toestemming die het Army Corps of Engineers, een overheidsorganisatie die dit soort projecten begeleidt, aan het bedrijf Energy Transfer Partners heeft gegeven om de pijplijn aan te leggen.
De tweeduizend kilometer lange pijplijn is bijna helemaal klaar. De laatste paar kilometers gaan door een gebied dat voor de indianen heilig is. Bovendien tast de pijplijn het natuurreservaat aan en zijn de indianen bang dat de pijp gaat lekken en hun watervoorziening besmet raakt.
Niet zwaarwegend
Eerder besloot het Army Corps of Engineers dat Energy Transfer Partners op zoek moest naar een alternatieve route, die niet door het indianenland loopt. Maar met de komst van Donald Trump in het Witte Huis is de koers van de overheid op dit gebied gewijzigd; Trump heeft de eerdere besluiten met twee decreten vernietigd.
Volgens de federale rechter is het argument van de "heilige grond" niet zwaarwegend genoeg om het noodverzoek toe te wijzen. Bovendien kan het stilleggen van het project ETP "substantieel schaden", zo meldt persbureau AP.
De indianen en milieuactivisten hebben al maandenlang geprotesteerd tegen de aanleg van de pijplijn. De politie greep meermaals hard in bij de protesten.
Nederlandse banken
Twee Nederlandse banken, ABN en ING, zijn betrokken bij de financiering van het omstreden project. ABN Amro gaf onlangs aan de lening van 45 miljoen dollar aan ETP in te trekken als de kwestie met de indianen niet op een nette manier wordt opgelost.
ING houdt vast aan haar investering van 120 miljoen dollar. De bank zou naar eigen zeggen juridisch gebonden zijn aan de afspraak.