Meinard en Karin Hakvoort wonen met hun 3 kinderen in Blankenham (Ov.), waar ze een bedrijf runnen met 60 melkkoeien op 45 hectare. Binnenkort komen daar 60 koeien en 23 hectare bij. - Foto's: Jan Willem Schouten BoerenlevenAchtergrond

‘Keus om te groeien zonder te intensiveren was een onderbuikgevoel’

Vlak bij een Natura 2000-gebied zitten en toch uitbreiden? Melkveehouders Meinard en Karin Hakvoort kozen ervoor toen zich een mooie kans voordeed.

Meinard (45) en Karin (41) Hakvoort wonen in Blankenham (Ov.), waar ze een bedrijf runnen met 60 melkkoeien op 45 hectare. Binnenkort komen daar nog 60 koeien en 23 hectare bij. Weidevogelbeheer en duurzaam werken is onderdeel van de bedrijfsvoering: Meinard werd dit jaar zelfs verkozen tot lokale weidevogelboer van het jaar.

We kregen deze kans en grepen die met vier handen aan. Buurmans bedrijf komt maar één keer te koop.

Meinard: “We hadden altijd al het plan om te groeien. Oorspronkelijk wilden we van 60 koeien naar 140. Dat zou betekenen dat er een nieuwe stal gebouwd moest worden. We vroegen de vergunning aan en die werd ook verleend. Maar toen kwamen de fosfaatrechten. We hebben de start on hold gezet en dachten: eerst maar eens kijken wat er gebeurt. Intussen stegen de bouwkosten, je moest dure fosfaatrechten aankopen; de haalbaarheid van ons plan om nieuw te bouwen werd steeds onzekerder. Al die tijd bleven we wel bezig met duurzaamheid. Zonnepanelen op het dak, plasdras aanleggen voor weidevogels, ik vind dat mooi. Ook startten we met Kopros, een bacteriemengsel dat de ammoniak in mest reduceert. Het is een pilot, maar ik ben enthousiast. Van 13 kilo ammoniakuitstoot per koe gingen we naar 3 tot 4. Maar de vraag of we wel boer konden blijven met 60 koeien was daarmee niet weg.”

Karin: “En toen kregen we van de makelaar onverwacht het bericht dat onze buurman, ook melkveehouder, zou gaan stoppen. Of we interesse hadden om zijn bedrijf te kopen. De stal is uit 2015 en nog helemaal goed. Er zouden 120 koeien in kunnen, het dubbele van wat we nu hebben, maar wel iets minder dan de 140 die we aanvankelijk in gedachten hadden. We keken elkaar aan en dachten: misschien is dat toch een betere keus dan zelf een nieuwe stal zetten. Dan zouden we meteen ook meer grond hebben, want dat was in onze eerste opzet heel lastig geworden. Om uit te breiden zouden we namelijk ook extra grond nodig hebben en er komt hier in de omgeving niet vaak iets vrij.”

Grond ‘aan de andere kant’ twee keer zo duur

Meinard: “Probleem was wel dat de buurman aan de andere kant van de dijk zit. Daar is de grond twee keer zo duur als hier. Hier kost een bunder € 70.000, daar € 140.000. We moesten er dus echt wel goed voor gaan zitten om alles door te rekenen. Zo’n keuzetraject is nooit alleen maar zakelijk, er kwam ook emotie bij kijken. Ik noem het onderbuikgevoel. Eerst zeg je: dat wordt te veel, dat gaan we niet doen. Maar je gaat onderzoeken, nog eens rekenen, plannen bijstellen, en zo groei je ernaartoe. Je moet wennen aan het idee.

Af en toe gingen we kijken op de nieuwe locatie om er gevoel bij te krijgen. We wisten al snel: deze keuze willen we maken, hier willen we voor knokken. We gingen ook een samenwerking aan met een akkerbouwer voor de mestafzet en om wisselteelt te kunnen toepassen. Alles bij elkaar zouden we meer koeien kunnen houden zonder intensiever te worden. Dat is belangrijk, want we zitten vlak bij de Weerribben en dat is een van de grootste Natura 2000-gebieden van Nederland.”

Meinard en Karin Hakvoort hebben drie kinderen: Rosalie (12), Sander (10) en Jasper (bijna 2). Meinard werkt tevens als zzp’er in de botenbouw en doet loonwerk voor anderen. Karin werkt parttime in de thuiszorg.
Meinard en Karin Hakvoort hebben drie kinderen: Rosalie (12), Sander (10) en Jasper (bijna 2). Meinard werkt tevens als zzp’er in de botenbouw en doet loonwerk voor anderen. Karin werkt parttime in de thuiszorg.

Met twee provincies onderhandelen

Karin: “We kregen deze kans en grepen die met vier handen aan. Buurmans bedrijf komt maar één keer te koop. Toch gingen we niet over één nacht ijs. We zijn wel een jaar bezig geweest om alles uit te zoeken en om na te gaan of het wel echt kon. Wat het lastig maakte, is dat we met twee provincies te maken hebben. Het bedrijf van de buurman zit in Flevoland, wij in Overijssel en die provincie wilde de latente ruimte die we over hebben, niet salderen. Het ging om 100 koeien waar we wel een vergunning voor hebben, maar die we niet zouden gaan houden. Die ruimte was dus niets meer waard, helaas.

Eerst zag de bank onze plannen om duurzaam te groeien niet zitten. Ze lopen een beetje achter op het gebied van duurzaamheid financieren. Banken weten nog niet zo goed hoe ze dat moeten invullen. Gelukkig hadden we een goede bedrijfsadviseur die ons bijstond. Uiteindelijk besefte de bank ook: met duurzaam werken kan iemand boer blijven en anders misschien niet. Ze gingen overstag, maar het is wel een zware financiering geworden. En niet alles kon; we hebben moeten snijden in onze plannen. We hadden bijvoorbeeld graag nog wat meer grond onder het bedrijf gewild, maar dat zat er niet in. Dat de bank toch een groot deel financierde, voelt wel als een bevestiging dat we op het juiste spoor zitten. Deze keuze voelt goed.”

Meinard: “We krijgen er staks 60 koeien en 23 hectare bij. Onze melkkoeien verhuizen naar de nieuwe locatie, al het jongvee komt hier. Vóór de zomer van 2024 moet dat rond zijn. We denken dat het bedrijf voorlopig toekomstbestendig is. In een glazen bol kijken kan niet, je weet het dus nooit zeker maar we hebben er zin in en de kinderen ook. Mocht een van hen het bedrijf later willen overnemen, dan staat er iets waar hij of zij mee verder kan.”

Beheer
WP Admin