Nederland liep niet bepaald voorop wat betreft het ondertekenen van het VN-verdrag Handicap, dat de positie van de twee miljoen inwoners van ons land met een beperking moet verbeteren.
"Nederland was er in 2016 zeker niet vroeg mee. De Tweede Kamer wilde vorig jaar via een nationale strategie meer 'push' om mensen met een beperking volwaardig te laten meedraaien qua werk, wonen, vervoer enzovoorts. Die strategie ontvangen de Kamerleden waarschijnlijk in januari. De volgende stap is een werkagenda met maatregelen door ministeries en andere organisaties, zodat er in 2040 geen obstakels meer zijn voor mensen met een beperking."
Ik kan me voorstellen dat iemand met een beperking denkt: 2040 is super ver weg. Wat ga ik hier nou concreet van merken? Het klinkt allemaal zo bureaucratisch, met 'werkagenda's'.
"Mensen zijn inderdaad niet geïnteresseerd in beleidsnotities. Het gaat echt om de maatregelen. Een voorbeeld zou kunnen zijn het afschaffen van het eigen risico in de zorg. Heel veel mensen met een beperking zijn al in de eerste maand van ieder jaar 385 euro kwijt omdat ze heel veel extra zorgkosten hebben."
Wat houdt dat afschaffen van het eigen risico concreet tegen?
"Niks, het staat ook in sommige verkiezingsprogramma's van politieke partijen. Maar het kost 6 miljard euro. Dit is een voorbeeld van een maatregel die je gewoon kan nemen. En niet pas in 2040, maar nu al."
Bent u daar ook voor?
"Absoluut."
Gaat u daar ook concreet iets aan doen? Lobbyen of iets dergelijks?
"Dat is mijn rol niet. Dat zijn politieke keuzes."
Ik kan niet met de zweep er overheen
Belangenorganisatie Ieder(in) zegt over uw eerste jaar: "Ze moest erin komen, maar ze zit er nu lekker in." Hoe heeft u zelf uw eerste jaar ervaren?
"Ik heb met zestig organisaties gesproken. De vraag was vooral wie het meest in aanmerking komt om bestuurlijk aangejaagd te worden. Mijn beeld was al snel dat het met name zit in de Rijksoverheid en gemeentelijke overheden."
Dat kon je toch van tevoren ook wel voorspellen?
"Zeker. Maar je kunt het op verschillende manieren invullen. Nu de nationale agenda er ligt, ga ik komend jaar de gemeenten achter de broek zitten."
Hoe gaat de burger concreet merken dat u gemeenten aanjaagt en achter de broek zit?
"Ik kan er niet met de zweep overheen: ik heb geen machtsmiddelen. Zeker 50 procent van de gemeenten heeft nog geen inclusieagenda, de basis van de maatregelen om de situatie van mensen met een beperking te verbeteren. Terwijl in de wet staat dat ze die wel moeten hebben. Je kunt zeggen: 'We handhaven met de stok.' Maar je moet het ook met de wortel doen. Daarmee bedoel ik dat stimuleren beter werkt dan straffen. Ook moeten we meer weten van achtergronden: Hoe komt het nou, dat die gemeenten geen inclusieagenda hebben?"
Dat is toch al jaren bekend? Geen geld, geen personeel, zeggen de gemeenten.
"Dat klopt, maar er zijn geen maatregelen genomen om het beter te maken. En de gemeenten die een inclusieagenda hebben zijn niet per se rijker dan de gemeenten die er geen hebben. Dus nu ga ik samen met de Vereniging Nederlandse Gemeenten kijken wat we kunnen doen om gemeenten te helpen. En ook een beetje druk uitoefenen: 'Jongens, we begrijpen dat jullie het allemaal heel druk hebben, maar het is wel een wettelijke verplichting. Dus kom op, het moet nu echt'."
"Je zou ook grote gemeenten kunnen vragen om om zich heen te kijken naar gemeenten in de buurt zonder inclusieagenda. Die zou je als grote gemeente kunnen helpen. Een beetje samenwerken, wat is daar nou op tegen?"
En toch, die verplichting voor de inclusieagenda is er al sinds 2016. Nog steeds heeft de helft van de gemeenten die niet. Op een gegeven moment houdt het toch gewoon op?
"Eind volgend jaar moeten we gewoon op 100 procent zitten. Echt op 100 procent."
Hoe gaan we daar komen?
"Door te helpen en ook te zeggen: 'Zo gaat het niet langer'."
Is dat realistisch?
"Je moet toch altijd je doelen hoog stellen? De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) staat er ook zo in. Die vindt ook dat het beter moet."
Dat is dan wel anders dan een paar maanden geleden. De VNG zei toen nog dat het sleuren niet aan de vereniging was.
"Maar de artikelen op NU.nl over de inclusie van mensen met een beperking hebben effect. De VNG leest die ook. Sindsdien ben ik in gesprek gegaan met de directeur van de VNG. Hij en ik gaan uitzoeken welke gemeenten het niet goed genoeg doen en daarmee contact zoeken. Het kan natuurlijk zijn dat er gemeenten zijn zonder inclusieagenda die wél iets aan inclusie doen."
Het is niet zo dat we tot 2040 niets gaan doen en in 2039 denken ‘oh ja’.
Afran Groenewoud is verslaggever samenleving en inclusie
Heeft u al gemeenten gebeld?
"Jij wil alles tegelijk. We zijn nog bezig met de lijst te maken van gemeenten zonder inclusieagenda."
Maar u bent nu een jaar bezig. De achtergestelde positie van mensen met een beperking speelt al jaren. Gemeenten voldoen al jaren niet aan de wet.
"De nationale agenda had voorrang. Je wil geen incidentenpolitiek. Je wil geen kleine dingen doen. Je wil dat de samenleving in 2040 obstakelvrij is voor mensen met een beperking."
Nogmaals, dat klinkt wel heel ver weg.
"De landen om ons heen trekken er ook zoveel tijd voor uit. Het is niet zo dat we tot 2040 niets gaan doen en in 2039 denken: oh ja."
Aan de gemiddelde persoon kun je niet uitleggen waarom gemeenten niet gewoon op hun donder krijgen.
"Gemeenten zijn autonoom. Je moet het hebben van raadsleden die het onderwerp op de agenda zetten, of actiegroepen van mensen met een beperking in de gemeente zelf."
Kunt u hierover niet een sjabloonbrief sturen als voorbeeld voor die actiegroepen, of een brief rechtstreeks naar alle raadsleden?
"Ik sluit niet uit dat vanuit de minister meer druk zal komen."
Ik bedoel dat u dat zelf doet.
"Dat is niet mijn rol. Ik ga met de verantwoordelijken praten. Dat zijn de wethouders die dit moeten uitvoeren."
U bent voor twee jaar aangesteld. Wat vindt u het meest urgent om eind 2024 gerealiseerd te hebben?
"Als ik moet kiezen, dan kies ik voor werk en bestaanszekerheid: mensen met een beperking moeten kunnen werken en daarvan ook kunnen leven."
"Van een andere orde maar ook urgent is samen spelen. Kinderen met en zonder beperking moeten van jongs af aan met elkaar in aanraking komen. Zo leren ze op een prettige manier met elkaar omgaan. Dat zorgt ervoor dat ze dat ook doen wanneer ze volwassen zijn."
Wat wil u vanuit uw rol meegeven aan mensen met een beperking?
"Kom voor jezelf op. Ik zie daar ook veel goede voorbeelden van, binnen belangenorganisaties."
Dat is op organisatieniveau. En het menselijk niveau?
"Veel mensen met een beperking zijn heel bescheiden. Maar ook als je een beperking hebt, kun je van grote waarde zijn voor de maatschappij. En als het je in je eentje niet lukt om dat aan je omgeving duidelijk te maken, organiseer je dan met anderen."
De loopbaan van Guusje ter Horst in het kort
Guusje ter Horst (1952, Deventer) is voormalig minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en oud-burgemeester van Nijmegen. Ze studeerde psychologie en was wetenschapper en docent op de faculteit tandheelkunde. In Amsterdam was Ter Horst gemeenteraadslid en wethouder voor de PvdA en bestuurder aan de Universiteit van Amsterdam. Ook was ze senator in de Eerste Kamer.
Op 15 december 2022 is Ter Horst gestart als bestuurlijk aanjager Onbeperkt Meedoen in dienst van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.
NUjij: Uitgelichte reacties