Nu gaan jaarlijks nog miljoenen tonnen aan ongedragen kledingstukken de oven in. Fabrikanten danken veel kleding af en iedere Europeaan gooit elk jaar ongeveer 11 kilo textiel weg.
Dat vinden de onderhandelaars van de EU-landen en het parlement een verspilling van schaarse materialen. Ook is het volgens hen slecht voor het milieu, het klimaat en de portemonnee van de burger.
Om daar iets aan te doen, moeten er nog meer vernietigingsverboden komen. Fabrikanten moeten daarom alvast melden wat ze wegdoen en waarom, staat in het onderhandelaarsakkoord. Maar ze moeten hun producten vooral duurzamer ontwerpen, zodat ze langer meegaan en makkelijker kunnen worden hergebruikt of gerepareerd.
Dat geldt in eerste instantie voor onder meer meubels, matrassen, banden, wasmiddelen, verf en voor materialen als ijzer, staal en aluminium. Onder andere voedsel en medicijnen blijven buiten schot.
De EU-lidstaten en het voltallig Europees Parlement moeten begin volgend jaar nog instemmen met het akkoord, maar dat is waarschijnlijk een formaliteit. Het verbod op de vernietiging van kleding kan vervolgens twee jaar later ingaan.