Boetes voor bijvoorbeeld door rood rijden of bellen achter het stuur zijn bedoeld om de verkeersveiligheid te vergroten, vindt de Raad van State, een van de belangrijkste adviseurs van het kabinet. Het boetebedrag moet dan ook in verhouding staan tot de overtreding en het is maar de vraag of dat na de verhoging nog het geval is.
Het demissionaire kabinet doet er volgens de Raad van State beter aan om eerst te onderzoeken wat de gevolgen zijn van hogere boetes, voordat het een beslissing neemt. Als uit dat onderzoek blijkt dat de verhoging niet nodig is en ook niet zorgt voor veiliger verkeer, zou het kabinet ervan af moeten zien.
Minister Dilan Yesilgöz van Justitie en Veiligheid wil komend jaar de verkeersboetes met 10 procent verhogen. Iets meer dan de helft (5,7 procent) is inflatiecorrectie, maar de overige 4,3 procent is bedoeld om de rijksbegroting op orde te krijgen.
Vrees voor minder begrip voor boetes
De vrees bestaat nu dat als de maatregel daadwerkelijk wordt ingevoerd, er steeds minder begrip is voor verkeersboetes. Dit kan gepaard gaan met steeds meer burgers die naar de rechter stappen omdat ze het niet eens zijn met de boetes.
Ook het Openbaar Ministerie (OM) was enkele maanden geleden kritisch op het voornemen. Het OM vindt de hogere bedragen niet meer in verhouding staan tot andere straffen voor ernstigere vergrijpen, zoals dronken achter het stuur zitten. Toen zei Yesilgöz dat het toch nodig is om de boetes te verhogen, omdat het kabinet anders moet bezuinigen op politie of het OM.
Dat de Raad van State kritisch is op het voorstel, betekent niet dat de verhoging niet doorgaat. De Raad van State geeft alleen advies.
NUjij: Uitgelichte reacties