'De Playboyfoto's hingen nog in werkkamers politie', voormalig agente nu hoogleraar diversiteit

Bijzonder hoogleraar Saniye Çelik
© Hogeschool Leiden
DEN HAAG - Saniye Çelik (49) is sinds september bijzonder hoogleraar Diversiteit, Inclusie en Politie aan de Universiteit van Leiden. Met zeventien jaar politie-ervaring op zak gaat ze voor de universiteit onder andere onderzoek doen naar wat er nodig is voor een diverse en inclusievere politie. Daarnaast werkt ze ook voor de Hogeschool Leiden in een vergelijkbaar vakgebied. De bijzondere leerstoel aan de Leidse universiteit wordt betaald door de Nationale Politie.

In hoeverre bent u in uw tijd bij de politie tegen zaken rond diversiteit en inclusie aangelopen?

'Ik ben in 1991 begonnen bij de politie en toen was diversiteit en inclusie ook een thema. Maar goed, ik ben er gekomen als vrouw, dus het was niet mijn directe thema. Dat is het in de loop der jaren wel geworden. Ik was toen al blij dat ik bij de politie werk ging werken als een van de weinige vrouwen in het team. Dan was ik ook nog als eerste 'van kleur' en 1.53 meter groot.
Ik kwam niet boven de balie uit, dus er werd veel gegrapt met mij, maar ik ben ongelooflijk goed opgevangen in mijn team. Er hingen ook nog Playboyfoto's in de werkkamers van de politie. Als vrouw vind je het niet prettig dat dat er allemaal hangt, maar je had ook iets van: het hoort er een beetje bij. Dat was toen zo, maar binnen een jaar waren die posters weg na een reorganisatie bij de politie.'

Wat is het moment geweest dat u dacht: ik wil me bezighouden met dit thema?

'Ik zag mensen omvallen of vertrekken. Dat waren dan vooral mensen van kleur of vrouwen die de ladder opklommen en naar beneden vielen. Toen dacht ik: wat gebeurt hier nou? Waarom gaan al deze mensen weg? Wat speelt hier binnen de organisatie? De laatste twee jaar daar heb ik me daarom echt beziggehouden met ongewenste omgangsvormen en diversiteit. Ik ben eigenlijk vanuit de 'blauwe functie' naar een staffunctie gegaan. In die periode was ik ook al best wel onder de indruk van wat er gebeurde.
Maar we hebben ook steken laten vallen in de aanpak. We hebben een anti-kwaliteitseis gehad. We wilden meer variëteit, dus als je er 'anders' uitzag, kwam je binnen. Er is ook een doelgroepenbeleid geweest bij de politie. We namen alleen maar bepaalde groepen aan en dat gaf andere mensen het gevoel van: maar ik dan?
Er wordt ook soms echt letterlijk tegen een man gezegd: jij bent het niet geworden. Je bent heel goed, maar we hadden nu echt een vrouw nodig. Dan ben je hem als ambassadeur van het thema diversiteit en inclusie dus kwijt.'

Wat is inclusie nou eigenlijk?

'Inclusie is heel erg breed en kan heel verschillende vormen hebben. Het gevoel ergens bij te horen. Maar wanneer hoor je erbij? We hebben verschillende onderzoeken gedaan. Zo zei iemand die in een rolstoel zit het gevoel te hebben erbij te horen als hij goed bij de printer kan of een deur makkelijk open gaat. Een ander zei erbij te horen als er meer wordt geluisterd naar hem of haar en niet alleen maar naar de oudere collega's. Het is dus heel persoonlijk ook.'

Waar staat de politie op het gebied van diversiteit en inclusie op dit moment?

'Ik denk dat het een hoge prioriteit heeft op het lijstje van alle managers en leidinggevenden. Dat zie je ook In de plannen en ideeën. In die lagen zal niemand zeggen: dit jaar doen we niet aan diversiteit. Het is nog niet zo dat het in alle lagen van de politie is ingedaald, dat is mijn aanname.
Ik denk dat veel mensen binnen het korps het er over eens zijn dat er wat moet gebeuren, maar uit gesprekken die ik voer, blijkt dat ze soms het gevoel hebben dat het niet over hen gaat. Ze willen de schouders er onder zetten en begrijpen dat er iets moet worden geforceerd, maar worden tegelijkertijd niet gekend en dat doet iets met ze. Ze zeggen vervolgens: ik doe niet meer mee. Dat is een fenomeen wat nu aan de hand is.'

Kan het werken aan inclusie en diversiteit dan ook negatieve effecten hebben binnen een organisatie als de politie?

'Ik weet niet of ik dat een negatief effect kan noemen, maar één van de punten van inclusie zit in de besluitvorming. Dat betekent dat je de visie, de perspectieven van de mensen meeneemt en afweegt. Maar hoe meer ideeën, hoe meer meningen, hoe langer alles duurt. Op enig moment moet je zeggen: we nemen een besluit en we gaan door. Wat het ook ingewikkeld maakt, is dat mensen denken dat je altijd alle meningen wel moet meenemen om tot een beslissing te komen.
We zien ook bijvoorbeeld binnen organisaties waar heel erg met targets wordt gewerkt, zoals de politie, dat er groepsdruk ontstaat die een bepaalde vorm van inclusie geeft. De zinsnede 'ik ben onderdeel van de blauwe familie' heeft iets paradoxaals, want op het moment dat mensen het niet redden, krijg je weer uitsluiting van mensen, exclusie.'

Wat moet uw leerstoel de politie uiteindelijk opleveren?

'Ik ben geen adviseur, maar als hoogleraar doe je wel aanbevelingen. Ik hoop in ieder geval vanuit een breder perspectief onderzoek te doen en het onderwijs mee te geven hoe je dit soort mechanismen in positieve en in negatieve zin in beeld kunt brengen. Dus niet alleen de rozengeur en maneschijn van de aanpak, maar ook de kritische kant.'

Tot slot, waarom doet u dit niet gewoon vanuit de politie zelf?

'Dat is een hele mooie. Dat had ook gekund, maar ik vind die onafhankelijke rol wel belangrijk. Hoewel de politie deze leerstoel betaalt, doe ik het onder de pet van de Universiteit Leiden. Wat ik tegen jou zeg, heb ik met niemand afgestemd.
Er is een vacature als politiebaas, maar ik had niet de ambitie om te solliciteren. Dat lijkt me ook een superpittige baan om te moeten doen trouwens. Ik moet ook eerlijk toegeven dat wij als wetenschappers heel mooi analyses kunnen maken en richting geven, maar het meest ingewikkelde werk ligt wel op het bordje van de politie. Het is ook wel weer een luxe om het niet zelf te hoeven doen.'