Politiebaas Martin Sitalsing heeft een persoonlijk belang in het leefbaar houden van het Noorden

Martin Sitalsing, sinds 1 juni 2023 politiechef van de Regionale Politie Eenheid Noord-Nederland.

Martin Sitalsing, sinds 1 juni 2023 politiechef van de Regionale Politie Eenheid Noord-Nederland. FOTO: Corné Sparidaens

Er hangt een bijzonder schilderij thuis bij Martin Sitalsing, sinds vier maanden de nieuwe politiechef van Noord-Nederland. Met daarop zijn lijfspreuk: ‘Skin in the game’. Dit doek verhuist binnenkort naar zijn werkkamer in Groningen, waar we een gesprek hebben over thuis zijn, zware misdaad, hooligans, bedreigingen, de dubbele moraal van coke-snuivers en de (on)zichtbaarheid van de politie.

,,Ik heb ‘ skin in the game ’”, zegt Martin Sitalsing (61), sinds 1 juni van dit jaar de nieuwe chef van de politie Noord-Nederland, twee keer tijdens een interview op zijn werkkamer in het politiebureau in Groningen.

Skin in the game, dat is vertaald zoiets als: ik heb er persoonlijk ook alle belang bij dat we gaan slagen. En dan bedoelt hij: dat het een beetje leefbaar blijft, hier in het Noorden.

Die uitdrukking mag je in zijn geval letterlijk nemen. Want Sitalsing woont met zijn gezin al 23 jaar in de binnenstad van Groningen, óók toen hij chef was van de politie-eenheid Midden-Nederland. In die 3,5 jaar had hij een appartementje in Utrecht, maar hij kwam altijd thuis in het Noorden, bij zijn vrouw en vier kinderen. Nu kan hij vanuit het hoofdbureau in Groningen door de binnenstad naar huis wandelen.

En dus hoorde ook hij – 12 september, om 23.40 uur – de dreunen bij het afgaan van twee explosieven bij een winkel in de Herestraat in Groningen. Op 200 meter afstand van zijn huis. Hij was niet direct verontrust, want ,,er wordt deze tijd van het jaar al zoveel vuurwerk afgestoken. Je hoort geen verschil tussen zwaar vuurwerk of een ontploffing; hetzelfde kruit wordt erbij gebruikt.” Later bleek het de aftrap van een opzienbarende vete tussen drugscriminelen.

De volgende ochtend liep hij langs de getroffen winkel. Van piketmeldingen en de districtschef wist hij natuurlijk allang wat er gaande was, maar hij bemoeide zich er ter plekke niet mee: ,,Ik ga mijn politiemensen niet voor de voeten lopen. Ik ben erg betrokken, maar niet alleen op de stad, maar op het héle Noorden. Ik heb echt wel skin in the game op Noord-Nederland. Toevallig woon ik in Groningen, maar mijn schoonfamilie woont in Drenthe, vlak bij Ter Apel. En ik recreëer veel in Friesland, dus ik voel echt wat er hier gebeurt in de regio. En dat raakt me persoonlijk. Ik voel dat de veiligheid van de bewoners ook over mijn eigen veiligheid gaat. Ik heb wat te verliezen als we het niet goed doen. Het gaat ook om mijn omgeving, mijn samenleving, mijn eigen recreatieomgeving, mijn horecaomgeving, mijn familieomgeving.”

Misdaad komt in allerlei branches aan de oppervlakte

Natuurlijk heeft hij gezien hoe de stad veranderde, al die jaren. Vroeger besmette de misdaad standaardbranches zoals prostitutie, horeca en vastgoedwereld. ,,De herkenbaarheid van criminaliteit was destijds veel groter. Nu komt het vilein ook in andere branches aan de oppervlakte. We zien de criminele geldstromen nu ook in de zorgbranche en de beautybranch. Die tweede explosie in Groningen, die was bij een tandenbleekstudio, toch? Je ziet het ook bij autoleasebedrijven, agrarisch vastgoed. Vroeger keken we naar de standaardplekken, maar we zien nu dat het veel breder zit.”

Sitalsing liep meerdere keren mee met zijn collega Frank Smilda, sectorhoofd politie Groningen, die ‘ondermijningsroutes’ organiseert door de binnenstad. Hij neemt bestuurders van allerlei pluimage mee op een stadswandeling, waarbij hij bij panden in de binnenstad wijst op signalen dat het mogelijk niet pluis is, zoals talloze beautyzaakjes die amper klandizie lijken te hebben of vage winkels waar nooit iemand binnenloopt en waar de artikelen over de houdbaarheidsdatum zijn. En waar elke ochtend een caissière gaat zitten die amper een klant ziet.

Sitalsing blijft wel kritisch: ,,Soms zeg ik: wacht even, die zaak is wel leeg, maar ik weet toevallig dat die online wel veel verkoopt. We moeten kritisch op onszelf blijven dat we niet alles aanmerken als ondermijning. Het tegen de regels optoppen van een pand met een extra verdieping, zoals hier pal tegenover het politiebureau is gebeurd, is dat nou meteen ondermijning of gewoon frauduleus gedrag, in de zin van het ontwijken van een vergunning? Die twee dingen moeten we goed uit elkaar houden. Bij ondermijning gaat het – in mijn visie – om georganiseerde misdaad waarmee veel geld wordt verdiend dat in de bovenwereld witgewassen wordt, waarmee excessief geweld gepaard gaat en waar andere branches in meegezogen worden en waarbij overheidsambtenaren worden omgekocht. Daar ligt onze prioriteit, als politie en Openbaar Ministerie.

Maar de laatste weken ligt de focus toch echt op de criminele vete die lijkt te zijn uitgebroken. Misschien ongehoorde taferelen voor Noord-Nederland – met bomaanslagen op panden in Oude Pekela, Winschoten en de stad Groningen – maar voor de Randstad al enige tijd gebruikelijk.

,,Ik heb direct gebeld met mijn collega uit Rotterdam. Ik heb zelf in Midden-Nederland natuurlijk heel veel explosies meegemaakt, schietpartijen, bedreigingen, dat soort toestanden, dus die ervaring neem ik mee. De collega’s in Rotterdam hebben het meest actuele beeld op het gebied van explosieven, dat geeft mij extra inzichten, los van mijn eigen beeld. In Rotterdam zijn er meer dan 110 verdachten aangehouden op dit terrein. We moeten zorgen dat we dit fenomeen tijdig een halt kunnen toeroepen.”

Wat is de achterliggende oorzaak van de explosiereeks?

Sitalsing benadrukt dat het onderzoek in het begin bewust breed is gehouden. ,,Mensen proberen elkaar te bedreigen, het leven zuur te maken, zoveel is wel helder. Maar ik spreek uit eigen ervaring in Midden-Nederland dat wij soms het spoor volgden van criminele organisaties, terwijl later bleek dat die aanslagen te maken hadden met een ordinaire relatiecrisis waarbij dezelfde methode werd gehanteerd als bij zware criminaliteit. Maar we hebben ook meegemaakt dat het om flinke drugsdeals ging, dus we blijven een breed blikveld houden totdat we echt concreet hebben waarnaar we kijken. Of het echt gaat om criminele bendes of dat er een ander verhaal achter zit, bijvoorbeeld een probleem tussen twee families.

In zijn eerste maanden als politiebaas vliegen hem de rapporten om de oren waarin het Noorden door onderzoekers wordt neergezet als een paradijs voor de misdaad: uitgestrekte gebieden, weinig politie, amper gemeentetoezicht, armoede, wantrouwen tegen de overheid, goedkoop vastgoed, veel agrarisch vastgoed. Al die rapporten lezen als reclamefolders voor de misdaad: hier moet je wezen, niemand die je hier verlinkt, niemand die je pakt!

Is dat niet verontrustend?

,,Ik voel me niet machteloos, maar het is wel een verontrustende ontwikkeling. Ik zie die rapporten als een waarschuwing, dat er hier een voedingsbodem kan zijn voor de georganiseerde misdaad. Die voedingsbodem kenmerkt zich door afstand die de bevolking ervaart tot de overheid; vanuit wantrouwen, door aardbevingsproblematiek, door stikstofvraagstukken, armoede, gebrek aan werkgelegenheid. Voor criminelen biedt dat kans om mensen vanuit die achterstand naar zich toe te trekken. Dus het is belangrijk om goed aanwezig te blijven, met voelsprieten in de samenleving.”

Precies daarover beklagen burgemeesters zich in Noord-Nederland: er zijn domweg te weinig agenten zichtbaar in de regio. En de agenten die ze zien, zoeven voorbij in een wagen op weg naar een melding. Jan Struijs, voorzitter van de Nederlandse politiebond wond er recent op NPO Radio 1 geen doekjes om: de tekorten bij de politie zijn dramatisch, er is een tekort van duizenden agenten en er is dramatisch bezuinigd op het apparaat.

,,Volgens mij zijn wij de meest zichtbare overheid, altijd aanwezig – 24 uur per dag, de hele week – als voelsprieten in de samenleving. En dat staat onder druk...”, start Sitaling, als hij wordt onderbroken.

Maar de politie ís toch amper meer aanwezig? Praten over ‘voelsprieten in de omgeving’ is toch het bekende promopraatje?

En dat vindt Sitalsing niet leuk. Hij verandert van toon – want die kritiek vindt hij zwaar onterecht – en zegt: ,,Nee, ik heb geen promopraatje. Als je dat denkt, dan moeten we stoppen met het interview. Wat ik wil zeggen is: ik zie een groeiende afstand tot de overheid, in de volle breedte. Maar ook een terugtrekkende beweging bij alle voorzieningen, zoals banken, supermarkten. Wij worden daar als politie – als meest zichtbare overheid – het eerst op aangesproken. Er is druk op de politiecapaciteit. Maar weet je: wij leveren ook een sectie mobiele eenheid tegen de demonstratie van Extinction Rebellion op de A12 in Den Haag. We moeten met agenten die uit de wijken komen allerlei andere dingen doen, zoals capaciteit leveren voor het bewaken en beveiligen. Ik ben erg voorstander van het vergroten van onze zichtbaarheid, alleen ... ik trek geen blik agenten open.”

,,De politieacademie zit propvol. Landelijk moeten er 17 duizend nieuwe politiemensen worden opgeleid. Daarbij moeten we niet alleen scherp zijn op de fysieke veiligheid, maar ook op de digitale criminaliteit. Landelijk komt ons – schat ik – nog geen 10 procent van de digitale criminaliteit ter ore. Daar hebben we ook echt nog veel te doen. Maar ja, ook die fysieke zichtbaarheid baart mij grote zorgen. Ik zou het liefst natuurlijk willen kijken naar een nieuw verdeelsysteem in Nederland.”

Nu worden budgetten verdeeld op basis van inwoneraantallen, wat uitgestrekte, relatief dunbevolkte gebieden karig achterlaat met een handjevol ambtenaren en een enkele surveillancewagen. ,,De minister heeft al toegezegd dat dit gaat veranderen.”

Moeten die klagende burgemeesters niet ook de hand in eigen boezem steken? Want op hun afdelingen openbare orde en veiligheid werken anderhalve man en een paardenkop, met de beste bedoelingen, maar volstrekt onderbemenst.

,,Kijk, wat ik duidelijk probeer te maken: ik trek geen blik agenten extra open, dus moeten we anders kijken naar dit vraagstuk. De problemen zijn zo complex en breed, dat je alleen al als je kijkt naar de informatiepositie niet alleen afhankelijk kunt zijn van de politie. Wij zien maar een deel van wat er gebeurt. We hebben het beeld van andere partijen nodig, zodat je interventies kunt verbreden. Ook andere partijen moeten hun verantwoordelijkheden pakken: scholen, gemeenten, makelaars, notarissen, banken, horecaondernemers. Burgers in de volle breedte moeten dit vraagstuk met elkaar oppakken.”

,,Kijk alleen maar naar hoe genormaliseerd drugsgebruik verdorie is, hoe bon ton cocaïne is binnen bepaalde kringen...”

Nou, niet in mijn kringen...

,,Nou, echt wel in jouw kringen! Ik weet zeker dat ook in de journalistiek cocaïne wordt gebruikt. Die normalisatie stoort mij enorm. Mensen hebben de mond vol over de aanpak van de georganiseerde misdaad, over ondermijning, zonder dat ze weten wat het betekent. Maar wel zelf een lijntje cocaïne pakken. En het gemak waarmee het wordt besteld! Alsof ze een pizzakoerier bellen. Wij hebben recent, op één avond, zes van die bestellijnen opgedoekt. Zes lijnen waar je alle denkbare drugs kunt bestellen. Het is volstrekt normaal in het studentenleven, het uitgaansleven, het arbeidzame leven. In de volle breedte. Die dubbele moraal stoort mij enorm.”

,,En wij mogen de scherven oprapen, als politie. Want iedereen kijkt naar ons. En dan roept iedereen: er moet meer politie bijkomen. Tja, dan denk ik: dank je de koekoek! Laten we die verantwoordelijkheid dan ook maar verbreden naar anderen die hierin verantwoordelijkheid moeten nemen. Of dat nu horecaondernemers zijn, vastgoedondernemers, onderwijs of gemeenten. Wij hebben dit gewoon met elkaar te klaren. Hiervoor kun je niet alleen maar naar de politie kijken.”

Onderzoekers schetsen het beeld van het Noorden als de ‘hennepschuur van Nederland’. Toch is een geweldig goed functionerend, gespecialiseerd hennepteam van de politie de nek omgedraaid. Hennep-moeiheid zou er heersen in de strafrechtketen. Maar onderwijl verdienen hennepcriminelen honderden miljoenen – een enkeling durft zelf te denken aan een jaaromzet in het Noorden van een miljard euro – aan wiet.

Sitaling durft er geen prijskaartje aan te hangen. ,,Kijk, wat ik wel zie, en dat heb ik ook geleerd in mijn oude eenheid: we moeten niet te naïef zijn als het gaat om die hele hennepwereld. De logistiek die daaromheen is gebouwd, is ook meteen voedingsbodem voor andere vormen van criminaliteit. Illegaal vuurwerk wordt via diezelfde lijnen in de markt gezet. Er is een link naar synthetische drugs, een link naar cocaïne. De hennepwereld wordt voor veel meer gebruikt dan alleen hennep. Nou ja, ook daarin hebben we een beetje een dubbele moraal.”

Het supportersgezeik, dat krijg je er ook gratis bij, bij deze baan...

,,Ik weet niet of er diepgaand onderzoek naar is gedaan, maar het lijkt wel alsof er een ventiel afgaat. Ook het uitgaansgeweld is significant toegenomen. Een deel van de jeugd is tijdens corona niet uit geweest, die is onvoldoende opgevoed, heeft de mores niet meegekregen. Er is weinig interne correctie.”

Sitalsing zegt dat zijn eenheid goed in beeld heeft wie er ‘onder de hoodie zit’. ,,Heel divers, van een hardwerkende schilder tot iemand met enorme afstand tot de arbeidsmarkt en licht verstandelijk beperkt. Die hele range gaat schuil onder de hooligan-hoodie.”

Zitten er ook criminelen bij?

,,Als ik de verhalen hoor van collega’s over het drugsgebruik en hoe makkelijk dat voorhanden is, sluit ik niet uit dat er sprake is van drugscriminaliteit. Het bedreigen van collega’s vind ik ook crimineel. Er zijn collega’s zo ernstig bedreigd dat zij geen zin meer hadden om supporters te begeleiden. Er begint weerstand te ontstaan: moeten we dit allemaal nog willen, ten koste van onze aanwezigheid in de wijken en buurten, precies waar we zo goed in zijn als Nederlandse politie. Als we een onevenredige inzet moeten plegen bij wedstrijden, week in week uit uitrukken met de ME, gaan we een grens over.”

Is de inzet bij de acties van Extinction Rebellion ook buitenproportioneel inmiddels?

,,Ja, dat vind ik zeker, hoezeer ik de doelstelling ook steun. Zoek eens andere manieren om de aandacht te krijgen, want dit vraagt wel heel veel politie-inzet iedere keer. En dat gaat ten koste van veel andere dingen, die capaciteit hebben we hard nodig in de wijken in Noord-Nederland.”

Twee ‘spotters’ bij de liquidatie van Peter R. de Vries kwamen uit Delfzijl, wat zegt u dat?

,,Het zegt iets over organisatie van de daders, die kun je echt wel vergelijken met een multinational die overal zijn cellen heeft om ‘werk’ te verrichten. Daardoor wordt ook ondoorzichtig waar de opdrachtgever zit. Het uitvoeren van liquidaties, het inwinnen van informatie, de logistiek, dat zit niet allemaal op één plek. Dat is zelfs internationaal verspreid. Het toont ook dat onder kwetsbare doelgroepen wordt gezocht naar uitvoerders, die zich snel en soms voor weinig geld laten inhuren, zonder soms te weten voor welke organisatie het is, en wat de consequenties zijn.”

En dan zwijgt hij nog over de knullige omgang met wapens, waardoor onschuldige omstanders geraakt kunnen worden. ,,Het zijn niet de beste schutters, hebben we ook in Groningen ervaren.”

Hoeveel tijd is de politie kwijt aan bedreigingen?

,,De inzet voor het stelsel bewaken en bedreigen is gi-gan-tisch toegenomen. Vroeger waren er enkele gevallen van bedreigde mensen die beveiliging nodig hadden, en daarom was dat belegd in de basisteams, net zoals de ME-inzet, bij mensen die dat als specialisme hadden en dat er af en toe bij deden. Nu zijn we tientallen collega’s continu kwijt aan de bewaking en beveiliging van bedreigde personen, zoals politici, bestuurders, politiemensen, journalisten, voor beveiliging van autoriteiten in de volle breedte, tot zelf aan wetenschappers toe die worden bedreigd vanwege het feit dat ze iets vinden, zeggen of doen. Ik sta er echt van te kijken hoeveel capaciteit daarin gaat zitten. Niet alleen wat betreft de eenheid bewaken en beveiligen zelf, ook de tactische- en specialistische opsporingscapaciteit die je eraan kwijt bent. En aan de informatieorganisatie die daarin een rol speelt.”

Maar ja, niemand die die inzet ziet, dat gaat allemaal in stilte...

,,Dat is het lot van preventief werk. De arts die je een gezonde leefstijl adviseert, krijgt geen complimenten. De arts die er twee nieuwe longen inplakt, díé is de held. Je hoort nooit iets van degene die het roken heeft weten te voorkomen.”

Waar zitten je grootste zorgen?

,,Bij de jonge aanwas in de criminaliteit. Jongeren die makkelijk de weg vinden naar snel geld, vanwege de afstand tot de overheid, werkloosheid, gebrek aan perspectief en die zich niet gezien voelen. Bij de Albert Heijn kun je als kind 3 tot 4 euro verdienen per uur als vakkenvuller. Maar ze kunnen ook 500 euro per week pakken door een ‘klusje’ te doen. Concurreer daar maar eens tegen. We zien in de praktijk dat na verloop van tijd een heel gezin daarvan meeprofiteert. Ook verontrustend is de toename van het aantal meisjes dat een faciliterende rol pakt in de georganiseerde criminaliteit. Concreet? Het verbergen van spullen. het stash houden van drugs thuis, het rondbrengen van drugs, en ook de financiële kant van het werk.”

Ook is hij geschrokken van het grote aantal verkeersdoden in de provincies. Alsof het een soort wetmatigheid is, de dramatische uitkomst van de combinatie platteland, drankketen, uitgestrekte gebieden en tieners met een rijbewijs. ,,Ik laat nu een analyse doen: waarin zit dat ‘m nou? Kunnen de wegbeheerders iets doen? Moeten wij meer controleren?”

Hij heeft nóg een onderzoek lopen. ,,Wist je dat 60, 70 procent van al het werk in de basisteam te maken heeft met mensen met verward en onbegrepen gedrag? Als iemand op een viaduct staat en dreigt te springen moet er een arrestatieteam bij komen, en politieonderhandelaars. We zetten heel hoog in bij deze scenario’s. Ik wil hierover in gesprek gaan. Kunnen we optrekken met andere organisaties, zoals GGZ en sociale teams van de gemeente? Het hoeft toch niet perse de politie te zijn die als eerste ter plekke komt? Waarom niet een psychiater of een psychiatrisch verpleegkundige?”, zegt Sitalsing, die binnen de politie landelijk portefeuillehouder ‘Zorg en veiligheid’ is. Drie jaar lang was hij directeur-bestuurder bij GGZ-instelling Lentis.

,,Een paar keer per week gebeurt dit. Daar hebben wij serieus veel werk aan.” Landelijk wordt een analyse gemaakt momenteel hoeveel inzet dit soort gevallen vragen van speciale eenheden, niet alleen van arrestatieteams, maar ook bijvoorbeeld van de commando-achtige eenheid DSI, de Dienst Speciale Interventies.

U ziet geen reden om daar gewapende eenheden op af te sturen?

,,Liever juist niet. Vaak als wij er in uniform bij komen, zie je het alleen maar verder escaleren.” Met al die zware onderwerpen wil Sitalsing toch ook afsluiten met trots. ,,In de korte tijd dat ik nu chef ben, zijn er twee ernstige zedemisdrijven geweest. Als je ziet hoe snel wij de focus hadden op de dader dankzij alle experts, specialistische opsporing, digitale experts, tactische opsporing, informatie en intelligence en met behulp van burgerparticipatie dan is dat heel mooi.”

Begin je aan een klus als politiechef, met een bepaald idee, iets als: dát wil ik voor elkaar krijgen?

,,Ik vind het wel prettig hier een veilige, vreedzame samenleving te maken. Waar ik inderdaad zelf in woon. Ik heb skin in the game . Drie van mijn vier kinderen zijn net als ik getint van kleur. ik wil dat zij zich hun hele leven hier veilig voelen, en dat ze door de politie worden bejegend op een manier die hen het gevoel geeft dat de politie er voor iedereen is, hoe divers mensen ook zijn, hoe de samenleving zich ook ontwikkelt. Dat wij als eenheid altijd in verbinding staan met de samenleving. Omdat ik denk dat wij daardoor een van de beste politiekorpsen ter wereld zijn. Dat is mijn grote ambitie.”

paspoort

Naam Martin Stanley Reza Sitalsing

Geboren Paramaribo, 11 januari 1962

Carrière 1985-2000 Diverse leidinggevende functies politie Amsterdam

2000-2005 Districtchef Groningen

2005-2009 Plaatsvervangend korpschef politie Friesland

2009-2012 Korpschef Politie Twente

2012-2016 Directeur Bureau Jeugdzorg Groningen/jeugdbescherming Noord

2016-2019 Directeur-bestuurder GGZ-instelling Lentis

2019-2023 Politiechef van Regionale Eenheid Midden-Nederland

2023-heden Politiechef van Regionale Eenheid Noord-Nederland

Privé Getrouwd, vier kinderen, a l 23 jaar woonachtig in de stad Groningen

Sitalsing: 'Nog eventjes over dat 'Skin in the game'...'

Martin Sitaling stuurt, nadat hij het interview heeft teruggelezen, nog iets dat hij kwijt wil over die uitdrukking:

,,Eigenlijk raak je in het stuk wel een groot deel van de kern. Het gaat er inderdaad om dat er voor jezelf ook wat op het spel staat. Een mooi voorbeeld zijn de bruggenbouwers in de Romeinse tijd, die als de brug af was met hun hele gezin onder de brug moesten bivakkeren. Daarna gingen de Romeinen met hun zwaarste materieel erover heen zodat ze zeker wisten dat de brug goed gebouwd was.”

,,Dus inderdaad heb ik belang bij goed politiewerk in mijn eigen leefomgeving. Dat geeft meer skin in the game. En als politiechef heb ik ook skin in the game om ervoor te zorgen dat we een vreedzame samenleving blijven en een politie voor iedereen zijn, ongeacht je afkomst, kleur, geaardheid of wat dan ook. Iedereen moet zich veilig voelen in Nederland en daar spelen wij een belangrijke rol in. Zeker met het geweldsmonopolie in handen.”

,,Je ziet vaak mensen hun werk doen als onderdeel van een systeem, weinig bezieling, hebben nauwelijks wat te verliezen als ze beleggen met het geld van een ander… Dan heb je geen skin in the game; dan werk je louter voor het geld.”