Het OM beschuldigt de 64-jarige K. van moord door vergiftiging. De Tilburgse wordt daarnaast beschuldigd van het witwassen van een deel van Grinwis' vermogen. Hij was supermarkteigenaar.
Een medewerkster van de supermarkt trof de 65-jarige Grinwis in december 2020 dood aan in zijn huis in het Brabantse Halsteren. De huisarts nam aan dat hij een natuurlijke dood was gestorven, maar zijn kleindochter dacht daar anders over.
De politie stelde een onderzoek in. Daaruit bleek dat Grinwis sporen van een middel dat onder meer bij zelfdoding wordt gebruikt in zijn bloed had. Daar is hij aan overleden.
K. trok de aandacht van politie en justitie, omdat ze als psychotherapeut bij de Kamer van Koophandel stond ingeschreven, terwijl ze dat niet was.
In de woning van K. vond de politie hetzelfde zelfdodingsmiddel als waarmee Grinwis om het leven was gekomen. Zijn partner zou goed bekend zijn met het middel, doordat ze als adviseur voor de Nederlandse Vereniging voor een Vrijwillig Levenseinde (NVVE) werkte. Ook een aantal andere middelen waarvan sporen in Grinwis' bloed waren gevonden, trof de politie aan in haar woning.
K. had bovendien een overzicht van dodelijke medicijncombinaties in haar bezit. Zeven dagen voor Grinwis' dood zocht ze intensief op zoektermen als het zelfdodingsmiddel, maar volgens K. "had dat geen enkele link met Chris". De verdachte vertelt dat ze dat in huis had "voor haar eigen autonomie".
Geld was volgens het OM het motief voor de moord. Grinwis paste twee maanden voor zijn dood zijn testament aan in het voordeel van K., terwijl de inhoud daarvoor al twintig jaar vaststond. "Ze wist dat ze de enige erfgenaam van mogelijk miljoenen was geworden", stelde de aanklager eerder. Volgens justitie is K. een "erg materialistisch ingestelde persoon". Dat zou ook blijken uit "drie eerdere relaties waarvan ze aanzienlijk beter werd of beter wilde worden".
Volg de misdaad in ons land
Het OM denkt dat K. Grinwis heeft verleid en hem heeft aangezet tot de wijziging van zijn testament om hem vervolgens te vergiftigen. Het zelfdodingsmiddel is aangetroffen in onder meer een wijnglas dat nog op tafel stond toen de supermarktmedewerkster Grinwis dood aantrof.
Het lichaam van Grinwis' vorige partner is in augustus 2021 opgegraven om te onderzoeken hoe zij om het leven is gekomen. De supermarkteigenaar en de Tilburgse K. kenden elkaar namelijk al voordat ze een relatie kregen. Grinwis huurde K. in om voor zijn vrouw te zorgen. Zij leed aan dementie en Grinwis wilde haar een opname in een verpleeghuis besparen, schreef de Volkskrant eerder.
Grinwis' vrouw overleed een half jaar voor de supermarkteigenaar. Uit het onderzoek is gebleken dat zij een natuurlijke dood is gestorven.
Op de dag na de uitvaart van zijn vrouw kreeg Grinwis een relatie met K. Maar hun verliefdheid viel wel mee, denkt het OM. Dat zou onder meer blijken uit appjes die K. naar een van haar dochters stuurde.
K. ontkent dat ze iets met de moord te maken heeft. "Ik heb hem niet vergiftigd. Ik heb geen hulp geboden. Ik heb niets gedaan", zei ze op de eerste dag van de strafzaak.
Haar advocaat Esther Vroegh noemde de bewijzen van het OM eerder flinterdun en sprak van karaktermoord. "Politie en justitie hebben van alles uit de kast gehaald om steun te vinden voor het beeld van een inhalige vrouw die mannen voor zich wint om er financieel beter van te worden", meende Vroegh.
De rechtbank trekt twee dagen uit voor de behandeling van de zaak. Donderdag was de eerste zittingsdag. Op 11 september neemt K.'s advocaat het woord. De rechtbank doet op 27 september uitspraak. Het OM vroeg de rechtbank donderdag om de verdachte te verplichten bij de uitspraak aanwezig te zijn.