"In Nederland is er eerder sprake van een afbraak van het openbaar vervoer", zegt directeur Freek Bos van reizigersvereniging Rover tegen NU.nl. Hij ziet het goedkope abonnement als een bewijs dat ons buurland bereid is in het openbaar vervoer te investeren, in tegenstelling tot de Nederlandse overheid.
Reizigers in Duitsland kunnen sinds 1 mei voor 49 euro per maand onbeperkt reizen met het regionale openbaar vervoer. Dat betekent dat ze gratis regionale treinen, bussen, metro's en trams kunnen pakken, maar geen hogesnelheidstreinen en intercity's. Iedereen kan het abonnement nemen, dus ook Nederlanders. Het is de opvolger van het populaire 9 euroticket van vorige zomer.
Een test met het goedkope ticket leverde die zomer mooie resultaten op in Duitsland: in juni maakten dertig miljoen mensen er gebruik van. Het 9 eurokaartje voorkwam volgens de Duitse vervoersbedrijvenvereniging ongeveer 1,8 miljoen ton CO2-uitstoot. Duitsland wilde ermee doorgaan, maar er was lang discussie over de financiering en de prijs van het abonnement.
De landelijke regering en deelstaten nemen nu een groot deel van de kosten voor hun rekening. Zo stelt Berlijn 1,5 miljard euro beschikbaar. Net als de deelstaten. Daarnaast kost het dus geen 9 euro meer, maar 49 euro.
De provincie Overijssel sluit zich enthousiast aan bij het Duitse initiatief, zodat het ticket ook vanaf Hengelo en Enschede gebruikt kan worden. Overijssel deed ook al mee met het 9 euroticket. Volgens gedeputeerde Bert Boerman nam het reizigersaantal daardoor enorm toe. "Dat was een mooie testcase", zei hij tegen RTV Oost.
De directeur van reizigersvereniging Rover zou het mooi vinden als Nederland het voorbeeld van Duitsland volgt. "Je kunt hiermee echt mensen verleiden om het openbaar vervoer in te gaan of om het vaker te gebruiken", denkt Bos. "We hebben ze natuurlijk graag aan boord", reageert een NS-woordvoerder. Het Nederlandse spoorbedrijf heeft in de daluren nog steeds met lege treinen te maken. "Een nieuwe realiteit na corona."
Volgens Bos heeft goedkoper openbaar vervoer veel voordelen: van minder verkeer op de weg tot groenere steden en gezondere mensen. Hij benadrukt wel dat prijsverlagingen slechts één manier zijn om het ov-gebruik te stimuleren.
Volgens Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid (KiM) klopt het niet dat mensen massaal de auto laten staan als het ov goedkoper is. Het zorgt er vooral voor dat reizigers het ov méér gaan gebruiken en soms juist de fiets laten staan of minder lopen. "In Nederland zou dit zeer waarschijnlijk vooral concurreren met fietsen", verwacht ook Marco te Brömmelstroet. Hij is hoogleraar Urban Mobility Futures aan de Universiteit van Amsterdam.
Volgens de berekening van het kennisinstituut komt 78 procent van de toename in ov-gebruik doordat mensen vooral meer gaan reizen. In het gunstigste geval komt 12 procent van de groei van automobilisten die de auto verruilen voor het ov. Daarnaast komt maximaal 6 procent van mensen die niet als passagier in de auto van iemand anders meerijden.
Bij elke procent waarmee het ov-gebruik door lagere prijzen toeneemt, neemt het autogebruik met 0,03 procent af. De milieuvoordelen zijn klein, aangezien het autogebruik niet veel afneemt. Ook zijn veel bussen (nog) niet elektrisch. Daardoor neemt de CO2-uitstoot niet veel af, ondanks treinen, metro's en trams die op groene stroom rijden.
"Het lijkt heel sympathiek, maar er kleven toch wel grote nadelen aan", concludeert Te Brömmelstroet. Hij denkt dat met name koopjesjagers en dagjesmensen het ov instromen. Als er niet meer treinen gaan rijden en er geen personeel bijkomt, dan gaat "de ov-ervaring voor zowel nieuwe als oude reizigers stevig achteruit."
Voor het beste resultaat is het belangrijk om verschillende maatregelen te combineren, schrijft het KiM in zijn rapport. De auto kan minder aantrekkelijk worden gemaakt door het parkeerbeleid aan te pakken of een kilometerheffing in te stellen. Tegelijkertijd kan het openbaar vervoer aantrekkelijker worden door niet alleen de prijs te verlagen, maar ook het aanbod uit te breiden en de kwaliteit te verhogen.
Volgens Te Brömmelstroet is het belangrijk om het autogebruik minder te stimuleren. "Maar ja, dat verkoopt toch iets lastiger." Veel mensen zijn door decennialange stimulering afhankelijk geworden van de auto. "Maar als je kosten en opbrengsten centraal stelt, weten economen allang wat effectiever is: eerlijk beprijzen van autoverkeer."
De kans is klein dat de Nederlandse regering op korte termijn geld vrijmaakt voor goedkoper openbaar vervoer. Volgens een ministeriële woordvoerder zou gratis openbaar vervoer globaal 4 miljard euro per jaar kosten. "We hebben eigenlijk nooit berekend wat het zou kosten als de maandelijkse abonnementsprijs 49 euro zou zijn", zegt ze. "Maar we weten dat het alsnog veel geld zou kosten. Geld dat er op dit moment niet is."