Dit is een artikel uit het NRC-archief De artikelen in het archief zijn met behulp van geautomatiseerde technieken voorzien van metadata die de inhoud beschrijven. De resultaten van deze technieken zijn niet altijd correct, we werken aan verbetering. Meer informatie.
Bekijk hele krant

NRC Handelsblad

Politiek

Diana Matroos laat lijsttrekkers niet wegkomen met hun mooie praatjes

Zap De opvallende verhoormethode van Diana Matroos tijdens het Carrédebat kreeg veel kritiek. Wat ging er mis?

Diana Matroos ondervraagt Lodewijk Asscher in 'Het Carré-debat' (RTL4).
Diana Matroos ondervraagt Lodewijk Asscher in 'Het Carré-debat' (RTL4).

Nog meer dan in andere verkiezingsjaren moest Het Carrédebat (RTL4) voor een doorbraak zorgen in de krachtsverhoudingen tussen de lijsttrekkers. Of dat gelukt is, dat zal nog moeten blijken. Maar één ding ging tamelijk gruwelijk mis.

Lees ook: De spanning in de campagne is eindelijk voelbaar

De jonge traditie van dit sterk geformatteerde debat wil dat elk van de acht deelnemers over een rode loper naar een plek moet lopen, waar hem of haar een derdegraadsverhoor wacht, afgenomen door een vrouwelijke journalist. In 2010 was dat Mariëlle Tweebeeke, die van premier Jan-Peter Balkenende te horen kreeg dat ze zo lief keek, toen hij geen antwoord wilde geven op haar herhaalde vraag. Twee jaar later vervulde Petra Grijzen die in het oog springende functie.

Een harde ondervraging, daar kun je als politicus moeilijk bezwaar tegen maken, maar de inquisiteur van dienst, Diana Matroos, nam haar taak wel heel ernstig op. De eerste kandidaat, Lodewijk Asscher (PvdA), werd zo ongeveer bij de benen afgezaagd: in de rede gevallen, gevraagd te reageren op het gerucht dat elke nieuwe regering zijn Flexwet zou afschieten en ten slotte midden in een zin heengezonden.

Ook Jesse Klaver (GroenLinks), Marianne Thieme (PvdD) en Emile Roemer (SP) kregen een soortgelijke behandeling, maar waren inmiddels gewaarschuwd en ontdekten dat je een boos kijkende ondervrager het best met humor kunt pareren.

In de zaal en op Twitter groeide de ergernis over de procedure. Het wachten was op een kandidaat die met gepaste munt zou terugbetalen en dat bleek straatvechter Henk Krol (50PLUS) te zijn. Hij schreeuwde gewoon terug en grimaste en gesticuleerde zich er onderuit. Daarna veranderde Matroos haar toon en pakte Alexander Pechtold (D66), Sybrand Buma (CDA) en Mark Rutte (VVD) rustiger en zakelijker aan.

Voor die verandering van de regels tijdens de wedstrijd kun je verschillende verklaringen bedenken. Misschien had ze minder behoefte rechtsere politici te grillen, wat je je moeilijk kunt voorstellen van een ervaren journalist en nieuwspresentator (bij RTL 1999-2016, sindsdien BNR Nieuwsradio). Het kan ook zijn dat de redactie in een van de reclameonderbrekingen ingreep of dat Matroos zelf, na de reacties van het publiek te hebben begrepen, een andere benadering koos. Ook dat zou voor een zo streng gereglementeerd debat een doodzonde zijn.

Was Matroos (46) niet tegen haar taak opgewassen? Ik kan me dat nauwelijks voorstellen. Ik vermoed eerder dat ze meer dan Tweebeeke en Grijzen de opdracht had gekregen om er met gestrekt been in te gaan. De drie organiserende partijen (RTL Nieuws, BNR en weekblad Elsevier) kozen kennelijk voor een toon die de (vermeende) huidige publieke opinie ten opzichte van politici weerspiegelt. Laat ze niet wegkomen met hun mooie praatjes en gedraai, gewoon: keihard aanpakken.

Het is niet eenvoudig de volkswil goed te interpreteren. Opnieuw lijkt niet het populisme de media te beïnvloeden, maar zijn het de media die het monster voeden. Met averechts effect, want het doorgaans niet erg op de hand van de gevestigde politiek zijnde Twitter koos overwegend de zijde van de nieuwe underdog.

Het was vergelijkbaar met wat Klaver deed, door onverwachts een identitair-nationalistische stelling te onderschrijven: „Nederland heeft zijn eigen cultuur onvoldoende beschermd.” Jawel, dat klopt vooral als je die cultuur definieert als open en tolerant. Die traditie wordt juist aangetast door het hameren op dichte grenzen of het dagelijks zingen van het Wilhelmus.