Direct naar artikelinhoud

Kan Nederland ook echt tweede worden?

Donald Trump in het Witte Huis.

‘America First’, roept Trump steeds. ‘Mag Nederland op plaats twee?’, grapte VPRO-presentator Arjen Lubach. Of Nederland kans maakt op die tweede plek hangt er vooral vanaf hoe onze economie samenwerkt met de Amerikaanse.

Het probleem volgens Trump

Amerika had in 2016 een handelstekort wereldwijd van 502 miljard dollar. Het importeerde voor dat bedrag meer dan het exporteerde. Dat kost ieder jaar weer veel banen, redeneert Trump.

Maar daar kan hij Nederland niet de schuld van geven. In de handelsrelatie met de Verenigde Staten heeft Nederland een akelig handelstekort van 24 miljard dollar: dat is het bedrag onder de streep dat Nederland vorig jaar naar de Verenigde Staten bracht, volgens cijfers van het bureau voor statistiek in Washington, Census.

Zo zou je toch een wit voetje bij het nieuwe Republikeinse bewind moeten halen? Zeker afgezet tegen landen als Duitsland, dat voor bijna 65 miljard dollar meer exporteerde naar de VS dan het importeerde. Of Japan met een handelsoverschot van 69 miljard dollar. Onlangs mocht premier Abe dat komen uitleggen bij president Trump. Hij nam meteen veel orders mee voor de Amerikanen om ze milder te stemmen. China spant de kroon met een handelsoverschot van maar liefst 347 miljard dollar.

Nu vertelt dat bedrag van 24 miljard dollar niet het hele verhaal, relativeert econoom Marjolein Jaarsma van het CBS. “Een groot deel daarvan komt uit doorvoer. Het staat op de Nederlandse rekening, maar is voor onder andere Duitsland bestemd.” Ruim 50 procent van de import uit de VS gaat naar het Europese achterland via de havens van Rotterdam en Amsterdam, maar ook via luchthaven Schiphol. Jaarsma schat dat de handel tussen Nederland en de Verenigde Staten dan aardig in balans komt.

Vanuit Nederlands perspectief zijn de Verenigde Staten belangrijk, als vierde handelspartner voor de import en de export, vertelt Jaarsma. Nederlandse bedrijven zijn volgens cijfers uit 2014 de derde investeerder in de VS met 265 miljard dollar. En Amerikaanse ondernemingen investeerden voor maar liefst 645 miljard dollar in Nederland. Zo heeft twaalf procent van de bedrijven in ons land een Amerikaanse moeder, zo’n 2700 in getal met meer dan 200.000 werknemers.

Vanuit Nederlands perspectief zijn de Verenigde Staten belangrijk, als vierde handelspartner voor de import en de export
Marjolein Jaarsma

Maar in het Witte Huis wordt niet echt gekeken naar Nederland. Wel naar de EU als geheel, Duitsland in het bijzonder, China, Mexico en Japan. De belangrijkste adviseur van president Trump voor de handel, Peter Navarro, concentreert zich dus op de EU met een handelsoverschot van 146 miljard dollar over 2016. Dat wordt voor een belangrijk deel door Duitsland veroorzaakt, gevolgd door Frankrijk.

Wie veroorzaakt dat handelstekort?

Volgens Trump is het duidelijk: iedereen spant tegen zijn land samen. China houdt de yuan kunstmatig laag, Japan doet dat met zijn yen. Duitsland doet dat met de euro. Het gevolg is een veel te dure dollar waardoor exporteren naar de VS goedkoop is en al deze landen daarvan profiteren met hun goedkoop gehouden munten. De exporten van de VS worden zo erg duur. Zo ontstaat er volgens het Witte Huis een handelstekort van ruim 500 miljard.

Volgens Trump is het duidelijk: iedereen spant tegen zijn land samen

In Trump-kringen wordt bijvoorbeeld gemopperd dat de sterke economie van Duitsland een veel duurdere munt rechtvaardigt ten opzichte van de dollar. De matig presterende economieën in het zuiden van de EU, zoals Griekenland, Spanje, Portugal en Italië zorgen ervoor dat de euro veel te goedkoop is. Dat zorgt voor een onrechtvaardige benadeling van de Amerikaanse dollar en daardoor de export.

Hoogleraar Steven Brakman van de Rijksuniversiteit Groningen, gespecialiseerd in internationale handel en wisselkoersen, moet grinniken om die redenering. “Het zou hetzelfde zijn als wij zeggen: de dollar in de economisch sterke staat Californië wordt expres goedkoop gehouden door de slechte economische toestand van zuidelijke staten als Alabama, Mississippi en Louisiana. Waarom heeft Californië niet een duurdere dollar ten opzichte van de euro en die andere staten niet een goedkopere dollar? Zo werkt het dus niet.”

Waar Trump over klaagt, is gewoon marktwerking in de valutahandel, denkt Paul Marey, Amerika-econoom van de Rabobank. Die marktwerking zorgt ervoor dat de dollar een geliefde munteenheid is, zeker voor Chinezen, die de laatste jaren massaal Amerikaanse dollars kochten, omdat ze de Chinese yuan te risicovol vonden.

Het gevolg is dat de dollar stevig in waarde is gestegen. Geen manipulaties dus. Het lijkt er op dat president Trump niet al te veel kan doen aan die volgens hem te dure dollar.

(Tekst gaat verder onder de afbeelding)

Wie veroorzaakt dat handelstekort?

Een muur dan maar?

Banen, banen en nog eens banen is de mantra van Trump. Het verlies van banen in de industrie wijt hij aan al die vrijhandelsverdragen, die hij wil aanpassen of bij het vuilnis wil zetten. Bedrijven moeten in Amerika gaan produceren. Zo niet dan volgen importheffingen. Volkswagen, BMW en Mercedes exporteren bijvoorbeeld veel naar de VS. Trump dreigt daarom met een importheffing op Duitse auto’s van 35 procent. Zo zou hij de Amerikaanse autobouwers als Chevrolet, Chrysler en Ford beschermen.

Het verlies van banen in de industrie wijt hij aan al die vrijhandelsverdragen, die hij wil aanpassen of bij het vuilnis wil zetten

“Trump wil een virtuele muur om Amerika bouwen met importheffingen om buitenlandse concurrentie aan te pakken. Hij wil bedrijven zo dwingen om producten en onderdelen in de VS te gaan maken”, stelt Brakman vast. “Dat moet veel banen opleveren.” Bovendien moeten de middeninkomens hiervan profiteren omdat er krapte op de arbeidsmarkt ontstaat en zo de lonen kunnen stijgen.

Rabobank-econoom Paul Marey ziet een tegenstelling in het economisch denken van Trump. “Het is banen versus de consument. Amerikaanse auto’s zijn kwalitatief veel slechter dan Duitse. Dus met een importheffing zijn de consumenten duurder uit als ze Duits willen rijden. Maar het schept wat banen in de Amerikaanse auto-industrie.” Tenzij Duitse automerken de wagens voor de Amerikaanse markt in de VS gaan bouwen.

Hoogleraar Steven Brakman deelt de analyse van Marey. “Tariefmuren om importen duurder te maken zorgen voor prijsverhogingen in de Verenigde Staten waardoor Amerikanen minder kunnen kopen en de consumentenbestedingen omlaag gaan.” Brakman wil maar zeggen: zo haal je de economische groei eruit.

Veel bedrijven die hun producten assembleren in de VS, produceren hun onderdelen in lage lonenlanden als Mexico, Zuid-Korea of China. Als op die onderdelen, wanneer ze Amerika binnenkomen, 20 procent belasting wordt gezet, zoals nu door de regering Trump wordt voorgesteld, dan worden Amerikaanse producten erg duur voor de binnenlandse markt en zeer prijzig voor de export naar bijvoorbeeld Europa.

Bedrijven als Apple, Nike, en Wal-Mart waarschuwen voor importheffingen. Wal-Mart zegt dat de Amerikaanse consument zo’n 20 procent meer voor veel artikelen in hun winkels moet gaan betalen.

En al die banen dan?

Trump verzet zich tegen de zwaartekracht”, zegt Rabobankeconoom Paul Marey. “We hebben in Nederland ook een tijd geprobeerd de textielindustrie in Twente en Brabant te behouden met enorme subsidies, maar op den duur verlies je het en zijn de banen toch weg.”

Brakman voorziet ook dat het beleid van Trump een doekje voor het bloeden zal zijn. “Ford zegt toe een fabriek niet in Mexico te bouwen, maar in de VS. Er worden 700 banen geschapen. Trump euforisch. In de Verenigde Staten zijn er 150 miljoen banen. Die 700 zijn pietluttig.” Hij geeft nog twee cijfers. “Elke dag worden er in de Verenigde Staten 75.000 banen gecreëerd en verdwijnen er bijna evenveel. Dat is de dynamiek van de Amerikaanse arbeidsmarkt en geen 700 banen bij Ford.”

Elke dag worden er in de Verenigde Staten 75.000 banen gecreëerd en verdwijnen er bijna evenveel
Hoogleraar Steven Brakman

Het probleem voor de VS is inderdaad globalisering, maar dat hou je niet tegen met importheffingen. Een ander probleem vormen volgens Brakman automatisering en robotisering, waardoor veel werk verloren gaat in Europa en in de VS. “Daar hoor je Trump niet over. Die Ford-fabriek met slechts 700 banen staat straks vol met robots.”

Banen die verdwenen zijn haal je niet terug, ook Trump niet, zegt Marey. “Werk schep je door goed onderwijs dat afgestemd is op hoogopgeleide banen, daar zit het werk van de toekomst. En in het beroepsonderwijs, maar daar zijn ze in de VS niet sterk in. In Nederland gaat dat veel beter.” Marey verwacht bovendien dat andere landen tegenmaatregelen nemen tegen Amerikaanse importheffingen, en dan verliest de Amerikaanse export nog meer terrein. Het is in ieder geval slecht voor de wereldhandel, waar Nederland voor ruim dertig procent van zijn bruto binnenlands product (bbp) van afhankelijk is.

Als Trump tariefmuren instelt dan is dat voor producten uit de EU, om vooral Duitsland te treffen, maar en passant is Nederland ook de klos. Ons land is dus te klein om zich als nummer 2 bij Donald Trump te kwalificeren. Helaas Arjen Lubach. Helaas Nederland.