Direct naar artikelinhoud
Column

De populistische pogrompraat van Wilders

Heere Heersema JR.

Op een zebrapad sjokte een bejaarde Turk of Marokkaan - ondanks decennia multiculturele samenleving kan ik ze nog steeds niet uit elkaar houden - met een Dirk-tas voor mij langs. Vuile nazi!, dacht ik. Daarna barstte ik in lachen uit. Wat een idiotie, wat een malligheid allemaal.

Met zijn vergelijking van moskeeën met ‘nazi-tempels’ heeft het enig PVV-lid Geert Wilders zichzelf in het WNL-interview met Rick Nieman weer eens overtroffen in het verdacht maken van moslims. Wat zijn nazi-tempels eigenlijk? Hoe zien ze eruit, wat wordt er geofferd? De waarheid, waarschijnlijk.

Voor Wilders is de waarheid even kneedbaar als plastic springstof in een bomvest

Voor Wilders is de waarheid even plooibaar, vouwbaar en kneedbaar als de plastic springstof in het bomvest van een zelfmoordterrorist. Zijn boodschap wordt door hem zo vormgegeven dat die met maximaal effect explodeert. Vandaar de vergelijkingen van moskeeën met nazi-tempels en de Koran met ‘Mein Kampf’. Ik noem het pogrompraat.

Wilders’ voorloper, de om onbegrijpelijke redenen zo ongeveer heilig verklaarde Pim Fortuyn, sprak dat taaltje ook. Over de moord op Marianne Vaatstra schreef hij in zijn column in Elsevier: “Een keel doorsnijden, dat is iets wat een Fries niet doet. In het dorp gingen onmiddellijk geruchten dat het een buitenlander moest betreffen, uit een andere cultuur, en ja, die woonden in het asielzoekerscentrum buiten het dorp. Een redelijke gedachte.” Inmiddels weten we dat een Fries wel degelijk een keel kan doorsnijden.

Confrontatie

In mijn column ‘Is Geert Wilders een moslim?’ stelde ik dat Wilders zich met zijn ongrondwettelijke koran- en moskeeverbod niet richt tot Henk en Ingrid, want die hebben daar niks aan, maar tot de mensen die hij als zijn vijanden heeft gekozen: de moslims. Het is een provocatie, gericht op confrontatie. Een confrontatie die de PVV groter moet maken.

Het is een provocatie, gericht op confrontatie. Een confrontatie die de PVV groter moet maken

Eerder zei Wilders al te hopen dat er geen revolte, geen burgeroorlog zelfs, uitbreekt. In het WNL-interview - dat de naam interview nauwelijks verdient, zo afwezig was de beleefd knikkende en grimassen trekkende interviewer Rick Nieman, die dan ook de naam Rick Niemand verdient - herhaalde Wilders dat hij een vreedzame revolte via de stembus wil. Jawel, maar ondertussen gebruikt hij termen die geladen zijn met geweld.

Wilders’ legitimatie voor zijn terminologie is een enquête door de Universiteit van Amsterdam, waaruit hij destilleert dat 100.000 Nederlandse moslims bereid zouden zijn geweld te gebruiken vanuit hun geloof. Los van het feit dat er kanttekeningen zijn te plaatsen bij Wilders’ gevolgtrekking uit die enquête, is het in Nederland nog altijd zo dat je eerst iets gedaan moet hebben voordat je ervoor veroordeeld kunt worden. Wilders heeft zijn oordeel al klaar.

Op Wilders is het gezegde van toepassing dat je met sommige vrienden geen vijanden meer nodig hebt. Door de hele islam over één kam te scheren brengt hij de strijd tegen het islamisme, de fundamentalistische, politieke islam, en het islamofascisme van Islamitische Staat in diskrediet. Een strijd op leven en dood, waarbij de normale - hier is dat woord eens wel op zijn plaats - moslims onze belangrijkste bondgenoten zijn. Een strijd die we niet moeten voeren onder het vaandel van een vermeende Nederlandse identiteit, laat staan onder dat van een even vermeende joods-christelijke cultuur, maar onder het banier van de Nederlandse rechtsstaat.