De drie explosies vonden op 29 oktober plaats op twee drukbezochte markten en in een bus, twee dagen voorafgaand aan een belangrijk hindoestaans festival.
Naast Dar stonden ook Mohammed Hussain Fazili en Mohammed Rafiq Shah terecht voor hun aandeel in de aanslagen. Zij werden beide vrijgesproken van onder meer samenzwering, poging tot moord en moord. Volgens de rechtbank was het bewijs van de aanklagers onvoldoende voor een veroordeling.
De uitspraak wordt gezien als een tegenslag voor de politie in New Delhi aangezien geen van de drie personen is berecht als terreurverdachte. Dar werd veroordeeld op basis van 'onwettige activiteiten'. Zelf zei hij onschuldig te zijn en betichtte de aanklagers van martelpraktijken.
Ondanks dat Dar tien jaar cel opgelegd heeft gekregen, wordt hij vrijgelaten. Dat is omdat hij al twaalf jaar vastzat in afwachting van de uitspraak.
In 2008 werden de aanklachten tegen de verdachten opgesteld, daarbij werd Dar gezien als brein acher de aanslagen. Gedacht wordt dat terreurorganisatie Lashkar-e-Taiba (TeL) achter de aanslagen zit.