RTL Nieuws RTL.nl

Let op, binnenkort verhuist RTL Nieuws naar RTL.nl

Al onze nieuwsberichten en video’s vind je straks op RTL.nl.

Neem alvast een kijkje

Ga naar de inhoud
Nederland

Deze juf is 80 jaar en geeft al 60 jaar les: 'Het onderwijs moet beter'

"Het onderwijs moet beter. Echt waar. Het moet." Beeld © Evy van der Sanden

Juf Jeanet ligt er soms 's nachts wakker van. Ze is 80 jaar, geeft al 60 jaar les en zag het onderwijs in een halve eeuw tijd veranderen. "Het onderwijs is verloederd. Ik móét iets doen. En ik heb haast."

Aan de keukentafel van Jeanet Meijs zit de 13-jarige Marieke. Ze heeft morgen een schriftelijke overhoring van het vak geschiedenis. Jeanet geeft haar bijles en wijst een rijtje met termen aan: de VOC, handelsroute, Columbus. "De VOC is opgericht in de zeventiende eeuw. Hoeveel jaren zitten er in een eeuw?"

"Honderd", antwoordt Marieke.

"Goedzo", zegt Jeanet. "Bijna net zo oud als ik ben."

Piepjong

Jeanet was 17 toen ze ging studeren. Piepjong, al voelde ze dat zelf niet zo. "Ik kwam uit Assen, het was daar doodsaai", vertelt ze als ze Marieke heeft uitgezwaaid. "De wereld lag aan mijn voeten."

"Mijn ouders hadden een bloemenzaak, mijn vader overleed jong, dus mijn moeder nam de boel over. Op haar uitvaart zei ik: 'Mijn moeder is per ongeluk feminist geworden'. Ik was daarentegen bewust feministisch, iedereen zei dat ik moest trouwen, maar ik wilde mijn eigen broek op kunnen houden."

In Groningen volgde ze de kweekschool, daarna belandde ze in 1961 in Amsterdam, waar ze lesgaf, op de toneelschool zat en het 'woeste leven' vierde ('daar wijd ik niet over uit'). 

Voor de liefde verhuisde ze naar Breda, waar ze op twee basisscholen werkte. Op de laatste ging ze vlak voor haar pensioen als adjunct-directeur met een 'pijnlijk conflict' weg, want ja: "Ik zeg wat ik denk. Daar is niet iedereen van gediend."

Nu geeft ze bijles in haar grote woning in Breda aan kinderen die moeite hebben om op school mee te komen. "Ze komen allemaal hier allemaal via hun oma's. Die kennen me nog van vroeger."

Stampen, stampen, stampen

Het woordje 'vroeger' lijkt voor Jeanet de aansporing om los te branden. Want vroeger, ja, toen was alles beter. "Al die onderwijsvernieuwers van tegenwoordig vinden dat kinderen baas moeten zijn van hun eigen leerproces. De docent moet de baas zijn, geen coach. Het onderwijs is nu doorspekt met ideologieën, het moet allemaal leuk zijn. Dat is voor de sommige kinderen die goed kunnen meekomen top. Maar voor heel veel kinderen – de kinderen die ik aan mijn keukentafel krijg – niet."

En het passend onderwijs? Een 'ordinaire bezuinigingsmaatregel', volgens Jeanet. "Je kunt kinderen met speciale behoeftes niet in gewone, overvolle klassen zetten."

Jeanet neemt een teug adem en gaat door. "Neem nou zo'n meisje zoals Marieke. Een slim kind. De juf zei dat ze dyscalculie had, dat ze daarom niet kon rekenen. Na twee bijlessen kwam ik erachter dat ze gewoon de tafels niet kende. Hoe kun je dat als juf gemist hebben?"

Jeanet kan daar wel een antwoord opgeven: "Er is altijd herrie in de klassen en weinig orde. Scholen zijn veredelde speeltuinen geworden. We mogen wel wat strenger worden. Juffen en meesters worden bij hun voornamen genoemd. Ik niet hoor. Ik was gewoon mevrouw Meijs."

Geen tijd voor vragen

Ze laat haar koffie tot drie keer toe koud worden, ze praat gehaast, heeft geen tijd voor vragen, gaat van de hak op de tak. "Mijn dochters zeggen altijd: 'Mám, maak je zinnen nou eens af!' Maar het komt door de adrenaline, die raast door mijn lijf als ik het over het onderwijs heb. Ik hoop niet dat je me zuur vindt. Het gaat me gewoon zo aan het hart."

Als er een boek zou verschijnen over het 80-jarige leven van Jeanet Meijs, dan zou het Juf op oorlogspad heten. Haar strijdlust, doelgerichtheid, onbevreesdheid: continu aanwezig. 

De afgelopen jaren ging ze langs alle staatssecretarissen in Den Haag en ze ging een dag op pad met toenmalig staatssecretaris van Onderwijs, Sander Dekker. Ze geeft lezingen door heel Nederland, werd gevolgd door een cameraploeg voor de documentaire Juf voor het leven en is sinds 2010 het oudste (en het eerste vrouwelijke) bestuurslid van vakbond BON, Beter Onderwijs Nederland.

Ze stuurt brieven naar politici, naar kranten. Ze praat met leerkrachten uit het hele land, ze twittert haar mening de wijde wereld in. "Ik heb nu 1200 volgers. Het duurt wel lang voordat ik zo'n tweet heb verstuurd. En ik ben ooit een keer op het rangeerterrein beland met de trein, omdat ik zó in een tweet zat, dat ik was vergeten uit te stappen."

Doorgaan

Maar: ze gaat door. Hoe dan ook. "Als ik dood ga, weet ik dat het allemaal tenminste gezegd is."

Even is ze stil. Dan de vraag: "Vind je me zuur?" Op een antwoord wacht ze niet. "Ik ben niet verbitterd, moet je weten. Maar ik zit al zestig jaar in het vak. Zéstig jaar. Ik heb alle veranderingen met eigen ogen gezien, en de consequenties ervan."

Het zou goed zijn, zo denkt Jeanet, als docenten zich weer op de kennis en het lesgeven kunnen richten in plaats van de administratie. 

Koekjesfabriek

Niet dat Jeanet de schuld bij de leerkrachten legt. Nee nee, het zijn juist de besturen, de managers, de politici, die ze met haar strenge-juffen-blik wil aanspreken. "Directeuren zijn niet eens meer zélf leraren. Dat is toch bizar? Dat de directeur van een koekjesfabriek, ik noem maar wat, ook gewoon een school mag leiden?"

"Ik had een keer een opiniestuk opgestuurd naar De Telegraaf, en toen noemde een lezer mij een 'lieve vrouw'. Dat vond ik zo leuk om te horen! Ik ben ook wel lief. Voor die kinderen. Och. Ja. Die kínderen."

Ze staat op, rommelt in een la, komt terug met handgeschreven kaarten van haar bijlesleerlingen. Ze heeft altijd een paar jongens en meisje die vaak jarenlang blijven komen, tot ze naar de middelbare school gaan. 'Dank u wel voor de fijne tijden, ik ga u missen'. En ook: 'We konden altijd zo goed samen praten'. "En dan moet je ze dus loslaten. Dat blijft toch pijn doen aan mijn juffenhart."

Jij zag mij

"Mensen denken altijd, omdat ik zoveel kritiek heb, dat ik ongelukkig ben. Maar ik heb zo'n fijn leven. Dat komt door die leerlingen. Ik zal nooit vergeten hoe ik door een leerling werd gezocht, ze kon me niet vinden omdat ik na de dood van mijn man mijn meisjesnaam heb aangenomen. Ze was 50 toen ze me vond. 'Waarom heb je me gezocht?' vroeg ik. Ze antwoordde: 'Omdat u de eerste was die mij écht zag.' Dan komen er tranen, hoor. Zo belangrijk kun je dus voor een kind zijn."

Jeanet is daarom ook altijd fulltime blijven werken, ook toen ze twee kleine kinderen – twee dochters – had. "Een juf ben je niet voor de helft van de tijd. Mijn man was directeur van een bank, die was veel in het buitenland. Mijn moeder was veel bij ons, en een hulp. Mijn kinderen thuis kwamen niets tekort. Maar mijn kinderen in de klas ook niet."

Even ontspannen

Nu kan ze het niet meer, fulltime werken. De bijlessen aan huis gaan 'uitermate uitstekend', maar alleen in de middagen, en niet meer heel veel achter elkaar.

Soms trekt ze zich ook even terug uit haar zelfgecreëerde schoolstrijd. Dan gaat ze naar het Americain Hotel in Amsterdam – een plek waar ze al jaren komt. En dan gaat ze ook altijd even naar haar stamkroeg, café Welling, waar ze een borreltje aan de bar drinkt. Iedereen kent haar daar.

"Amsterdam blijft trekken. Laatst was er een jazzconcert in het Americain. Ik ben dol op jazz. Echt een verwennerij. Alleen toen ik weer thuiskwam, hier in Breda, was ik bekaf. Ik heb dagenlang alleen maar in mijn sloffen en badjas door het huis geschuifeld."

Het zij zo

Ze heeft het op deze leeftijd nodig om soms even in haar cocon te kruipen, zegt ze. "Dan laad ik op, en kan ik er weer tegenaan. Ze zullen wel denken, in Den Haag, en misschien ook wel in de rest van Nederland: daar heb je d'r weer. En ik heb het nog nooit gehoord, maar misschien vinden mensen me wel een oude gek."

Ze haalt haar schouders op. "Het zij zo."

Ze voelt, zo zegt ze, een zekere haast. Ze is 80, en doet nog wel op de fiets haar boodschappen, maar niets is zeker op Jeanets leeftijd. "Als ik deze strijd niet meer kan voeren, als ik het onderwijs niet meer heb, is het snel met mij gedaan." Een grijns. "Dán word ik pas zuur."