Direct naar artikelinhoud
Natascha van Weezel
Natascha Van Weezel

Je hóéft in dit land niet alles te zeggen

Op 19 maart 2014 keek ik samen met mijn goede vriendin Hasna naar de uitslagen van de gemeenteraadsverkiezingen. “Willen jullie in deze stad en in Nederland meer of minder Marokkanen?” vroeg Geert Wilders aan zijn publiek in grand café De Tijd op het Haagse Plein. Zijn aanhangers scandeerden in koor: ‘minder, minder, minder!’ “Nou, dan gaan we dat regelen,” concludeerde de leider van de PVV. De zaal lag dubbel van het lachen.

Zelf moest ik ook lachen. Van verbazing waarschijnlijk. Het leek wel een fragment uit het satirische televisieprogramma Van Kooten & De Bie, waar ik in de jaren negentig elke zondagavond met mijn ouders naar keek. Hasna was not amused. Ze stond op, ging naar het balkon en schreeuwde de longen uit haar lijf. “Morgen op mijn werk moet ik natuurlijk weer aanhoren dat dit gewoon een kwestie is van vrijheid van meningsuiting,” fluisterde ze met betraande ogen.

Hasna en ik kenden elkaar al jaren en ik wist dat ze weleens lullige opmerkingen over haar Marokkaanse achtergrond naar haar hoofd geslingerd kreeg. Vaak maakte ze daar een grapje van: “Gisteren wilde er niemand naast me komen zitten in de trein. Eigenlijk wel relaxed om een hele bank voor mezelf te hebben.” Of: “Weet je hoeveel geld ik uitspaar? Ik probeer clubs te sponsoren met mijn aanwezigheid, alleen word ik drie van de vier keer geweigerd door de portier.”

Pas nu voelde ik haar échte pijn en vanaf dat moment voerden we serieuze gesprekken over haar ervaringen als tweede generatie Marokkaanse Nederlander. Ze vertelde me over haar vader, die in 1976 afstudeerde als politicoloog aan de prestigieuze Parijse universiteit Sciences Po. In Nederland kreeg hij geen baan, omdat veel werkgevers geen zin hadden in ‘gedoe met Marokkanen’. Ze weidde ook uit over haar nicht Youssra, die minstens drie keer per jaar wordt bespuugd vanwege haar hoofddoek. Vaak gaat dit gepaard met uitlatingen als: ‘Ga terug naar je eigen land, vieze jihadhoer!’

Wat Hasna nog het allervervelendst vindt, zijn de goedbedoelde opmerkingen van sommige kennissen: “Has, jij bent wél een leuke Marokkaan, want jij bent slim, je bent geen crimineel en je drinkt gewoon gezellig mee.”

Net als Hasna sta ik pal voor de vrijheid van meningsuiting. Toch ben ik door haar gaan inzien dat je in ons land weliswaar bijna alles mag zeggen, maar dat dit niet betekent dat je dat ook moet doen. Waarom zou je anderen moedwillig kwetsen of individuen reduceren tot één groep?

Afgelopen vrijdag werd Wilders na een langlopend proces schuldig bevonden aan groepsbelediging door het gerechtshof in Den Haag. Hasna appte me meteen: “Zullen we vanavond wodka gaan drinken om dit te vieren? O nee, dat mag ik natuurlijk niet als Allahvrezende Marokkaan.” Ze sloot haar berichtje af met een knipogende smiley.

Natascha van Weezel (33) is journalist. Elke maandag schrijft ze een column voor Het Parool.

Reageren? natascha@parool.nl