Fietsen is een enorme "spullensport", vertelt Bronsvoort, die zelf al twintig jaar fanatiek amateurfietser is en vroeger gemiddeld elke twee jaar een nieuwe fiets aanschafte. Net als bij coauteur Gerrits, en bij iedere andere zichzelf respecterende amateurwielrenner, staat bij hem een grote doos met oude onderdelen en reserveonderdelen in de schuur.
De meeste daarvan zullen nooit gebruikt worden, realiseerden Bronsvoort en Gerrits zich. Dat moet toch anders kunnen?
Voorbeeldfunctie profwielrenners
"De productie van een aluminium fietsframe kost ongeveer evenveel energie als wat een Nederlands huishouden in een half jaar verbruikt, blijkt uit onderzoek van Specialized (een Amerikaanse fietsfabrikant, red.)", schetst Bronsvoort de problematiek.
Profwielrenners vervullen een enorme voorbeeldfunctie. Zodra zij op duurzaam geproduceerde fietsen rijden, volgt de rest van de wielerwereld vanzelf.
De nu zo populaire carbon frames worden opgebouwd uit fossiele vezels; recycling van dit materiaal is door de 'verlijmde' structuur geen optie. "Met ons boek doen wij een oproep aan de fietsindustrie om haar creativiteit en innovatief vermogen in te zetten om natuurvezels en gerecycled materiaal te gaan gebruiken."
"Profwielrenners vervullen een enorme voorbeeldfunctie. Zodra zij op duurzaam geproduceerde fietsen rijden, volgt de rest van de wielerwereld vanzelf."
Een miljoen fietsliefhebbers
En hoewel een groene fiets misschien een marginale duurzaamheidswinst lijkt op te leveren, kan de markt als geheel een flinke impact maken. Alleen al in Nederland zitten ongeveer 1,2 miljoen mensen "wekelijks met een zeem in de broek op de fiets", zoals Marianne van Leeuwen het uitdrukt.
Alleen al in Nederland zitten ongeveer 1,2 miljoen mensen wekelijks met een zeem in de broek op de fiets.
Van Leeuwen is bestuurslid van de KNWU, de overkoepelende sportbond voor de wielersport in Nederland, en denkt dat de fietswereld openstaat voor een duurzamere aanpak. "Ik denk dat er grote behoefte is aan de inzichten uit dit boek. Maar ja, het is dan ook wel helemaal mijn thema."
Plastic fietskleding
Want hoewel de focus in het boek vooral ligt op de productie van de fietsen zelf, is het grijze randje aan de groene fietswereld veel breder. "70 procent van de fietsoutfits bestaat tegenwoordig uit plastic", zegt Van Leeuwen. "Als je dat wast, komen er microplastics in de oceaan terecht. En wat dacht je van de productie van helmen en andere accessoires waar fietsers zo dol op zijn? Ons hele gezin fietst; wij hebben hier meer dan twintig fietsen in de schuur staan. En een héle hoop spullen."
Weekendje fietsen op Mallorca
Werden de belangrijkste wielerwedstrijden vroeger vooral in Europa gereden, vliegen pelotons én supporters nu de hele wereld over, stipt Van Leeuwen bovendien aan. "Ook amateurwielrenners stappen steeds vaker in het vliegtuig voor een weekendje fietsen op Mallorca. Ik snap het , ik heb het zelf ook gedaan."
In Nederland is het ook prachtig fietsen. Of ik pak de trein naar de Eiffel, bijvoorbeeld. Prachtig fietsen daar.
"Maar je creëert er een enorme klimaatvoetafdruk mee. Om die reden ben ik er zelf mee gestopt: in Nederland is het ook prachtig fietsen. Of ik pak de trein naar de Eiffel, bijvoorbeeld. Prachtig fietsen daar! Maar die bewustwording moet nog groeien."
'Het kan altijd beter'
Terug naar het boek. De revolutie die de auteurs van From marginal gains to a circular revolution beogen, gaat nog een paar stappen verder dan ander materiaalgebruik. De fietsindustrie zou kunnen gaan werken met de verhuur van fietskilometers, opperen de auteurs.
Kort door de bocht: het frame krijgt een terugkoopgarantie van de producent en kan eindeloos worden hergebruikt. Op de onderdelen neemt de fietser een abonnement. De producent zorgt ervoor dat de fiets op en top is, en zorgt voor een circulaire verwerking van alle materialen. Reden genoeg om bij het ontwerp uit te gaan van maximale levensduur en minimaal materiaalgebruik.
Erik van der Hout van fietsproducent Accell Group ziet het boek vooral als discussiestuk: "Het is een prettig document om het gesprek aan te gaan over volgende stappen." Hij benadrukt dat de fiets een "groen en sociaal product" is dat "voor 70 tot 90 procent" uit herbruikbare onderdelen bestaat.
"Fietsen hebben vrijwel altijd een tweede, derde, misschien wel zesde leven door doorverkoop", zegt Van der Hout. "Maar de cirkel is nog niet helemaal rond. Het kan altijd beter."