Direct naar artikelinhoud
column

Roep om #GerechtigheidVoorBas werd een kille afrekening in het mediamilieu

Jean-Pierre Geelen

Terwijl ik zaterdagmiddag in Amsterdam zorgeloos op een boot ronddobberde, kwam verderop een jongen van 24 om het leven met een knal. Doodgeschoten in een park waar veel zwemmers bijeen waren. Afschuwelijk verhaal.

Niet zaterdag, niet zondag, maar maandag was de vermoorde jongen ineens ‘trending topic’ op Twitter. Een actie, onder aanvoering van De Telegraaf. Die had een groot verhaal, op basis van getuigen. De jongen, Bas van Wijk, zou iets gezegd hebben tegen een groepje mannen dat de Rolex van een vriend had willen stelen. Dat werd hem fataal, verschillende kogels troffen hem. ‘Afgeslacht om zo’n rothorloge’, luidde de kop. Niet doodgeschoten of vermoord, maar ‘afgeslacht’.

Het was het startschot voor een campagne op Twitter: #GerechtigheidvoorBas. Begrijpelijk, na zo’n verhaal. Het bleek de vrijbrief voor een dagje schieten vanuit de rechterheup. Het ‘groepje mannen’ had volgens de verhalen immers een ‘lichtgetinte huidkleur’. Dat de politie zelf had getwitterd over één dader met een ‘lichte huidkleur’ en ‘zwarte krullen’ maakte niet uit, maar het maakte de zaak er ook niet helderder op.

‘WAAR IS DE OPHEF NU?’, wakkerde Geert Wilders de #ophef aan op Twitter. Een van de helpers van dienst was oud-journalist, thans recidivist Joost Niemöller: ‘Je zou zeggen: grote verontwaardiging in de media, stille tochten enz. Maar nee. Want het slachtoffer is ‘blank’, de dader ‘lichtbruin’. Wat zijn we toch een schijnheilig, hypocriet land geworden.’

Velen rekenden af met hashtag #BlackLivesMatter. Na de dood door politiegeweld van de zwarte Amerikaan George Floyd stond de wereld in vuur en vlam, nu het hier ‘een blanke’ betrof, bleef het stil. Alsof er enig verband is.

Het was de schuld van Femke Halsema, die preventief fouilleren had uitgesteld uit angst voor etnisch profileren. Het was de schuld van Rob Jetten (sowieso), Lodewijk Asscher en Jesse Klaver, die niet binnen vijf minuten met een geschokte reactie waren gekomen. Het was de schuld van de BN’ers, nergens te bekennen. Alsof zij allen in een donker hol bijeen zaten te smullen van dit drama.

Natuurlijk hadden ook ‘de media’ het weer gedaan. Waar ik mijn neus ophaal voor dagelijkse drek, troffen mij nu brokstukjes. Een tweet van Jos Teunissen, emeritus hoogleraar staats- en bestuursrecht: ‘Vanmorgen heb ik in de Volkskrant en Trouw géén bericht over het doodschieten van Bas van Wijk aangetroffen. Die kranten waren er als de kippen bij om te berichten over de dood van een arrestant in de VS en hebben er al maanden aandacht aan besteed.’

U vat de suggestie.

Nieuws: veel meer kwesties halen de krant niet. Bijvoorbeeld omdat de vijf journalistieke W’tjes wat mager bleven. ‘Man (24) omgekomen na schietpartij bij zwemplaats’ – zo’n feitelijk eenkolommertje zou de heethoofden op sociale media evenmin zijn bevallen. Het volkstribunaal schreeuwt om man, paard, namen en rugnummers. De lezing op sociale media werd niet bevestigd door de politie, bleek mij bij navraag. Wellicht bericht de krant liever wanneer feiten en context duidelijk zijn, in plaats van alvast paginagroot afschuw uit te meten – dat kan altijd nog. Een hoogleraar moet dat kunnen begrijpen en waarderen. Ieder ander trouwens ook.

Zo ging het niet meer om gerechtigheid voor Bas, maar om een kille afrekening in het gepolitiseerde (sociale) mediamilieu. De arme jongen verdient meer waardigheid.