Wat doen supermarkten eigenlijk nog tegen corona? Weinig, zo blijkt uit onze steekproef. Waar is de winkelwagenhulp gebleven?

Als de test een winnaar zou verdienen, dan is het de Poiesz aan De Savornin Lohmanlaan in Helpman. Medewerker Cas Werkman geeft hier een winkelkar aan.

Als de test een winnaar zou verdienen, dan is het de Poiesz aan De Savornin Lohmanlaan in Helpman. Medewerker Cas Werkman geeft hier een winkelkar aan. Foto: Jan Willem van Vliet

Het geld klotst tijdens de coronacrisis tegen de plinten bij de supermarkten. Maar pakken de ketens nog steeds hun verantwoordelijkheid nu het virus weer oplaait? Een steekproef in de stad Groningen. ‘Pak gerust een winkelwagen als je niet bang bent voor corona.’

Nu de omzetten flink omhoog schieten en het virus weer dichterbij komt, dringt de vraag zich op welke maatregelen de ketens nemen.

In Stad, waar het oplopende aantal besmettingen momenteel bij uitstek zorgen baart, blijkt dat de supermarkten zelf steeds minder moeite doen om de verspreiding van corona een halt toe te roepen. Ze leggen in toenemende mate de verantwoordelijkheid bij de klanten.

Plus (Oosterhamriklaan)

We beginnen ons rondje in de Korrewegwijk. Bij Plus Gils, om precies te zijn. Een winkelkarretje of -mandje is verplicht. ‘MANDJES EN KARREN GRAAG ZELF REINIGEN’, staat op een A4’tje bij de hoofdingang. Daar zit geen woord Spaans bij.

‘Ouderen en zwakkere mensen wordt geadviseerd in de vroege ochtend te komen’, wordt op een blaadje met aanvullende informatie gemeld. Ook in dit schrijfsel veel hoofdletters en uitroeptekens.

Binnen lopen medewerkers in hun normale werkkloffie en zijn er geen looplijnen. Dat lijkt op dit moment ook niet nodig, want het is rustig. De anderhalve meter is hier (nu) niet in gevaar.

Opvallend: Een man loopt naar buiten en gooit een emmer water leeg. We vermoeden dat hij niet werkzaam is voor Plus, aangezien hij een Feyenoord-petje draagt en voor de zekerheid ook een ‘fuck ajax’-shirt heeft aangetrokken. Hij vertelt in geuren en kleuren aan een bekende dat hij net bedreigd werd. ,,Je woont in de verkeerde stad, vriend’’, werd er geroepen. Er schijnen klappen gevallen te zijn.

Enfin, wij moeten verder.

Aldi (Beren)

De volgende stop is de Aldi in het Ebbingekwartier. Bij de ingang wordt gemeld dat er tijdelijk minder winkelwagens in omloop zijn om drukte in de supermarkt te voorkomen. Geen winkelwagen? Pech, dan moet je wachten. Daar is nu geen sprake van. Er zijn nog welgeteld 37 wagentjes beschikbaar.

Desinfecteren mag je ook hier zelf doen. En er staat op z’n Aldi’s een hele voorraad ontsmettingsmiddelen in grote katten klaar. Geen reden tot klagen over kwantiteit.

Bij de Aldi is het niet mogelijk om boodschappen online te bestellen en/of te laten bezorgen. De Duitse discounter stelt op zijn website wel dat ouderen net als zorgverleners ‘voorrang krijgen bij de kassa’. We zien een bejaarde vrouw achter een rollator schuifelen en nemen de proef op de som. Bij de kassa krijgt ze van één klant voorrang. Twee anderen blijven staan en de caissière grijpt niet in. Teleurstellend.

Opvallend: Een man met hangsnor en een vrouw gehuld in tijgerprint discussiëren bij de ingang over ‘dictator Rutte’. De man zegt niet meer in corona te geloven. ,,We worden gewoon klein gehouden door die kutregering’’, zegt de vrouw. Ze maken ondertussen wel hun handen en twee (!) winkelkarretjes schoon. Deze strijd is nog niet verloren.

We laten de Jumbo aan de Beren pal tegenover de Aldi schieten. Die supermarktreus komt straks nog wel aan de beurt.

Lidl (Wielewaalplein)

Op naar de tweede en laatste Duitse prijsvechter in Stad. De Lidl in de Oosterparkwijk baadt in het zonlicht. Een stopbord met aanwijzingen (een karretje per persoon, anderhalve meter afstand en alleen winkelen) trekt direct de aandacht. De tekst is wel in het Engels. Waarschijnlijk bedoeld voor internationale studenten, maar die zijn nu nergens te bekennen.

Als we een winkelwagen willen pakken, voelen we weerstand. Hij blijkt aan de ketting te liggen. Da’s waar ook: voor corona − vroeger, zeg maar − moesten er gewoon muntjes in zo’n ding.

Gelukkig biedt een medewerker uitkomst. We mogen hem ook vragen om het karretje schoon te maken, lezen we (nu wel in het Nederlands) op een bord. Da’s toch een fijne gedachte. Voor wie nog niet op de hoogte is van de coronamaatregelen, worden ze binnen ook nog regelmatig omgeroepen. Duitse Gründlichkeit , zullen we maar zeggen.

Opvallend: Een man wordt na het afrekenen bij de zelfscankassa teruggeroepen. Er zou iets niet aangeslagen zijn. Dat klopt. Het gaat om een bedrag van 5 euro, maar gezien de overvolle boodschappentas lijkt er geen opzet in het spel. Een en ander wordt met de mantel der liefde bedekt.

We fietsen met een paar luxe lunchbroodjes in de hand richting Paddepoel.

Albert Heijn (Dierenriemstraat)

Een van de vele vestigingen van onze oer-Hollandse kruidenier bevindt zich in het overdekte winkelcentrum Paddepoel. Na een zweterige fietstocht is de koelte heerlijk. Hier kunnen we best even op een bankje voor de ingang uitpuffen.

‘Pak gerust’, staat er op een bord bij de winkelwagens. Dat wekt vertrouwen, toch? Gelukkig kunnen we de kleine letters ook lezen. ‘Onze medewerkers maken de winkelwagens en -mandjes regelmatig schoon.’ Regelmatig? Even testen.

We posten een klein halfuurtje en zien 31 gebruikte winkelwagens teruggeschoven worden. In de tussentijd is er geen medewerker gesignaleerd. ‘Pak gerust als je niet bang bent voor corona’ lijkt ons een tekst die net wat toepasselijker is. AH boekte dankzij corona een recordomzet, maar een paar centen uittrekken voor een medewerker die continu winkelwagentjes schoonmaakt, kan er blijkbaar niet af.

Opvallend : Een oudere dame die netjes haar wagentje desinfecteert en daardoor kortstondig de ingang blokkeert, wordt op haar schouder getikt door een jongeman met haast. Of hij misschien even schouder-aan-schouder mag passeren. De vrouw kijkt hem hoofdschuddend na. Goed gedrag wordt niet altijd beloond.

Sorry, maar we worden hier een beetje verdrietig van. Snel weer de buitenlucht in. We krijgen meteen een knal van de warmte.

Spar (Zonnelaan)

De Spar aan de Zonnelaan is populair onder studenten die fietsend van of naar het Zernikecomplex komen. Maar ja, het is vakantie. Nu is er geen hond binnen.

De informatieborden en desinfectiemiddelen bij de ingang kennen we inmiddels wel. Daarin doet de Spar niet onder voor andere supermarkten. Eenmaal bij de schappen is corona heel ver weg. Geen looplijnen, geen waarschuwende hesjes. De spatschermen bij de kassa’s (zoals we die in elke supermarkt zien) herinneren ons pas weer aan het virus.

Gelukkig zijn de gangpaden in de relatief kleine supermarkt behoorlijk breed. Mochten we toch iemand tegenkomen (dat gebeurt niet), dan is er voldoende ruimte om uit te wijken.

Opvallend: We halen een Toblerone voor een goede bekende, die vanaf haar balkon uitzicht heeft op de ingang van de Spar. We hopen uiteraard op smeuïge inside-informatie, maar de oogst valt tegen. ,,Je denkt toch niet dat ik overdag voor mijn lol naar de ingang van een supermarkt ga kijken? Ben je nou helemaal betoeterd?’’

We stappen weer op de fiets. Een bakje koffie rijker, een illusie armer.

Coop (Paterswoldseweg)

Een unicum in de Badstratenbuurt. Bij de Coop zijn de maatregelen op het bord handgeschreven. ‘Samen maak je ‘t verschil. Zeker nu!’

Met die fijne strijdkreet in het achterhoofd pakken we het verplichte mandje, dat we zelf mogen schoonmaken. Niemand loopt hier met een winkelwagen. Zal ongetwijfeld te maken hebben met de smalle gangpaden.

Opvallend: Een morsige man banjert zonder mandje of wagen naar binnen en gaat geroutineerd naar de drankafdeling. Het personeel ziet dit vergrijp door de vingers. Als we naar buiten lopen, horen we het het sissende geluid van een net geopend blik Schultenbräu.

Het wordt warmer en warmer. Zes supermarkten gehad, nog twee te gaan.

Jumbo (Overwinningsplein)

Daar belanden we dan alsnog bij de Jumbo. In de vestiging in Corpus den Hoorn zien we een technologisch snufje dat we nog niet eerder tegenkwamen. Een groen scherm geeft dankzij sensoren bij de entree aan hoeveel mensen nog naar binnen mogen. Er is nog plaats voor 52 man, lezen we op het scherm. Dat moet dus lukken.

Wel teleurstellend: de verplichte karretjes die buiten staan, worden niet schoongemaakt. Mocht je er zelf een doekje over willen halen, dan kan dat pas binnen. Zou het kwaad dan al niet geschied zijn? Nee, ook van de grootste uitdager van Albert Heijn hadden we wel iets meer verwacht.

Opvallend: Als we naar buiten lopen, dralen twee oudere vrouwen bij de karretjes. Hun zoektocht naar een doekje en een pompje levert niets op. Geen medewerker in de buurt die de dames naar binnen verwijst. Als wij door de opstopping ook even geen kant op kunnen, pakt een andere ongeduldige klant ons winkelwagentje. ,,Geef maar, het maakt hier toch niets uit’’, zegt de jongedame. Weten we dat ook weer.

Op naar de laatste supermarkt. Zullen we daar iets verkoelends halen?

Poiesz (De Savornin Lohmanlaan)

De laatste boodschappen doen we op stand. In Helpman vinden we de Poiesz en eerlijk is eerlijk: we weten niet wat we meemaken. We vroegen ons bij alle voorgaande supermarkten af waar de winkelwagenhulp van de lockdown-periode was gebleven. Nergens te bekennen.

Maar hier is het weer even maart, in de goede zin van het woord. Een vriendelijke jongen met oranje hesje geeft ons een kar aan, terwijl hij de schoonmaakmiddelen nog in zijn hand heeft. Hij neemt de wagen even later ook weer in ontvangst en begint meteen met ontsmetten.

Mocht hij een plasje moeten plegen en derhalve even afwezig zijn, staat bij de twee rijen karren duidelijk aangegeven welke exemplaren ‘vies’ zijn. Binnen is het ook dik in orde. Die Friezen hebben het hier toch goed voor elkaar.

Opvallend: We begrepen uit betrouwbare bron dat de in- en uitgang lange tijd strikt gescheiden werden door een plastic tussenschot. Daarvan is nu geen sprake. Toch slaan de meeste klanten geroutineerd rechtsaf als ze naar buiten komen, zodat ze de binnenkomende klanten − die van de andere kant komen − niet tegen het lijf lopen. Alsof ze getraind zijn.

Als deze test een winnaar zou verdienen, dan is het Poiesz. Je betaalt vaak iets meer, maar krijgt er ook wat voor terug. Dat vraagt om een kleine traktatie. Een stukje Friese oranjekoek lijkt ons wel gepast. En vooruit, wat ijsjes voor de collega’s op de redactie.


N.B. De inhoud van artikel is gebaseerd op een steekproef bij acht verschillende supermarktketens in de stad Groningen. De resultaten gelden niet per definitie voor alle vestigingen van de desbetreffende keten.