Annegien kijkt reikhalzend uit naar de zomervakantie, waarin ze met haar gezin gaat kamperen op een camping met een groot zwembad. Alleen jammer dat haar 4-jarige zoon erg bang is voor water. Wat kan ze daaraan doen?
Gezellig slapen in de tent, veel samen spelen, ijsjes eten en ook: lekker zwemmen. Annegien heeft zin in de vakantie, maar vreest dat haar zoontje het spetteren en plonzen minder leuk gaat vinden. "Deze zomer gaan we naar een camping in Zeeland met een groot zwembad. Hartstikke leuk, maar mijn zoon Ferre is erg bang voor water. Natuurlijk draagt hij bandjes, maar dan nog durft hij amper het zwembad in en wordt hij hysterisch als andere kinderen naar hem spetteren. Wat kan ik doen aan zijn watervrees, ook in verband met de zwemlessen waar we volgend jaar mee willen beginnen?"
'Belangrijk is dat je als ouder niet gaat forceren'
Veel kinderen hebben last van watervrees. Dat kan verschillende oorzaken hebben, zo legt orthopedagoog Loes Waanders uit: "Dat kan een negatieve ervaring zijn, bijvoorbeeld door per ongeluk een keer onder water te zijn geraakt, of een van de ouders houdt zelf ook niet van water en geeft dit onbewust door. Belangrijk is dat je als ouder niet gaat forceren, dat verergert angst vaak alleen maar. Laat je zoontje ter voorbereiding van de vakantie thuis al in stapjes aan water wennen, bijvoorbeeld door een badje op te zetten, een sproeier in de tuin, spelletjes doen met water. Stel hem op een speelse, positieve manier bloot aan verschillende vormen van water."
'De overgang naar een groot zwembad is voor een kleuter immens'
Wat ook kan helpen om een meer ontspannen zwembadverblijf te hebben, is je kind vaardigheden leren die hem helpen bij de situaties die hij onprettig vindt, raadt Waanders aan: "Als een ander kind spettert, kan hij de andere kant op kijken of water uit zijn ogen wegwrijven. Water in zijn mond kan hij weer uitspugen. En doe zijn bandjes om en leg de werking hiervan uit: kijk, zo blijf je drijven. Zo ervaart hij controle in een situatie die hem een angstig gevoel geeft. Besef dat de overgang naar zo'n groot zwembad voor een kleuter immens is. Bouw ook dit in stapjes op. Is er een kleiner zwembad dat wel oké voelt? Begin daarin. Haal de druk eraf. Zeg dus niet: 'We gaan hier nu in en daarna in het grote bad.' Belangrijk is dat hij zich eerst fijn voelt in het kleine bad. Probeer het ook zelf niet te groot te maken in je hoofd. Wanneer je geforceerd gaat 'oefenen' met in je achterhoofd de zwemles van volgend jaar, heb je kans dat je – uit goedheid – onbewust harder gaat dan jouw kind op dit moment aankan, en bereik je eigenlijk het tegengestelde effect."
