Spring naar de content
bron: anp

De vrijheid om geen mondkapje te dragen is geen vrijheid

Vanuit zijn woonplaats Genua beschouwt Ilja Leonard Pfeijffer wekelijks een onderwerp dat het Nederlandse nieuws beheerst. Deze week schrijft hij over het begrip vrijheid en welke verantwoordelijkheden vrijheid met zich meebrengt. “De vrijheid om geen mondkapje te dragen is geen vrijheid. Mensen die deze vrijheid voor zichzelf opeisen, beperken de vrijheid van anderen. Hun gebrek aan verantwoordelijkheidsgevoel ondermijnt de vrijheid van ons allemaal.”

Wat is vrijheid? Het meest voor de hand liggende antwoord op die vraag en het antwoord dat de meeste mensen zonder een moment van aarzeling op die vraag zouden geven wanneer iemand hun op koopavond in een winkelstraat een pluizige microfoon onder de neus duwt voor een voxpopje, is dat een mens vrij is als hij kan doen en laten wat hij wil. 

Maar wie iets langer doordenkt, beseft de tekortkomingen van die definitie. Zij zou misschien nog min of meer geldig kunnen zijn voor één enkel mens die eenzaam en alleen op aarde leeft of voor kluizenaars en zonderlingen die contact met hun medemensen hebben afgezworen. In dergelijke situaties zou je vrijheid kunnen definiëren als de onbelemmerde mogelijkheid om te doen wat je wilt, al zul je al snel beseffen dat die vrijheid wordt ingeperkt door externe omstandigheden als het weer, de noodzaak zich te voeden en te slapen, enge beesten, natuurrampen en ziekten en door onoverkomelijke ongemakken zoals de eigen sterfelijkheid. 

Abboneer op een lidmaadschap

Flinke korting op een digitaal jaarabonnement

Sluit nu voordelig een abonnement af en maak kennis met de journalistieke kracht van HP/De Tijd. (Op elk moment opzegbaar.)

Kies een abonnement

Wie, zoals veruit de meesten van ons, gezegend of gedoemd is om samen te leven met medemensen, kan vrijheid niet definiëren als de mogelijkheid om te doen wat je wilt, omdat die definitie dan ook geldt voor de anderen en omdat de vrijheid die anderen hebben om te doen en laten wat zij willen de eigen vrijheid kan inperken. Als de ander de vrijheid heeft om alles te doen wat hij maar wil, kan hij mij mijn vrijheid afnemen, want hij kan alles wel willen. Misschien heeft hij toevallig zin om mijn huis te bewonen, mijn dochter tegen haar zin te bezwangeren of om mij mijn keel door te snijden. Ik kan niet zeggen dat hij dat niet mag doen als ik hem de vrijheid heb gegeven die ik ook voor mijzelf heb opgeëist om te doen wat hij wil. Zo’n concept van vrijheid bijt zich in zijn eigen staart. De vrijheid van de een wordt de onvrijheid van de ander. 

Onze wetten zijn bedoeld om bepaalde vrijheden in te perken en de vrijheid van anderen te waarborgen.

Wie, zoals veruit de meesten van ons, gezegend of gedoemd is om samen te leven met medemensen, moet vrijheid definiëren als een balans tussen de eigen vrijheid en de vrijheid van de ander. Vrijheid in een samenleving is een collectieve vrijheid, waaraan de individuele vrijheid concessies moet doen. Je offert iets van de eigen vrijheid op omwille van de anderen, omdat je op die manier kunt verwachten dat de anderen hetzelfde doen om jou jouw vrijheid te gunnen. 

Voor de meeste omstandigheden hebben we spelregels bedacht die deze balans bewaken. Onze wetten zijn bedoeld om bepaalde vrijheden in te perken en de vrijheid van anderen te waarborgen. De leidende gedachte hierbij is dat een wet, die bepaald gedrag verbiedt en daarmee een inperking van vrijheid vormt, noodzakelijk is als dat gedrag anderen schaadt. Ik mag u niet vermoorden als ik daar toevallig zin in heb – de gedachte kont niet eens in mij op, maakt u zich vooral geen zorgen, het is slechts een voorbeeld – omdat mijn moordlust u zou schaden en een inperking zou vormen van uw vrijheid om verder te leven en uw bucket-list af te werken. 

Hayek definieert vrijheid als de onafhankelijkheid van de willekeur van een ander. Als die ander een tiran is of een slavendrijver en ons onderwerpt aan zijn willekeur, dan zijn wij niet vrij. Maar wij zijn evenmin vrij als de ander een burger is zoals wij die ons met de willekeur van zijn gedrag schade berokkent. 

Daarom laten bijna alle filosofen vrijheid hand in hand lopen met verantwoordelijkheid. Zoals George Bernard Shaw zegt: ‘Liberty means responsibility. That is why most men dread it.’ Het verantwoordelijkheidsbesef is cruciaal omdat vrijheid een spiegel is. Mijn verantwoordelijkheid is uw vrijheid en uw verantwoordelijkheid maakt dat ik vrij kan zijn. Het autoverkeer op een snelweg zou een metafoor kunnen zijn voor dit principe. Ik kan mij uitsluitend en alleen vrij voelen om overal naartoe te rijden waarheen ik maar wil als ik erop kan rekenen dat mijn medeweggebruikers de verantwoordelijkheid aan de dag leggen om zich aan de regels te houden, voorzichtig te zijn, uit te kijken en niet roekeloos hun grillen, ingevingen en instincten te volgen. En daarom doe ik dat ook. En zo functioneert het. 

Mensen die denken dat zij kunnen doen wat zij willen en die geen rekening meer wensen te houden met besmettingsgevaar, vormen de werkelijke inperking van onze vrijheid.

Veel mensen in Nederland, die naar eigen zeggen helemaal klaar zijn met het virus, beschouwen de overheid als een tiran die het volk zijn vrijheid afneemt door het te onderwerpen aan haar willekeur van maatregelen om besmetting tegen te gaan. De denkfout die zij maken, is dat zij hun individuele vrijheid verabsoluteren en de collectieve vrijheid uit het oog verliezen. De maatregelen zijn niet willekeurig, maar de vrucht van doordacht beleid op basis van inzichten van specialisten, dat kan veranderen en hopelijk nog doordachter wordt naarmate het inzicht groeit. 

Mensen die denken dat zij kunnen doen wat zij willen en die geen rekening meer wensen te houden met besmettingsgevaar, vormen de werkelijke inperking van onze vrijheid. Hun gedrag kan anderen schaden, omdat zij door toedoen van dat gedrag besmet kunnen raken. 

De vrijheid om geen mondkapje te dragen is geen vrijheid. De vrijheid om feest te gaan vieren met zijn allen omdat we wel klaar zijn met dat virus, is geen vrijheid. De vrijheid om nu op vakantie te gaan naar het buitenland, is geen vrijheid. Mensen die deze vrijheden voor zichzelf opeisen, beperken de vrijheid van anderen. Hun gebrek aan verantwoordelijkheidsgevoel ondermijnt de vrijheid van ons allemaal. 

Vijf dagen geleden zei de President van de Italiaanse Republiek Sergio Mattarella: ‘Non bisogna confondere la libertà con il diritto di far ammalare gli altri.’ We moeten vrijheid niet verwarren met het recht om anderen ziek te maken.