Direct naar artikelinhoud

Hoofd infectieziekten GGD: ‘Er is nog geen sprake van de tweede golf’

Anja Schreijer.Beeld Jakob van Vliet

Nieuwe besmettingen doen zich nu vooral voor bij mensen tussen de 20 en 40. Belangrijk is dat iedereen vasthoudt aan de discipline om 1,5 meter afstand te houden, zegt de Amsterdamse GGD-arts Anja Schreijer.

Anja Schreijer is hoofd van de afdeling algemene infectieziekten van de Amsterdamse GGD. Ze bewaakt de kwaliteit van het bron- en contactonderzoek in de stad, is vast lid van het Outbreak Management Team en adviseert samen met haar collega’s burgemeester Femke Halsema. 

Het aantal besmettingen in Amsterdam en Nederland stijgt. Welke mensen worden de afgelopen weken positief bevonden?

“Jonge mensen tussen de 20-40 jaar, voornamelijk. Ze worden meestal niet heel erg ziek van het coronavirus. Maar ze kunnen het wel doorgeven aan andere groepen die er ernstig ziek van kunnen worden. Daarom moeten we waakzaam zijn.”

“Er is nog geen sprake van de tweede golf. Deze toename heeft te maken met de exit uit de lockdown, maar ook met het laagdrempeligere testbeleid. Als er een tweede golf komt, verwacht ik die in het najaar. Luchtweginfecties zoals dit nieuwe coronavirus gedijen dan het beste.”

Er is kritiek op het bron- en contactonderzoek van de GGD’s, bijvoorbeeld dat het sneller moet. Tussen het moment dat iemand met klachten belt voor een test en een afgerond contactonderzoek zitten acht dagen. Is die kritiek terecht?

“Sneller is altijd beter, maar het is zoeken naar een optimum tussen kwaliteit en haalbaarheid. Sneller is niet altijd haalbaar.”

Hoe kan het bron- en contactonderzoek volgens u succesvoller worden?

“Het onderzoek op zichzelf is goed, maar meer mensen met klachten moeten zich laten testen. De testbereidheid moet omhoog. Slechts 19 procent van de mensen met klachten maakt gebruik van een gratis test, zo blijkt uit onderzoek van het RIVM. Ook gaat zestig procent van de mensen met klachten nog op bezoek bij familie of vrienden en bijna de helft gaat gewoon naar het werk. Dan kunnen er in die settings clusters ontstaan en kan het virus blijven groeien. Als dat niet verandert, is het voor de GGD’s haast onmogelijk om de virustransmissie te stoppen.”

Hoe kijkt u naar het verslappen van de 1,5 meterdiscipline?

“In april en mei hielden mensen zich daaraan. Het contactonderzoek leverde toen slechts enkele nauwe contacten op, voornamelijk in het huishouden. Nu komen we mensen tegen die wel veertig contacten hebben, waarvan twintig nauwe, waardoor ook ons onderzoek langer duurt. In Amsterdam zien we dat mensen op bruiloften, thuisfeestjes en begrafenissen besmet raakten, omdat ze te dicht bij elkaar kwamen. De GGD’s zijn nu heel sterk uitgerust, maar we hebben de medewerking van iedereen nodig.”

Volgens de landelijke RIVM-cijfers van de afgelopen twee weken is in slechts 42 procent van de vastgestelde infecties bekend waar die infectie is opgelopen. In 58 procent is de transmissiesetting onbekend. Hoe zit dat in Amsterdam?

“Die cijfers komen overeen. We vragen mensen of ze weten waar ze hun infectie hebben opgelopen. Als ze dat weten, is dat in meer dan de helft van de gevallen in de thuissituatie, of in een andere privésetting. Wie het virus in de bus heeft opgelopen, weet dat meestal niet.”

Als de transmissiesetting in bijna zestig procent onbekend is, verspreidt het virus zich dan toch via de lucht? Via aerosolen (minieme druppeltjes)?

“Dat de setting vaak niet duidelijk is, is geen bewijs voor de aerosolentheorie. Als iemand niet meer weet waar de besmetting heeft plaatsgevonden, kan dat ook binnen anderhalve meter zijn gebeurd. In een bus, bijvoorbeeld.”

“Er is sterk wetenschappelijk bewijs dat het gros van de besmettingen plaatsvindt binnen anderhalve meter. Deze cijfers geven geen reden daaraan te twijfelen.”

U bent lid van het Outbreak Management Team (OMT). De roep om mondkapjes wordt luider. Wat vindt u?

“Zoals de huidige stand van de wetenschap is, lijkt het niet zinvol. Maar gedragswetenschappelijk onderzoek stelt nu dat mondkapjes mensen alerter maakt, waardoor ze vaker geneigd zijn anderhalve meter afstand te houden. Tegelijkertijd zijn er ook studies die stellen dat het mensen onvoorzichtiger maakt en dat onjuist gebruik juist tot meer besmettingen leidt. Op verzoek van het ministerie gaan we er binnen het OMT opnieuw naar kijken.”

U bent ook een adviseur van burgemeester Femke Halsema. Hoe groot is het gezondheidsrisico door de drukte in de stad?

“Dat is niet precies te bepalen, maar het is een risico. Daarom hebben we negatieve adviezen gegeven voor de vergunning van bijvoorbeeld festivals en we denken mee met maatregelen tegen drukte. Een lockdown van Amsterdam lijkt mij praktisch niet goed uitvoerbaar.”

“In hoeverre toeristen een gezondheidsrisico voor Amsterdam vormen, is ook niet te bepalen. We hebben zeven toeristen positief getest in de afgelopen twee weken. Maar de meeste bezoekers met ziektesymptomen stappen in de auto en rijden naar huis, denk ik.”

Het op- en afschalen van maatregelen om de besmettingen te reguleren, hoe lang zal dat nog duren?

“Dat hangt af van veel factoren, waarvan het menselijk gedrag de belangrijkste is. Als dat niet verandert, duurt het totdat er een effectief vaccin of geneesmiddel is.”