Getuigenissen uit woonzorgcentra komen hard binnen bij politici, oppositie scherp voor Beke
Toen de Vlaamse Ombudsdienst 45 getuigenissen uit woonzorgcentra liet zien en horen in het Vlaams Parlement, werden de aanwezige politici stil in de commissie die het Vlaamse Coronabeleid evalueert. Dat zegt ombudsvrouw Annelies D'Espallier. Zowel parlementsleden van de meerderheid als de oppositie waren onder de indruk van de getuigenissen. De oppositie reageert met scherpe kritiek, vooral aan het adres van minister van Welzijn Wouter Beke (CD&V).
"Er zijn in onze rusthuizen veel mensen gestorven aan corona, maar er zijn ook mensen fysiek en mentaal gebroken omdat Vlaanderen niet voorbereid was. Dit nooit meer." Dat zegt Vlaams Parlementslid Hannes Anaf van SP.A in een reactie op het rapport van de Vlaamse Ombudsdienst over de aanpak van de coronacrisis in de woonzorgcentra.
"Elke getuigenis hier zegt keer op keer dat de administratie onder minister Beke chaotisch reageerde, dat de regie ontbrak, er wantrouwen leefde en er achter de feiten werd gelopen", zegt Björn Rzoska van Groen. "De woonzorgcentra moesten improviseren om dat gat te vullen."
"De getuigenissen zijn hard binnengekomen bij iedereen hier in de commissie", reageert Lorin Parys van N-VA. Freya Saeys van Open VLD werd er naar eigen zeggen stil van. Volgens Katrien Schryvers van CD&V hebben de getuigenissen afwisselend bevestigd, aangevuld of een ander licht geworpen.
Felle kritiek
De oppositie reageert scherp op de getuigenissen. "Dit is een extra motivator voor ons als commissieleden om dit werk tot een goed einde te brengen, want dit kan toch geen twee keer gebeuren, denk ik", zegt Immanuel De Reuse van Vlaams Belang.
"Het personeel en de directies hebben werkelijk alles in het werk gesteld om de crisis in de woonzorgcentra te bestrijden, maar het uitblijven van snelle ondersteuning vanuit de Vlaamse overheid op niveau van beschermingsmateriaal en bijkomend personeel heeft tot deze horrorverhalen geleid", zegt Hannes Anaf.
Beke kop van Jut
"Het levensbedreigende corona reduceerde bewoners, familie en medewerkers van woonzorgcentra tot figuranten", vond Björn Rzoska. Hij wil nu uitzoeken of de gebrekkige coördinatie de gevolgen van de epidemie groter heeft gemaakt en hoe we het in de toekomst beter kunnen doen.
Volgens PVDA draagt minister van Welzijn Wouter Beke (CD&V) een loodzware verantwoordelijkheid. "Minister Beke is mee verantwoordelijk voor de acute onderbezetting in de woonzorgcentra na jaren van onderinvesteringen. In talloze verslagen en reportages werd afgelopen jaren al duidelijk hoe de situatie in de woonzorgcentra daardoor uit de hand liep. Dit was een man made disaster, waiting to happen. Het wordt tijd dat Wouter Beke zijn conclusies trekt. Dit is niet houdbaar", zegt Lise Vandecasteele.
Meer middelen
Langs vakbondskant zegt de christelijke bond dat de Vlaamse regering middelen moet vrijmaken voor een investeringsplan voor de woonzorg in Vlaanderen. "Al enkele jaren wordt er door werknemersorganisaties, werkgevers, ouderenorganisaties en wetenschappers gevraagd naar een grote investering.”
“Telkens kon dit de voorbije jaren niet doorgaan omdat er geen geld voor voorzien was in de Vlaamse begroting. Ook de huidige regering heeft hiervoor bitter weinig voorzien", hekelen ACV Puls en ACV openbare diensten in een mededeling.
Ze benadrukken dat "vingerwijzigingen en het zoeken van individuele verantwoordelijkheden de (toekomstige) ouderen en hun familie en de tienduizenden personeelsleden in de woonzorg niet verder zullen helpen".
Volgende week woensdag, op 8 juli, gaat de regering samen met de vakbonden en werkgevers in de Vlaamse zorgsector rond de tafel zitten voor overleg.