Over handen wassen, vitale beroepen, reizen en geld. Dit zijn vier hoopvolle lessen van de coronacrisis

ILLUSTRATIE

ILLUSTRATIE YOKO HEILIGERS

We zouden niets liever willen dan dat ons leven weer was zoals vóór de coronacrisis. Tegelijkertijd realiseren we ons dat het belangrijk is om sommige dingen juist ánders te gaan doen. Ook straks. Vier hoopvolle lessen van deze tijd.

Waardering vitale beroepen

,,We moeten het momentum behouden”, zegt emeritus hoogleraar arbeidsmarkt en ongelijkheid Wiemer Salverda van de Universiteit van Amsterdam. Daarmee doelt hij op de waardering van mensen met een ‘vitaal beroep’ - ook zij die de overheid daar niet direct toe rekent. ,,Niet alleen de zorg, ook mensen in de logistiek, zoals de postbezorgers en vakkenvullers. De mensen die doorgaans een minimumloon verdienen, houden onze maatschappij draaiende. Dat is in deze crisis wel duidelijk geworden.”

Er wordt al langer gepleit voor betere arbeidsvoorwaarden en een hoger minimumloon. De Commissie Regulering van werk, onder leiding van Hans Borstlap, onderzocht op verzoek van minister Wouter Koolmees al eerder of de regels, wetgeving en belastingstelsel nog wel aansluiten op de arbeidsmarkt. De kloof tussen mensen met een vast contract en flexwerkers is volgens de commissie te groot en werknemers met een tijdelijk contract zijn te weinig beschermd tegen baanverlies. Het zijn in veel gevallen de mensen die onmisbaar zijn in deze moeilijke tijd, die met de minste zekerheden voor heel weinig loon hun werk doen.

,,Dat zijn mensen met cruciale beroepen”, zegt de woordvoerder van vakbond FNV. ,,Waarom betalen we die dan zo weinig? Sinds de invoering van het wettelijk minimumloon in 1968 is de ontwikkeling daarvan achtergebleven bij de ontwikkeling van andere lonen. Rondkomen met een minimuminkomen is nu onmogelijk.”

De FNV bracht vorige maand het boek Denkend aan 14 euro uit, om de strijd voor een minimumloon van 14 euro per uur een impuls te geven. Nu ligt het minimale uurloon voor iemand die ouder is dan 21 jaar tussen de 9,54 en 10,60 euro.

Volgens Salverda is er een les te trekken uit deze pandemie: krijgen mensen de juiste waardering? Een keer klappen op het balkon of een sticker plakken op je brievenbus is een mooi gebaar, vindt de hoogleraar, maar voor verandering is het noodzakelijk de waardering voor deze groepen te blijven uitspreken. Oók na de crisis. ,,En dan, als er in de politiek ruimte is om hierover te beslissen, als collectief in actie komen.”


 

Houd vast aan vaker handen wassen

Het is haast de mantra van het RIVM geworden: was regelmatig de handen. De desinfecterende handgel raakte uitverkocht, handzeep werd schaars en mensen wassen hun handen zo vaak, dat ze gortdroog aanvoelen. Soms tot bloedens toe.

Dat vele handen wassen doen we omdat overal - ook op onze handen - bacteriën en virussen zitten, zegt Marcel Zwietering, hoogleraar levensmiddelenmicrobiologie aan Wageningen University & Research. ,,Ook het virus kan op onze handen terechtkomen. Als we ze goed wassen, raken we de oppervlakkige virussen en bacteriën kwijt.”

Het idee dat iets minder hygiëne ‘alleen maar goed is voor de afweer’ wil Zwietering voor eens en voor altijd uit de wereld helpen. Sterker: wat hem betreft is het zelfs een gevaarlijke uitspraak. ,,Voor 1900 had de samenleving te maken met een gigantische kindersterfte, omdat we ons veel minder bewust waren van de noodzaak van goede hygiëne. Er waren vaak infectieziektes. We weten dat onze verbeterde hygiëne heeft bijgedragen aan een betere levensverwachting. Natuurlijk hebben we dat ook te danken aan betere voeding en antibiotica, maar óók aan de hygiëne. Als je ziek wordt, heb je daarna vaak een betere weerstand, maar er zijn ook mensen die eraan onderdoor gaan. Dat maken we nu aan den lijve mee.”

Waar het voorheen voor Zwietering voelde als roepen in de woestijn, wordt nu wel geluisterd naar de oproep regelmatig de handen te wassen. ,,Als we op deze frequentie onze handen blijven wassen, wordt onze weerstand niet slechter.”

,,Dat zou een mooie erfenis zijn van de coronacrisis: dat we vaker onze handen wassen, zeker na toiletbezoek, bij het koken en voor het eten. Het zou heel goed kunnen dat in de toekomst niet alleen de verspreiding van virussen afneemt, maar ook het aantal voedselinfecties.” Volgens een RIVM-rapport uit 2019 werden er in 2018 652.000 mensen getroffen door een ziekte die via voedsel wordt verspreid, 76 mensen overleden eraan.

,,Dat aantal kan dalen door deze gewoonte vast te houden.”


 

Reizen is niet altijd nodig

Na de invoering van de intelligente lockdown werd al snel een lichtpuntje genoemd: de luchtkwaliteit ging met sprongen vooruit. Minder vlieg- en autoverkeer deed de longen goed.

,,De luchtkwaliteit is nu inderdaad beter,” zegt Guido van der Werf, klimaatwetenschapper aan de VU. Met het stilvallen van de economie is de uitstoot van schadelijke stoffen zoals stikstofoxiden en fijnstof flink afgenomen.

Dat betekent niet dat we achterover kunnen leunen, waarschuwt hij. Het effect dat die paar weken schonere lucht op ons klimaat hebben, is klein. ,,Je moet dit jaren volhouden om de positieve effecten te zien. Dan zullen er minder mensen met ademhalingsproblemen zijn en minder mensen vroegtijdig overlijden aan de gevolgen van vervuilde lucht. Een paar weken maken maar weinig verschil.”

Zodra we weer op grote schaal mogen rijden en vliegen, gaan we snel terug naar het oude niveau, voorspelt Van der Werf. ,,En andere bronnen van vervuiling, zoals de veeteelt, gaan ook gewoon door.”

Toch heeft het virus ons op het gebied van de luchtkwaliteit iets gebracht. Het verplichte thuiswerken heeft ons duidelijk gemaakt dat het niet noodzakelijk is om elke dag van de week met de auto in die lange file naar en van het werk te staan.

Van der Werf hoopt dat ook de wetenschap afscheid neemt van de hardnekkige mindset dat vliegen onmisbaar is. ,,Je wordt als wetenschapper regelmatig uitgenodigd om te spreken op congressen in het buitenland. Jonge hoogleraren die een beurs willen aanvragen worden zelfs beoordeeld op het aantal keren dat ze in het buitenland hebben gesproken. We weten nu uit de praktijk dat fysiek aanwezig zijn aan de andere kant van de wereld niet per se hoeft. Dat idee moeten we vasthouden, die mentaliteitsverandering is waardevol voor onze luchtkwaliteit en ons klimaat.”

Er is meer dan geld en welvaart

Zelfs de redacteuren van Quote moesten constateren dat in deze gezondheidscrisis ‘geld even niet het belangrijkste is’. Het was de laatste zin van de editorial van hoofdredacteur Sander Schimmelpenninck van het zakenblad.

Juist omdat de economie wereldwijd in het slop zit, is er ruimte om naar het totaalplaatje te kijken, stelt Maarten Lindeboom, hoogleraar arbeidseconomie. ,,Uiteindelijk streven we immers naar een hoog welzijnsniveau.” Een crisis als deze laat zien dat we een goed ontwikkelde welvaartsstaat zijn en tegelijkertijd zien we dat geld alleen niet volstaat.

Als het aan sociaal psycholoog Kees van den Bos ligt, wachten we niet tot na de crisis met deze herbezinning. De afgelopen jaren ging er in de politiek relatief meer aandacht naar de economie dan naar zaken als het milieu of ons welzijn, stelt Van den Bos. Dat is nu veranderd. ,,We waarderen meer het kleine, onze eigen omgeving, het lokale en de sociale verbondenheid. We voelen meer dan ooit hoe waardevol contact met anderen is. We zullen wel moeten, we moeten het noodgedwongen dichter bij huis zoeken dan normaal.”

Idealiter zouden welvaart en welzijn in elkaars verlengde liggen; beide zijn van belang voor een gelukkig leven. ,,Welzijn gaat om je goed voelen over jezelf, nu en op de langere termijn. Je wilt het idee hebben dat je een zinvol leven leidt en belangrijke doelen voor jezelf verwezenlijken, progressie maken. Deze crisis is in elk geval op individueel niveau voor veel mensen een wake-upcall. Sommigen denken: waarom doe ik niet iets om de samenleving te helpen? Waarom word ik geen docent of ga ik in de zorg? Dat is positief: mensen heroverwegen hun keuzes.”

Aandacht voor meer dan welvaart alleen helpt een hele samenleving, denkt Lindeboom, ook degenen die nu in financiële onzekerheid verkeren door de pandemie. ,,Mentale gezondheid is een groot probleem. Volgens de WHO is een depressie wereldwijd de op een na belangrijkste oorzaak van een slechte gezondheid. Wie in permanente stress leeft, door bijvoorbeeld geldzorgen, kan op de langere termijn fysieke problemen krijgen.”

,,Deze ramp heeft duidelijk gemaakt dat we als samenleving en individu kwetsbaar zijn. Een eenzijdige focus op geld is niet alles. Werk, gezondheid en inkomen moeten in samenhang worden bekeken. Die instelling moeten we behouden, zo lang als mogelijk.”