Protesten op migranteneiland Lesbos: ‘Niet nóg een kamp, dit is geen leven’

Het gaat hard tegen hard op Lesbos. De bewoners willen van de migranten af, de Griekse regering heeft plannen voor een nieuw kamp. Woensdag stonden demonstranten met stokken tegenover de oproerpolitie. ‘We willen ons eiland terug.’

‘Ze laten ons gewoon barsten daar in Athene. We willen dat de regering de migranten van ons eiland haalt, maar nee, dit is hun antwoord’, zegt een woedende bewoner terwijl ze naar de oproeppolitie gebaart, die zich met gasmaskers, wapens en geheven schilden grimmig midden op de weg heeft opgesteld om de boze menigte te blokkeren. ‘Grieken staan nu tegenover Grieken. De regering vecht tegen ons, in plaats van tegen de migranten die ons leven verwoesten.’

De geur van het traangas van de afgelopen nacht hangt nog in de lucht als de idyllische zeeweg op Lesbos zich deze woensdagochtend opnieuw vult met woedende burgers. De rij kris-kras geparkeerde auto’s in de berm waarachter een azuurblauwe Middellandse Zee glinstert, wordt elk uur langer. De sfeer is bijna gemoedelijk – totdat de eerste traangasgranaat wordt afgevuurd. De demonstranten vluchten de berm in, richting zee, om de tranen te blussen met water. De toon is gezet. Mannen met stokken en shawls voor hun gezicht dringen naar voren. Maar na elke nieuwe traangasgranaat dringt de groep weer naar achteren en wacht iedereen af tot de volgende zet.

De eilandbewoners hebben deze woensdag massaal het werk neergelegd om te protesteren tegen de plannen van de Griekse regering om hier, langs deze weg bij Karava, een nieuw gesloten opvangkamp te bouwen. Het voornemen vormt de druppel voor de inwoners van Lesbos die niets willen weten van nóg een kamp op hun eiland en de migranten juist weg willen hebben. Nu! Allemaal! Al weken protesteren burgers tegen de overbelasting van hun eiland en komt het steeds vaker tot botsingen tussen migranten en inwoners. De regering in Athene houdt zich echter doof voor de protesten, en stuurde maandag in het holst van de nacht ordetroepen naar het eiland om de gedwongen grondonteigening door te drukken en te zorgen dat het terrein bouwrijp kan worden gemaakt.

Voor de Grieken is de maat vol. Vijf jaar al hebben ze al te lijden onder de vluchtelingenstroom die eerst het toerisme – hun belangrijkste inkomstenbron – om zeep hielp en nu vooral resulteert in heel veel overlast. ‘Ze stelen alles, elke dag. Kleren, geiten, bouwmaterialen. Niets is veilig. Onze kinderen durven niet naar school omdat ze onderweg door migranten worden lastiggevallen. We zijn bang. We willen ons leven terug. We willen ons eiland terug’, zegt Mirsini, die met haar gezin in het stadje Moria woont, naast het gelijknamige opvangkamp, waar nu een recordaantal van bijna 20 duizend migranten verblijft in zelfgemaakte bouwsels in ‘hun’ olijfgaarden.

Nu zijn de eeuwenoude bomen omgehakt voor brandhout en is de grond die al generaties in de familie was geannexeerd door wanhopige migranten, die er tenten hebben gebouwd om zich te beschermen tegen de winterkou. ‘De migranten kunnen er ook niet veel aan doen. Zij ontsnappen aan vreselijke omstandigheden in hun eigen land of zoeken gewoon naar een beter leven’, vindt Nikos, een 37-jarige basisschoolleraar. Nee, het is de regering in Athene waar de eilanders woedend op zijn. ‘Ze laten ons gewoon stikken. Ze willen onze eilanden veranderen in gevangenissen.’

De eilandbewoners hebben Karava, de beoogde locatie van het nieuwe kamp, van verschillende kanten benaderd met als doel door de politiebarricades heen te breken en het bouwterrein te bezetten. Op de weg wordt de sfeer steeds grimmiger nadat ook een weiland een vlammenzee is geworden door de traangasgranaten. Als eilanders in hun auto’s wegrijden om Karava via de weilanden of olijfgaarden te benaderen, komen ze ook daar in botsing met de ordetroepen. ‘Het is belachelijk’, zegt de zwaarlijvige George, terwijl hij het schouwspel leunend tegen een auto bekijkt. ‘Nu moeten we dus vechten tegen onze eigen politie. Maar wat kunnen we anders? We hebben geen leven meer zo. Dit raakt ons allemaal.’

Op de rest van het eiland is het uitgestorven. Alle winkels, scholen en bedrijven zijn dicht. De doorgaans overvolle terrassen aan de boulevard van de hoofdstad Mytilini zijn leeg. In Moria, waar eerder deze maand nog een burgermilitie was opgestaan om migranten uit het stadje te weren, is nu geen mens te bekennen. Iedereen is richting de nieuwe kamplocatie Karava gegaan. ‘We moeten iets doen. Voor onszelf, voor onze kinderen. Dit kan zo niet langer’, zegt Konstantina, een andere eilander, vlak bij Moria. ‘We zijn bang. Die migranten hebben nergens respect voor. Niet voor onze kinderen, niet voor onze bezittingen, niet voor onze religie. En deze mensen komen niet eens meer uit landen waar oorlog is.’

De afnemende tolerantie is een grote zorg, zegt Astrid Castelein, hoofd van de VN-vluchtelingenorganisatie UNHCR op Lesbos. ‘De bevolking van de eilanden heeft zich altijd heel solidair en gastvrij opgesteld, maar nu, met bijna 20 duizend migranten, zijn de last en de verantwoordelijkheid te zwaar geworden.’ Voor de UNHCR is de eerste prioriteit nu om in elk geval 20 duizend migranten over te plaatsen naar het vasteland. In de kampen op de vijf Egeïsche eilanden Kos, Chios, Samos, Lesbos en Leros verblijven nu bijna 40 duizend migranten, terwijl er officieel maar ruimte is voor 6.200. Daarnaast roept de UNHCR de EU op medeverantwoordelijkheid te nemen en meer migranten op te nemen om Griekenland te ontlasten.

Aan het begin van de avond, als de rust in Karava enigszins lijkt te zijn weergekeerd, breekt de hel ineens los bij de legerbasis waar de ordetroepen verblijven met hun materieel. Luidruchtige jongeren bekogelen de basis met projectielen en verhinderen agenten naar buiten te komen. De woede over de harde opstelling van de oproerpolitie heeft een kookpunt bereikt, nadat eerder op de middag al berichten op sociale media rondgingen over het gebruik van rubberkogels, waardoor een inwoner ernstig gewond zou zijn geraakt. ‘Dit is onhoudbaar. De situatie moet nu heel snel tot bedaren worden gebracht’, zegt eilander Theodoros Alexellis, die voor de UNHCR werkt. ‘De regering moet zorgen dat het vertrouwen bij de bevolking wordt hersteld.’ Over het sturen van ordetroepen zegt hij: ‘Het antwoord zou verantwoord en proportioneel moeten zijn.’

De humanitaire crisis op Lesbos werd elk jaar erger

Lees onze reportages

2019 In het opvangkamp Moria stinkt het naar uitwerpselen en rottend vuil. Overal zijn huilende kinderen.

2018 Presentator en miljardairszoon Johnny de Mol zet de vrijwilligersorganisatie Movement on the Ground op. In Moria helpen vrijwilligers de vluchtelingen even hun ellende te vergeten met sport en spel.

2017 De bootjes blijven komen en de humanitaire situatie wordt steeds slechter in de kampen, maar toch blijven de Grieken ze met open armen ontvangen. Nikos en Katharina zijn een begrip op Lesbos. Het Griekse echtpaar stond al met broodjes en dekens op de stranden klaar toen daar in 2014 de eerste bootjes aankwamen.

2015 Een winterse storm heeft de vluchtelingen overvallen in hun zelfgebouwde tentenkamp tussen de olijfbomen. Alles is doorweekt; kleren, dekens en zelfs de baby.

Aanvullingen en verbeteringen: in een eerdere versie van dit artikel werd de uitspraak van Theodoros Alexellis onzorgvuldig ingekort. Zijn antwoord luidde genuanceerder, namelijk: ‘De regering moet zorgen dat het vertrouwen bij de bevolking wordt hersteld.’ Over het sturen van ordetroepen zegt hij: ‘Het antwoord zou verantwoord en proportioneel moeten zijn.’