Direct naar artikelinhoud
Achtergrond

Een pedofiel uitnodigen voor een gastcollege, kan dat?

Als een pedofiele man een gastcollege komt geven, volgt ophef wanneer dat op tv wordt gemeld. De vraag die erachter ligt: welke opvattingen zijn nog welkom op de universiteit?

Hoogleraar Eric Schliesser: ‘Neem verantwoordelijkheid in debat.’Beeld Daniel Cohen

Het tv-programma Danny op straat veroorzaakte donderdag ophef door te melden dat de Universiteit van Amsterdam de pedoseksuele ­activist Nelson had uitgenodigd voor een gastcollege. Gisteren volgden excuses van de UvA.

Dat riep de vraag op wie er welkom is op de universiteit. Het antwoord hangt af van het oordeel over de verhouding tussen academische vrijheid – de vrijheid van wetenschappers om te onderzoeken – en de vrijheid van menings­uiting. Sommige academici menen dat deze twee begrippen feitelijk hetzelfde zijn, anderen zien een wezenlijk verschil.

In de Verenigde Staten neigen de instellingen naar voorzichtigheid. Steeds meer universiteiten stellen ‘safe spaces’ in, of laten waarschuwingen zien voordat er mogelijk beledigend of heftig materiaal in een college wordt getoond.

Andreas Kinneging, hoogleraar rechtsfilosofie aan de Universiteit Leiden, vindt dat een slechte zaak. Hij pleit voor een absolute vrije meningsuiting op de universiteit – alleen geweld en bedreiging mogen worden geweerd. “We moeten niet zo bang zijn voor andere meningen en meteen roepen dat de democratie of de rechtsstaat worden ondermijnd.”

Aan de UvA denkt hoogleraar politicologie Eric Schliesser er iets anders over: “Ongeremd debat is meer iets voor in De Balie, niet voor de collegezaal. Bij academische vrijheid komen ook regels en verantwoordelijkheden kijken voor het voeren van een debat.”

Maatschappelijk controversiële onderwerpen kunnen volgens hem wel ‘voorzichtig’ besproken worden. Per geval moet de organisatie bekijken wat door de beugel kan. “Het is immers een openbare instelling, die te maken heeft met de grenzen van het Wetboek van Strafrecht en met in de samenleving heersende normen.”

Bedreigingen

De UvA kwam in 2018 in het nieuws wegens het uitnodigen van de controversiële rechtse psycholoog Jordan Peterson. Hij werd toen geïnterviewd door studenten in platform Room for Discussion. Zo’n 80 wetenschappers betoogden in een open brief dat er iemand met andere opvattingen tegenover de gast moest worden gezet. Dat gebeurde niet. Een deel van de tegenstanders is naderhand bedreigd, zegt Schliesser – iets wat volgens hem te voorspellen was.

“Peterson is een marketingmachine,” zegt hij. “Zijn tactiek is provoceren. Als studenten zo iemand willen uitnodigen, moeten ze daar ook verantwoordelijkheid voor nemen. Maar dat gebeurt momenteel op een zeer curieuze manier.”

Elmer Hoogland, voorzitter van Room for Discussion, ziet geen probleem: “Wij stemmen met studenten vanuit verschillende opleidingen, zoals politicologie en bedrijfskunde, over wie we uitnodigen. Als de meerderheid dan iemand wil uitnodigen, dan is hij of zij welkom, mits de gast wetenschappelijk geëngageerd is.” De grens ligt op strafbare feiten. “We vinden de zaak van de pedoseksuele man dan ook onvergelijkbaar met het uitnodigen van Peterson.”

Partijlijn

Rechtsfilosoof Kinneging keurt af dat de UvA excuses heeft aangeboden. “Het universiteitsbestuur moet zich juist sterk houden. Er zijn genoeg meningen waar ik niet blij van word, maar dat betekent niet dat je die niet mag uiten.”

Bij begrenzing van de vrijheid van meningsuiting raakt volgens hem het einde zoek. “Uiteindelijk kom je terecht in een situatie als de DDR, waarin je niets mag zeggen dan de officiële partijlijn.”

De hoogleraren Schliesser en Kinneging kunnen elkaar wel vinden over de spelregels. “We moeten netjes met elkaar omgaan en terug naar de focus op argumentatie,” aldus Kinneging. “Het gaat niet om zeggen dat je het ergens mee oneens bent, het gaat om wat er na de komma volgt.”

Schliesser: “Universiteiten zijn geen vrijplaats voor wederzijdse beledigingen. Als je dat niet beseft als maatschappij, ben je de kluts kwijt.”