Direct naar artikelinhoud
Column

Trump is een acuter probleem dan de opwarming van de aarde

Stephan Sanders artikel column

Weten de Democraten nog wat het enige, echt belangrijke doel is van al die voorverkiezingen? Trump verslaan. Het vooruitzicht dat het belangrijkste land ter wereld nog eens vier jaar lang het boegbeeld is van leugen en bedrog, van bombastische zelfverheerlijking, raciale insinuaties en slimme, half legale foefjes: onverteerbaar.

Houden de Democraten dat goed in de gaten? De volkomen mislukking van de Iowa Causus, waar we communistisch lang op een uitslag moesten wachten; de altijd zo strategisch opererende en beheerste Nancy Pelosi, de Democratische voorzitter van het Huis, die in een vlaag van woede, verstandsverbijstering en waarschijnlijk allebei de speech van Trump verscheurde? Hoe leugenachtig die speech ook was − je gaat geen geschriften vernietigen. Hillary Clinton werd het woord ‘deplorable’ (betreurenswaardige) nagedragen, en Pelosi heeft daar nu piekfijn een puntje aan gezogen.

Of die Trump wordt weggestemd door links van het midden, midden van het midden of rechts van het midden: het resultaat telt. Trumps stelselmatige demoralisering van de wereld lijkt me een nog acuter probleem dan de opwarming van de aarde. En het presidentiële probleem is oplosbaar.

Bijna vier jaar lang wordt nu verbeten het script nagespeeld van een boek van Philip Roth: Het complot tegen Amerika. De vlieger Charles Lindbergh (1902-1974) met zijn America First-beweging en zijn nazi-sympathieën heeft het gewonnen van de Democraat F.D. Roosevelt. Roth stierf in 2018, maar hoe lang blijft zijn schrikbeeld nog aan de macht?

Meteen het besef: wat kan een mens zich verschrikkelijk opwinden over een ander land, ver over zee, waar ik geen stemrecht heb. Amerika, luister je? Het woord ‘luister’ begrijpen ze in Amerika al niet.

En omdat niet alles in het leven politiek is en het dat ook niet moet worden, bleef ik gewoon in eigen land en bezocht het Amsterdamse Bimhuis, waar het Holland Festival een persconferentie gaf over de voorstellingen die in de maand juni te zien zijn. Ik kwam daar geharnast aan, politieke opwinding doet dat met je, en het duurde even voordat ik me ontvankelijk had gemaakt en niet alles bij voorbaat wilde afweren.

Vraag tussendoor: hoe doen politici dat, die zich elke dag moeten wapenen, maar ’s avonds ook wel eens naar een theater of concert gaan? Werkt die aan- en uitknop altijd?

Ik zat, ik zuchtte, ik ontdooide en zag trailers van dans- muziek- en theatervoorstellingen. Net zoals vorig jaar is het Holland Festival erin geslaagd een internationale associate artist te vinden, die meedenkt en meeprogrammeert. Voor 2020 is dat Bill T. Jones, de beroemde choreograaf, regisseur, danser en schrijver, die samen met zijn compagnon Arnie Zane voor een revolutie zorgde in de danswereld − al was het maar omdat alle menselijke kleuren en maten in hun werken een plek krijgen.

Zijn festivalmotto: the pursuit of the we, het streven naar een gezamenlijk wij.

Ook Jones hield nog een praatje. Staccato, beetje afgemeten, ‘jullie wilden toch iets van me horen?’, al klaar. Maar je zag het gebeuren: dat vond die rasperformer toch onbevredigend.

Hij zag een publiek, en hij moest iets doen. Iets laten zien, of minstens toch aan de orde stellen. Jones keek tegen de spotlights de zaal in, en zag het zittende journaille. Hij waarschuwde: ‘Ik ga jullie nu raciaal bekijken’ en voor de vuist weg telde hij zo twee zwarte mensen. Sorry, drie.

‘Holland is a very white country?’ vroeg hij retorisch.

Natuurlijk telde ik niet mee, want ik ben te licht voor die op zwart- wit ingestelde Amerikaanse ogen, en ook een vrouw met een Indonesische afkomst werd gevoeglijk overgeslagen. We waren ineens een wit publiek, waarvoor Bill T. Jones zijn kunstje moest leveren.

Hij sprak ook over de white avantgarde in de kunsten, waar hij zijn werkende leven lang mee te maken had, en ik begreep zijn ongemak.

Bijna elke Afro-Amerikaan die tegenover een witte meerderheid komt te staan, krijgt het gevoel dat hij een list moet uithalen, uit lijfsbehoud bijna.

En Jones weet indruk te maken. Maar ondertussen droeg hij de zaal z’n ‘witheid’ na. Wat kan een mens ter verdediging aanvoeren als hij blond is, bruin, maar lichtbruin, of hartstikke roze? Excuses voor mijn bestaan? Ik ben betreurenswaardig, ‘deplorable’? Eerst Trump verslaan. Dan verder met haarkloven.