Direct naar artikelinhoud
Handel

Het kabinet moet vrezen dat het Ceta-verdrag strandt

Minister Sigrid Kaag van buitenlandse handel.Beeld ANP

Het is erop of eronder voor het kabinet. Woensdag zal minister Kaag tot het uiterste moeten gaan om de Kamer ervan te overtuigen dat het Ceta-verdrag een goed verdrag is.

Het kabinet weet nog altijd niet of er voldoende politieke steun is voor het handelsverdrag tussen de Europese Unie en Canada. De ChristenUnie houdt ‘serieuze zorgen’ over dit Ceta-akkoord. Het wordt moeilijk voor minister Sigrid Kaag (buitenlandse handel) om de kleinste ­coalitiepartner woensdag tijdens het Kamerdebat te overtuigen.

Door de kritische opstelling van onder andere de ChristenUnie wankelt het Ceta-akkoord. De hele ­oppositie dreigt tegen te stemmen. Als het parlement in Nederland niet instemt met ratificatie, is dat een aderlating voor de Europese Unie én Canada. Het gevolg is onduidelijk. Kaag en premier Rutte zullen er weinig voor voelen om terug te gaan naar Brussel om te heronderhandelen over het verdrag.

Ceta moet de handel tussen de EU en Canada bevorderen. Importtarieven gaan omlaag, aan beide zijden van de oceaan openen zich ­afzetmarkten voor bedrijven. Over de precieze afspraken is ongeveer ­zeven jaar onderhandeld.

Voedselveiligheid

De steun van de ChristenUnie is essentieel. De partij laat mogelijk pas na het debat weten of ze alsnog akkoord gaat. In 2016 sprak ze zich nog tegen Ceta uit.

Toch is er een mogelijkheid dat de partij bijdraait. Kaag zal in het ­debat duidelijk moeten maken dat de handel met Canada niet ten koste gaat van de voedselveiligheid. Hormoonvlees mag de EU niet in, maar de ChristenUnie verlangt ook dat daar goede controle op is. De partij wil waarborgen dat de Canadese producten aan de (hoge) Nederlandse standaarden voldoen, bijvoorbeeld door middel van bedrijfsinspecties. De ChristenUnie vreest bovendien dat Ceta de Nederlandse kringlooplandbouw ondermijnt.

Een belangrijk onderdeel van het verdrag is het arbitragesysteem, het Investment Court System (ICS). ­Bedrijven kunnen naar deze ‘rechtbank’ stappen als ze vinden dat overheden hun belangen schaden met nieuwe regelgeving. Maatschappelijke organisaties en politieke partijen keren zich tegen Ceta vanwege dit arbitragesysteem. Zij vinden dat vakbonden en ngo’s ook bij deze rechtbank terecht moeten kunnen.

Te veel aandacht voor de rechten van multinationals

Opvallend is dat Ceta namens ­Nederland is uitonderhandeld door PvdA’er Lilianne Ploumen, destijds de minister voor buitenlandse handel. Nu is Ploumen Tweede Kamerlid. Met haar fractie zal ze tegen het verdrag stemmen. Partijleider Lodewijk Asscher wil niet spreken van een draai. “Destijds zei Ploumen al dat het verdrag niet af was. Er is nog te veel aandacht voor de rechten van multinationals en te weinig voor die van gewone werknemers. Dit kabinet heeft 2,5 jaar de tijd gehad om daar iets aan te doen. En dat is niet gebeurd.”

Mocht het kabinet voldoende steun in de Tweede Kamer vergaren, dan doemt de senaat op als nog groter struikelblok. Daar is een meerderheid ver weg, zelfs als de ChristenUnie om gaat. Een oplossing kan zijn dat het kabinet, net als eerder met de noodwet voor stikstofmaatregelen, steun zoekt bij de Groep ­Otten, SGP en 50Plus.

Kaag voerde de druk dinsdag op. In NRC zei ze richting PvdA’er Ploumen: “Hoe kan je opeens tegen een verdrag zijn waarbij je zelf aan de knoppen zat?” Ceta wegstemmen is wat haar betreft geen optie. “Dan breng je Nederland én de Europese Unie enorme schade toe. Als je vanachter de dijken stoer doet, blijf je achter de dijken hangen.”

Lees ook:

Natuur- en mensenrechtenorganisaties roepen Kamer op om tegen handelsverdrag Ceta te stemmen

Natuur- en mensenrechtenorganisaties waarschuwen voor de gevolgen van Ceta, het handelsverdrag tussen de Europese Unie en Canada.

Dit zijn de valkuilen van het handelsverdrag tussen de EU en Canada

Canadese investeerders kunnen straks schadevergoeding eisen als EU-landen hun belangen schaden. Volgens critici deugt dit arbitragesysteem niet. Vijf punten over het Ceta-verdrag.