Direct naar artikelinhoud
Verslaggeverscolumn

Waarom een rijk land uit armoede z’n bibliotheken en gymzalen sluit

Waarom een rijk land uit armoede z’n bibliotheken en gymzalen sluit

Dit is het jaar van de afrekening. Dit is een rijk land dat uit armoede z’n bibliotheken sluit, z’n gymzalen, muziekscholen en jeugdhonken - en tegelijk niet weet wat het met de goedkope miljarden moet.

Volhard en Overwin heet de gymnastiekvereniging die gymt in de gymzaal van Witmarsum, oud maar onderhouden, klimrekken, klimtouwen, de geur van binnensport. Het kaatsen, het voetbal, het freerunnen, de gymles voor twee scholen; Janny Yntema runt de zaal vrijwillig en vergeet nog bijna te vertellen over de mensen uit Schettens, Schraard, Wons en Longerhouw, elke week present. Ze moest in de krant lezen over de bezuinigingen, ze weet zich nog steeds geen raad met de gedachte: ‘er verdwijnt al zoveel op de dorpen’.

Jac König (l) en Hans van SteijnBeeld Toine Heijmans

Nog wijzen in Hurdegaryp richtingborden naar de bibliotheek aan het plein, maar de gemeente heeft geen geld meer. Dat is de wethouder niet aan te rekenen, ‘die kan niet anders’, zegt Hans van der Veen, ‘maar er breekt iets af dat nooit meer terugkomt.’ De bezuiniging bedraagt een ton. Iets meer dan het wachtgeld van Klaas Dijkhoff.

Het is een aangekondigd drama: vijf jaar terug kregen de gemeenten de jeugdzorg, de thuiszorg en de participatiegedachte aangeleverd – dat mochten ze allemaal gaan doen voor minder geld. Een in moreel plastic verpakte bezuiniging bedacht door spreadsheetpolitici: het betaalt zich uit in begrotingstekorten van miljoenen. Eerst schroeven gemeenten de huizenbelasting omhoog of de toeristenbelasting, maar nu begint het echte afrekenen. Het is een versnipperde ramp, een aanslag op het sociale weefsel. Het is iets waar de politici van toen niet meer over praten (Ronald Plasterk: ‘ik praat niet als ex-minister over mijn voormalige portefeuilles’) en waar de politici van nu over zwijgen - die leggen de schuld van dingen liever bij de immigratie.

Het is een landelijke schande die iedereen raakt, en het afrekenen is nog maar net begonnen.

Een aangekondigd dramaBeeld Toine Heijmans

Eerst kregen we de kredietcrisis over ons heen, vertelt Hans: van de elfhonderd bibliotheken bleven er zevenhonderd over, ‘enórme klappen’. Vervolgens vond de bieb zichzelf opnieuw uit tot een plek waar ze niet alleen boeken uitlenen maar taalvaardigheid kweken, digitale vaardigheid, eenzaamheid bestrijden en laaggeletterdheid, de Nederlandse identiteit bewaren, de kloof dichten. En nu mag dat weer weg, ‘in een van de best draaiende economieën ter wereld’.

Hans leidt de bieb van Leeuwarden, verkozen tot beste bieb van Nederland, een huiskamer met een café erin, en hij zet zich schrap. Van de vier vestigingen moet die in Hurdegaryp al weg. Een bibliotheek is voor gemeenten geen wettelijke plicht, ‘dus dat is een gemakkelijke prooi’.

En of ik wist dat de laaggeletterdheid hier 13 procent bedraagt? ‘We vervloeken die jeugdzorg niet, echt niet. Maar dit is een ramp die zich in stilte voltrekt – je hoort niks uit Den Haag.’ Daar werken ze liever aan een fonds met zeventig miljard, te investeren in robotica, kunstmatige intelligentie en infrastructuur: echte dingen.

Hans van der VeenBeeld Toine Heijmans

‘Nederland is geen land, hooguit een onderneming’, schrijft Michel Houellebecq in zijn roman Serotonine - Nederland is een multinational, zou ik zeggen, die het grote niet meer in het kleine ziet.

Geen jeugdhonk in Enter. Geen muziekschool in Uitgeest. Drie gymzalen in de noordwestkop van Friesland: bezuiniging van 38 duizend euro. Jac König en Paul van Steijn schenken koffie in de voetbalkantine van Witmarsum en vertellen dat Pim Mulier hier is geboren, de grondlegger van de Nederlandse sport, en hoe het bezuinigingsplan insloeg op het dorp. Op de valreep voorkomen dankzij een geharnast optreden van Dorpsbelang - het grote in het kleine. Maar niets is definitief.

Jac: ‘Alles valt om, als dominostenen. De gemeenten zitten op zwart zaad en spelen nu paniekvoetbal.’ Ze verwijten de wethouder niets – die staat voor een tekort van tien miljoen. Jac: ‘Wij moeten als platteland kunnen accepteren dat niet alles meer kan. Maar spórt…’ Paul: ‘Met de sport verdwijnt de zuurstof uit het dorp.’

De bibliotheek is trouwens vijf jaar geleden al verdwenen. Paul: ‘En weg is weg.’

Verderop in Arum gymmen kleuters in de gymzaal, namens gymvereniging Sparta. De zaal is elke dag bezet – zelfs de fanfare geeft er z’n concerten, ‘stukje tapijt over de vloer en stoelen erin’, zegt Bonne Dijkstra van Dorpsbelang. Het is naast het kaatsveld. Alles opgeknapt: nieuwe douches, dubbele beglazing, zonnepanelen, ‘de overheid wil dat we meer bewegen’, zegt Geert Akkerman, ‘krijg je dit.’ En dan krijg je Dorpsbelang in de benen: ‘Je bent toch een gemeente met elkaar’, zegt Bonne, ‘we dragen het dorp samen’.

Waar geld het minst belangrijk is, komt de afrekening het hardste aan.