Politie is er klaar mee
Afgelopen Oud en Nieuw werden hulpverleners op meerdere plekken in het land bekogeld met vuurwerk. De hulpdiensten - met de politie voorop - pleiten al even voor een vuurwerkverbod. Korpschef Erik Akerboom herhaalde het op Nieuwjaarsdag nog een keer: gevaarlijk consumentenvuurwerk heeft zijn beste tijd gehad. Daarmee doelt hij op knalvuurwerk en pijlen. Wat hem betreft verkopen aanbieders volgend jaar alleen nog veilig siervuurwerk waar niet mee kan worden gegooid.
In mei vorig jaar kwam de politie samen met 26 andere organisaties met de oproep om de jaarwisseling weer veilig te maken door landelijk alleen nog siervuurwerk toe te staan. "Politiek bestuurder: kom in actie!", luidde de oproep, die werd gesteund door onder meer het Nederlands Genootschap van Burgemeesters, artsen en PostNL.
Tientallen maatschappelijke organisaties maken in januari bekend naar de rechter te stappen als de landelijke overheid niet met een vuurwerkverbod komt. Het gaat onder anderen om artsen, verzekeraars en dierenbeschermers die zich hebben verenigd in het platform Vuurwerkmanifest.
Politiek terughoudend met vuurwerk
Het kabinet kwam afgelopen zomer met de zogeheten aanpak voor een veiligere jaarwisseling. Daar werd het voorstel om categorie F3-vuurwerk te verbieden in meegenomen. Dat zijn de zogenoemde singleshots en grote knalstrengen, zoals Chinese rollen.
Het kabinet benadrukte echter de traditie van de jaarwisseling zo veel mogelijk te willen behouden. "Daarom blijft het minder gevaarlijke vuurwerk beschikbaar voor consumenten. Dit is het zogenoemde F1- en F2-vuurwerk, zoals siervuurwerk, knalvuurwerk en vuurpijlen", schreef het kabinet. Er werd echter ook gemeld dat gekeken zou worden naar de incidenten tijdens de komende jaarwisseling (van afgelopen week dus) en dat afhankelijk daarvan aanvullende maatregelen niet worden uitgesloten.
In de politieke arena zijn de meningen over die aanvullende maatregelen verdeeld. GroenLinks-leider Jesse Klaver liep tijdens Oud en Nieuw mee met hulpverleners en kondigde op Nieuwjaarsdag samen met de Partij voor de Dieren een initiatiefwet voor een vuurwerkverbod voor particulieren aan.
De Partij voor de Dieren stelt dat vooral omstanders en voorbijgangers letsel oplopen door vuurwerk. "Longpatiënten moeten noodgedwongen binnenblijven en huisdieren raken in totale paniek van alle knallen", schrijft de partij.
In de week na de jaarwisseling discussieerden de andere Kamerfracties weer over hun standpunt in de discussie. De NOS meldde op 6 januari dat er in de Tweede Kamer inmiddels een meerderheid voor een verbod op 'gevaarlijk' vuurwerk is. Wat de partijen onder deze term verstaan, is nog onduidelijk; daarover gaan de verschillende fracties de komende tijd nog in overleg.
Regeringspartijen VVD en CDA zien dat voorlopig niet zitten. De partijen zien meer heil in strengere handhaving. D66 en de ChristenUnie zijn voor een verbod op "riskant" vuurwerk. De regeringscoalitie is dus verdeeld.
Gemeenten kiezen voor lokale verboden
In de vuurwerkdiscussie spelen gemeenten ook een grote rol. De lokale overheden hebben wettelijk de mogelijkheid om lokale vuurwerkverboden in te voeren.
De verboden waren beperkt tot enkele wijken en gebieden. Zo besloot de gemeente Leiden de binnenstad aan te wijzen als vuurwerkvrije zone en is het in Amsterdam niet toegestaan om vuurwerk af te steken in de buurt van ziekenhuizen. De politie ziet er het nut niet van in. De "willekeurige verboden" zouden tot onoverzichtelijke situaties leiden.
Inmiddels lijkt er in Rotterdam een vuurwerkverbod te komen. Een week na de jaarwisseling bleek er in de gemeenteraad voor het eerst een meerderheid voor een algeheel afsteekverbod te zijn.
Mede op verzoek van de vier grote gemeenten keek de gezaghebbende Onderzoeksraad voor Veiligheid (OVV) in 2017 naar de problematiek tijdens de jaarwisseling. Na het bestuderen van de veiligheidsrisico's pleitte de OVV voor een verbod op vuurwerk dat veel letsel en overlast veroorzaakt, zoals vuurpijlen en knalvuurwerk.
"Tijdens de jaarwisseling eindigen jaarlijks bijna vijfhonderd mensen op de spoedeisende hulp, raken tweehonderd ogen beschadigd, valt gemiddeld één dode en worden zo'n elfduizend incidenten geregistreerd. Daarmee is het op veel plaatsen in Nederland het onveiligste feest van het jaar", concludeerde de OVV.
Nederlandse bevolking is verdeeld
Jaarlijks vallen tientallen gewonden als gevolg van vuurwerk, met de dood van een vader en zijn vierjarige zoon in Arnhem dit jaar als dieptepunt. De twee kwamen om bij een flatbrand die vermoedelijk is ontstaan door het afsteken van vuurwerk. Het Oogziekenhuis Rotterdam meldde op Nieuwjaarsdag meer slachtoffers met oogletsel te hebben behandeld dan vorig jaar. De laatste elf jaar telden de oogartsen in totaal 2.349 patiënten met 2.897 beschadigde ogen.
Mede door deze incidenten is de publieke opinie over vuurwerk de laatste jaren veranderd. Uit een in april vorig jaar verschenen onderzoek van I&O Research bleek dat 48 procent van de Nederlanders voor een algemeen vuurwerkverbod voor particulieren is. De steun daarvoor is sinds 2016 toegenomen. Als een dergelijk verbod met een centraal georganiseerde vuurwerkshow wordt gecombineerd, dan is het percentage voorstanders 55 procent.
In een aanvullende peiling van I&O Research in november bleken de verhoudingen te zijn verschoven: 50 procent van de Nederlanders is volgens het laatste onderzoek voorstander van een algemeen verbod voor particulieren en 45 procent is tegen.
Wat betreft knalvuurwerk is de meerderheid groter: dan is 66 procent voor een verbod, ten opzichte van 63 procent een jaar eerder. 48 procent is voor een verbod op vuurpijlen, een jaar eerder lag dat op 41 procent.
NUjij: Uitgelichte reacties