Direct naar artikelinhoud
Sterrenkunde

‘Sonde die de zon aanraakt’ onthult eerste geheimen van onze moederster

Tekening van de Parker Solar Probe.Beeld Nasa

Het ruimteschip dat NASA in 2018 richting de zon vuurde, heeft zijn eerste wetenschappelijke vruchten afgeworpen. De sonde moet onder meer onthullen of de zon zich op termijn niet zal ontpoppen tot kosmisch gevaar voor onze technologische samenlevingen.

Onderzoekers somden de bevindingen op in vier artikelen die verschenen zijn in vakblad Nature. Dat de Amerikaanse ruimtevaartorganisatie NASA geïnteresseerd is in het gedrag van de zon, is logisch. Niet alleen is vrijwel al het aardse leven afhankelijk van de zon, met een beetje pech kan onze moederster zich ook ontpoppen tot een kosmische ruiter van de apocalyps. In de somberste astronomische scenario’s legt een fikse deeltjesuitbarsting op haar oppervlak bijvoorbeeld alle aardse apparaten plat, iets waar onze steeds nadrukkelijker van technologie afhankelijke samenlevingen slecht op zijn voorbereid.

Tegelijk snappen we nog maar verdraaid weinig van hoe de zon zich gedraagt. Reden genoeg voor de Amerikaanse ruimtevaartorganisatie NASA om een onbemand onderzoeksschip die kant op te sturen.

Een stukje van niets

Daarvoor moet die zogeheten Parker Solar Probe onze moederster wel relatief dicht naderen. “De sonde die de zon kan aanraken”, noemt de geoliede persmachine van NASA het ruimtevaartuig daarom ook wel. Op kosmische schaal, moet je daar dan wel meteen bij denken. Want van écht aanraken is geen sprake. Op z’n dichtst nadert de Parker Solar Probe onze moederster tot zo’n 6,2 miljoen kilometer. Naar aardse begrippen is die afstand gigantisch – snij onze planeet doormidden, leg er een lange liniaal langs en je meet ruim 12.000 kilometer – maar op de schaal van het zonnestelsel is het een stukje van niets. Mercurius, de planeet het dichtst bij de zon, staat bijvoorbeeld op zo’n 58 miljoen kilometer afstand.

Op zijn punt van dichtste nadering boekt de sonde overigens wel een primeur. Het vaartuig vliegt dan de corona van de zon binnen, het gebied bomvol straling en deeltjes dat je vanaf de aarde kunt zien tijdens een zonsverduistering. In die corona wortelt de zonnewind en ook de deeltjesuitbarstingen die potentieel gevaarlijk zijn voor onze technologie.

Verrassende details

Over onder meer die corona duiken in de nieuwe onderzoeken nu details op die wetenschappers verrassen. Zo blijkt het magneetveld van de zon, dat met de zonnewind mee de ruimte in wordt gesleurd, bijvoorbeeld veel krachtiger van richting te veranderen dan tot nog toe gedacht. Verder werd onder meer de vorm van het magneetveld beter in kaart gebracht.

Sterrenkundige Rob Rutten, emeritus-hoogleraar aan de Universiteit Utrecht, noemt de uitkomsten heel interessant. “We leren hierdoor nieuwe natuurkunde. Het laat zien dat dit soort processen nog complexer is dan we al dachten”, zegt hij. “Maar voorlopig is de heilige graal van dit vakgebied – het voorspellen van zonne-uitbarstingen zoals je ook het weer voorspelt – nog niet in zicht.”

De komende jaren zullen wetenschappers de zon naar verwachting steeds beter leren kennen. De Parker Solar Probe vliegt in 2024 voor het eerst de buitenste delen van de corona binnen – de huidige metingen werden gedaan van zo’n 24 miljoen kilometer afstand. De Europese ruimtevaartorganisatie ESA lanceert in 2020 bovendien haar eigen zonnemissie. Die nadert onze moederster niet zo dicht als de Parker-sonde, maar heeft wel meer wetenschappelijke apparatuur aan boord om de zon haar diepste geheimen te ontfutselen.