Gebroken rib en beenbreuken: Haags ouderpaar voor de rechter voor zware mishandeling babytweeling

Begin 2010 brachten de ouders een van de meisjes naar het ziekenhuis omdat ze kortademig was. De arts die naar de longetjes wilde kijken, ontdekte op het kleine babylijfje overal blauwe plekken. Nader onderzoek volgde en bracht een bloeding onder de schedel aan het licht, een gebroken rib en beenbreuken. Ook bij haar zusje werden botbreuken gevonden.

In eerste instantie kwamen de ouders met verhalen dat de kinderen zichzelf of elkaar hadden verwond, of dat misschien zelfs een familielid die één keer had opgepast dit moest hebben gedaan. 

Maar in 2013 oordeelde de rechtbank dat de wonden niet door de baby’s zelf konden zijn toegebracht, daar waren ze te klein voor. Het familielid kon het ook niet hebben gedaan, omdat de kinderen zeker bij vijf gelegenheden waren mishandeld.

De rechter veroordeelde het stel toen tot een jaar cel voor het medeplegen van poging tot doodslag. Bij het hoger beroep is de zaak lang op de plank blijven liggen. Daarom is de strafeis nu veel lager en voor een lichtere aanklacht: zware mishandeling en poging tot zware mishandeling. Ook telt voor de aanklager mee dat de kinderen in een pleeggezin opgroeien. 

Elke ochtend het nieuws uit Den Haag in je mailbox? Schrijf je in voor de nieuwsbrief!