Logo Joop
De opiniesite van BNNVARA met actueel nieuws en uitgesproken meningen

Het geweld tegen KOZP is het gevolg van bestuurlijke lafheid

  •  
09-11-2019
  •  
leestijd 4 minuten
  •  
68 keer bekeken
  •  
31058826735_82d1d9e3c2_k

© cc-foto: Gerard Stolk

Onze leiders ontbreekt het aan moed om de tijd van verandering en de noodzaak van maatschappelijk brede dialoog in te luiden
Vrijdagavond heeft een horde vandalen ruiten ingegooid en zware vuurwerk ingezet bij een conferentiezaal, om met deze intimidaties een landelijke bijeenkomst van KOZP (Kick Out Zwarte Piet) in onze stad Den Haag te verstoren.
Ik neem aan dat stadsbestuurders, noch landelijke bestuurders, deel uitmaakten van deze kwade kudde. Toch neem ik hen wel het meest kwalijk. Dat het zover kan komen met de Zwarte Piet discussie, en breder nog in de maatschappij, dat het hele gesprek over de multiculturele samenleving is overgenomen door schreeuwlelijken, valt te wijten aan de top van onze maatschappelijke instituties. Het vandalisme van vrijdag is wat je als samenleving oogst als je je in slaap laat sussen door relativerende prietpraat van een generatie leiders, die alleen de makkelijke boodschap naar de autochtone culturele meerderheid durven brengen. Dat alles bij het oude zal blijven. Die niet durven zeggen, dat het leven in een superdiverse stad ook van de burgers van Nederlandse origine om meer cultuursensitiviteit, en ja, ook aanpassing vraagt.
“Zwarte Piet is zwart en dat kan ik niet veranderen. Zo heet hij nu eenmaal” , “Het is een oude kindertraditie en daarin gaat het niet over een groene of bruine piet. Ik kan alleen zeggen dat mijn vrienden op de Nederlandse Antillen heel blij zijn als ze Sinterklaas vieren omdat ze hun gezicht niet hoeven te schminken. En als ik zelf Zwarte Piet moet spelen dan ben ik dagen bezig om de verf van mijn gezicht te krijgen.” Het is 2014, aan het woord onze big smile premier Mark Rutte. Je oogst wat je zaait.
Die mentaliteit van ‘ik kan er niets aan veranderen’, van onze bestuurders en leiders, is in een notendop de grootste lacune op de weg naar een nieuwe inclusieve samenleving waarin alle burgers zich gehoord en gezien voelen. Een samenleving waarin de burgers van Nederlandse origine niet telkens onaangenaam verrast en gefrustreerd raken als ze merken dat hun medeburgers ook ruimte opeisen voor hun identiteit. Dat als ze geconfronteerd worden met het feit dat ook zij, wiens normen tot gisteren als vanzelfsprekend waren, in deze tijd met de burgers met andere geschiedenis en andere culturele referentie in dialoog moeten gaan op zoek naar ‘het nieuwe normaal’. Dat een nieuwe maatschappelijke balans en een nieuw wij-gevoel gezocht en gevonden moet worden, en dat die zoektocht ook inzet, empathie en souplesse eist van de meerderheid.
Maar onze leiders ontbreekt het aan moed om de tijd van verandering en de noodzaak van maatschappelijk brede dialoog in te luiden. Hun gebrek aan moed is de oorzaak van de huidige polarisatie in de samenleving, een conflictueuze situatie die nu en dan ook tot echt conflicten leidt, zoals vrijdag.
Onze stad Den Haag is momenteel het epicentrum van deze conflictueuze situatie. Dat is niet toevallig. Van oudsher is Den Haag een verzameling van vele dorpen en parallelle gemeenschappen. Met de aankomst van de immigranten een halve eeuw geleden is deze ordening zich gaan schikken volgens een geografische apartheid, het oude zand versus veen is langzamerhand verworden tot Hollands versus niet-westers. Dit samenvallen van geografische en etnische scheidslijnen scheidslijnen versterkt vooroordelen en negatieve stereotypering over en weer. Dat kan iedere eerstejaarsstudent sociale wetenschappen u vertellen. Maar onze bestuurders, van welke politieke kleur dan ook, wagen zich er niet aan om deze ongunstige etnisch-geografische ordening aan te kaarten.
Den Haag is ook de stad van een schizofrene politieke arena waar tot voor kort Richard de Mos, de reactionaire tovenaarsleerling van Wilders, samen regeerde met het überprogressieve GroenLinks. Een gemeenteraad met 15 fracties, waaronder vier eenmansfracties, waarvan er drie – 3! – een islamitisch elan kennen. Den Haag is ook de stad waar zich momenteel bij de politie de grootste vertrouwenscrisis afspeelt. Ook bij deze vertrouwenscrisis is de omgang met de multiculturele stad en diversiteit in het geding.
Het zou een vergissing zijn om wat vrijdag gebeurde te reduceren tot een ‘incident’ en een ‘Haags dingetje’. Het Zwarte Piet-debat is het topje van de ijsberg. Vele debatten over het uitvinden en inrichten van een inclusieve samenleving staan ons te wachten. En omdat onze zittende elite en bestuurders het niet aandurven zich hieraan te branden, pakken reactionaire krachten als Pegida, Wilders en zijn leerlingen; de völkische rechtsfilosofen uit Leiden en hun buitenpost op het Binnenhof, Thierry Baudet, die handschoenen op.
Men moet dan niet gek opkijken als de niet-westerse burgers in steden als Den Haag op zoek gaan naar een radicaal weerwoord tegen zoveel reactionair verbaal – en soms – fysiek geweld. Dat dat nog niet grootschalig is gebeurd, pleit voor het geduld en de redelijkheid van deze minderheden maar bij het dooretteren van de huidige situatie biedt dat geen garantie voor hun toekomstige keuzes.
Het wordt tijd dat er nieuwe maatschappelijke leiders en bestuurders opstaan, met de durf en met de vergezichten die een maatschappelijke brede dialoog over de toekomst van onze samenleving waardig gestalte kunnen geven.
Delen:

Praat mee

onze spelregels.

avatar
0/1500
Bedankt voor je reactie! De redactie controleert of je bericht voldoet aan de spelregels. Het kan even duren voordat het zichtbaar is.