Direct naar artikelinhoud
Coalitie tegen IS

De Nederlandse bom op de bomfabriek in Hawija trof IS hard

Foto die Judit Neurink van de schade in Hawija schoot, begin 2018.Beeld Judit Neurink

De Nederlandse bom die in 2015 een bomfabriek van de terreurgroep Islamitische Staat vernielde, doodde volgens ooggetuigen naast 52 burgers zo’n honderd familieleden, strijders en leiders van IS. Dat dacht dat de fabriek hun juist bescherming bood: de aanwezigheid van burgers zou de coalitie ervan weerhouden te bombarderen.

Door de bom die Nederlandse vliegtuigen in juni 2015 lieten vallen op een bommenfabriek van de islamitische terreurgroep IS in het Iraakse stadje Hawija zijn zeker 150 doden gevallen, melden lokale bronnen. Onder hen waren 52 burgers. De meerderheid van de slachtoffers was echter verbonden aan IS, en zij zijn in een gezamenlijk massagraf begraven.

Dat zegt hulpverlener Abdulwahab Fadail in de naburige oliestad Kirkuk, na gesprekken met de burgemeester van Hawija en met burgers die in de stad waren toen de fabriek explodeerde. Daarbij ontstond grote schade; tot ongeveer een kilometer verder werden alle gebouwen verwoest, en tot op drie kilometer werd het glas uit ramen geblazen. Bij een bezoek van deze verslaggever kort na de bevrijding van Hawija eind 2017, was vrijwel niets van de schade nog hersteld.

Veel explosieven opgeslagen

De enorme schade kwam doordat IS bij de fabriek veel explosieven had opgeslagen. Fadail, die als humanitair coördinator voor enkele Iraakse districten vanuit Kirkuk werkt, hoorde van ooggetuigen en ambtenaren dat er zeker zeven voertuigen stonden. Naast enkele vrachtwagens met TNT ook bomauto’s voor aanslagen op controleposten en in Kirkuk, een stad die IS graag wilde veroveren – iets waar de terreurorganisatie uiteindelijk niet in zou slagen.

“IS had de gewoonte deze bomfabrieken midden tussen woningen te vestigen,” zegt Fadail. “Mensen bleven er wonen omdat iedereen dacht dat de fabriek geen doelwit zou zijn vanwege het grote aantal burgers in de directe omgeving.” Omdat veel burgers er zelf voor kozen te blijven wil hij echter niet spreken van menselijke schilden. “Mensen dachten juist dat het veilig was.”

Volgens de ooggetuigen woonden er zowel IS-families als burgers die de stad niet hadden kunnen verlaten toen IS haar bezette. De terreurgroep bracht er bovendien gevluchte leden onder uit andere steden die inmiddels waren bevrijd of waar nog werd gevochten, zoals Tikrit en Falluja.

Alleen IS kent massagraf

De lokale gezondheidsdienst in Hawija meldde aan Fadail dat ze 52 lichamen van burgers had ontvangen, die daarna door hun families zijn begraven. IS gaf die lichamen echter pas vrij nadat ze haar eigen mensen uit de puinhopen had gehaald. Zo’n honderd van hen, onder wie volgens ooggetuigen ook buitenlandse strijders, liggen in een massagraf waarvan de locatie alleen bij IS bekend was. Volgens Fadail wordt er nog steeds naar gezocht.

In Hawija waren na de explosie dubbele gevoelens, zegt Fadail. “Mensen waren boos op IS, en op de coalitie. Omdat die laatste de burgers had moeten beschermen, en de aanval ’s nachts plaatsvond in plaats van overdag, terwijl er dan minder slachtoffers zouden zijn geweest. En op IS omdat die de burgers in feite tot doelwit had gemaakt.” Maar er was ook verborgen blijdschap. “Veel mensen waren blij dat zoveel IS-leden waren omgekomen en dat onder hen ook leiders waren.”

De explosie had volgens ooggetuigen door de dood van die leiders gevolgen voor het functioneren van IS in Hawija. De groep was daardoor een gevoelige slag was toegebracht, zegt Fadail.

Hawija als IS-bolwerk 

Het zeer conservatieve Hawija speelde voor de overname door IS in 2014 een belangrijke rol bij de protesten van soennitische Irakezen tegen de sjiitische regering die na de val van de soennitische dictator Saddam Hoessein de macht had overgenomen. Het werd een IS-bolwerk, hoewel lang niet alle burgers de groep steunden. De stad gaf IS toegang tot een belangrijke oliebron.

Vanwege het stigma van Hawija als IS-stad zien internationale organisaties ervan af inwoners geld te geven voor herbouw van hun woning. Slachtoffers wachten op compensatie van de Iraakse overheid, maar die is nog niet uitbetaald. Daardoor wonen nog honderdduizenden in opvangkampen.

Lees ook:

Dit is wat we weten over de Nederlandse aanval op Hawija

Volgens NRC en de NOS zijn er door een bom uit een Nederlandse F-16 in 2015 bij de Iraakse stad Hawija 70 doden en ongeveer honderd gewonden gevallen.