Opinie: 'Minima worden stilzwijgend gekort, een loepzuiver geval van discriminatie'

In 2011 is geruisloos besloten tot een korting op de bijstand.

In 2011 is geruisloos besloten tot een korting op de bijstand. Foto ANP

Het barst van de initiatieven om armoede te bestrijden, maar waarom wordt er weggekeken van de korting van zo’n 13,5 procent netto (!) op de minima; een loepzuiver geval van discriminatie? Pak dat onrecht eerst aan.

Lees meer over
Opinie

Wetsvoorstel 32777 van het kabinet Rutte I: verlaag het sociaal minimum voor twintig jaar met het bedrag van een algemene heffingskorting. De Tweede Kamer (VVD, CDA, PVV, SGP) stemde hier 4 oktober 2011 mee in. In 2019 kost die maatregel huishoudens in deze situatie 2.477 euro netto per jaar (voor alleenstaanden is de korting 70 procent daarvan). Dat komt neer op 13,5 procent netto verlaging. Toch zwegen destijds media en politiek in alle talen over deze megakorting. En nog steeds is het een taboe-onderwerp.

Afschaffing kostwinnersmodel

Dit alles is des te vreemder als je bedenkt dat de korting berust op meten met twee maten. Wat is het geval? De regering zei dat de afschaffing van het kostwinnersmodel in de belasting (man verdient, vrouw achter het aanrecht) moest worden vertaald in de manier waarop het netto sociaal minimum wordt berekend op basis van het bruto minimumloon. Dat ging tot dan toe met een dubbele algemene heffingskorting (‘aanrechtsubsidie’ voor de vrouw). Omdat beide partners voortaan een inkomen moesten hebben, zou je denken dat dan gerekend zou worden met per partner een half minimumloon met heffingskorting (ieder 50 procent). Twee heffingskortingen dus in plaats van de dubbele heffingskorting — geen verschil in uitkomst. Maar nee, de regering paste vervolgens datzelfde af te schaffen kostwinnersmodel toch toe: voor het paar werd nog maar één heffingskorting gerekend — geen emancipatie voor de minima én de megakorting. Dat is rechtvaardigheid preken en onrecht doen.

Grondwet

Zoals Jan Terlouw zei (in de 15.000ste uitzending van Met het oog op morgen op 10-05-2019): iedere politicus moet, als ie een beslissing moet nemen, dezelfde vraag beantwoorden: wat vind ik rechtvaardig?

Hadden politiek en media zich die vraag gesteld in 2011, dan was het niet tot de korting gekomen. Ten eerste hadden ze zich de buitengewone omvang van de korting gerealiseerd. Ten tweede hadden ze de maatregel getoetst aan de grondwet. Dat beide niet zijn gebeurd, getuigt van uitsluiting: gewone regels gelden niet voor mensen met bijstand. Als het klopt dat de beschaving van een land is af te meten aan de manier waarop met de minima wordt omgegaan, dan zijn we op de weg naar beneden. Wie zijn dan als volgende aan de beurt?

In 2011 verzuimde de politiek principieel stelling te nemen tegen de discriminerende megakorting. Ook in de verkiezingsprogramma’s in 2012 ontbrak zo’n stellingname. D66 wilde de korting zelfs uitbreiden tot de AOW!

Rechtvaardigheid

En waar waren, en zijn, de media, toch hoeders van het publieke domein? Wordt het niet tijd dat zij wensen van politici die zonneklaar in strijd zijn met de grondwet, markeren opdat de lezer weet dat de politicus in kwestie buiten de lijnen van de rechtsstaat speelt? Zo staat me bij dat VVD-lijsttrekker Rutte in Pauw & Jinek (van 06-03-2017) ijskoud verdedigde dat mensen met bijstand het ook wel zonder vakantiegeld konden stellen — alsof hij het over zijn cavia’s had. Hierbij had een rood zwaailicht gepast wegens ongelijke behandeling (willekeur). Zodat ook de sociale giftigheid van dit soort stemmingmakerij aan de kaak wordt gesteld. Nederland is geen pret-AH met bonusaanbiedingen en een klantenpanel, maar een vereniging van gelijke burgers. Zo’n vereniging blijft alleen in stand bij onderling vertrouwen. Onderling vertrouwen blijft alleen in stand bij rechtvaardigheid. Zo simpel, en zo moeilijk, is het. Dat vergt dagelijks onderhoud. En mondige burgers.

Moreel kompas

Er lijkt sprake van een stilzwijgende kamerbrede afspraak onder de Haagse kaasstolp om de discriminerende korting in stand te laten — het ongedaan maken van deze valse bezuiniging neemt ook een fors bedrag; kennelijk worden mensen met bijstand dat niet waard geacht. Ook zal meespelen dat er geen stok achter de deur is, geen tegenmacht: er is in Nederland geen rechter die wetten aan de grondwet toetst. Dat moet de wetgever zelf doen, met name de Eerste Kamer. Die heeft dat hier dus niet gedaan. Verder zijn ook lagere overheden, toch druk met de armoedebestrijding, hier niet in de bres gesprongen. Laten we hopen dat alle betrokkenen alsnog hun verantwoordelijkheid nemen.

Verder zijn er mensenrechtenverdragen die discriminatie verbieden. Daaraan mag de rechter wel toetsen. In ieder geval beveel ik mensen met bijstand dringend aan om naar de rechter te stappen in hun eigen belang en dat van de eerlijkheid in dit land.

Dus armoedebestrijding? Prima! Maar zet eerst uw moreel kompas aan. Anders blijven we zitten met een onwaarachtige armoede-industrie en een rafelende rechtsstaat.


Mr. B. P. M. Nieuwhof is gepensioneerd, hij was onder meer beleidsontwerper studiefinanciering en sociaal raadsman