Vier miljoen euro trok de gemeente Zandvoort dit jaar uit voor de organisatie van een Formule 1-race op circuit Zandvoort. Maar dat is niet genoeg, blijkt uit de concept-najaarsnota die nog besproken moet worden in de gemeenteraad..
Het Formule 1-budget 'staat onder spanning', klinkt het zuinigjes in het raadsstuk. De korte voorbereidingstijd voor de grand prix die voor mei 2020 is voorzien, de hoge werkdruk en de vele media-aandacht en -verzoeken maken dat er veel ambtelijke capaciteit nodig is om het project tot een goede uitvoering te brengen.
Meebetalen aan het spoor
Ronduit een tegenvaller is de 1,2 miljoen euro die Zandvoort bij moet dragen aan gewenste aanpassingen aan het spoor. Die moeten het mogelijk maken dat op wedstrijddagen tot twaalf treinen per uur van en naar Zandvoort moeten kunnen rijden, om zo veel mogelijk van de verwachte 125.000 bezoekers per dag per trein aan en af te voeren.
Eerder stelde het college van Zandvoort nog dat 'dergelijke kosten – indien van toepassing – niet voor rekening van de gemeente Zandvoort mogen komen'. In de najaarsnota is dat vergeten en schrijft het college dat destijds 'geen rekening is gehouden met kosten van mogelijke aanpassingen aan het treinstation Zandvoort en het spoortracé'.
Lobbyist
Een tweede tegenvaller is de lobbyist die het college na aandringen van de raad in de arm moest nemen. Ook 'eventuele kosten' van deze persoon zijn niet in het huidige budget voorzien, meldt het college. Bedragen worden in de najaarsnota nog niet genoemd. "Momenteel worden de (kosten)ramingen geactualiseerd". In de loop van oktober moet 'een actueel financieel beeld' van het project beschikbaar zijn.
De grand prix is voor een periode van drie jaar naar Zandvoort gehaald. Maar ook na 2022 wil de gemeente dat het Formule 1-circus de kustplaats blijft aandoen. "Het college gaat er van uit dat de terugkeer van de Formule 1 een dermate succes wordt dat de optie voor de jaren 2023 en 2024 werkelijkheid wordt." De financiën daarvoor – voorlopig geraamd op 400 duizend euro per jaar – wil het college als stelpost opnemen in de begrotingen.
Coalitiepartij gepikeerd
De grootste raadsfractie, tevens coalitiepartij, OPZ is not amused, blijkt uit raadsvragen die zijn ingediend. Volgens fractievoorzitter Peter Kramer is op een informatiebijeenkomst begin september toegezegd dat de 1,2 miljoen euro die nodig is voor spooraanpassingen zou worden gedekt uit de 4 miljoen die in maart opzij werd gezet.
De fractie wil een risicoanalyse omdat 'op dit moment geen onderbouwd financieel overzicht kan worden aangeleverd van al gedane bestedingen, toekomstige verplichtingen en toezeggingen'. Daardoor nemen de zorgen bij OPZ toe dat het college geen controle heeft over de financiën van het project.
