Hazim Fouad, medewerker van de Duitse staatsveiligheidsdienst, heeft onderzoek gedaan naar wat moslims denken van salafisten. Daaruit blijkt dat de extremistische stroming zeer impopulair is, alleen al omdat de salafisten iedere gelovige die niet leeft zoals zij als ‘geen echte moslim’ beschouwen. “Dit betekent dat niet elke criticus van het salafisme automatisch een onberispelijke democraat is, omdat het spectrum varieert van liberaal-moderne tot ultra-conservatieve standpunten.” Volgens Fouad is dat een logisch gevolg van de grote diversiteit aan denkbeelden binnen de islam. Daardoor is er ook geen sprake van een ‘verenigd front’ tegen de extremisten hoewel ze wel volop door niet-extremistische gelovigen bekritiseerd worden via boeken, preken, essays en videocolleges.
Salafisten vormen binnen de islam een splinterbeweging die er fundamentalistische geloofsopvattingen op na houden. Volgens Fouad gaat het in Duitsland om 0,2 procent van de moslims. Het proefschrift, waarvoor Fouad internationaal religieuze teksten bestudeerde, toont volgens SPD-senator Ulrich Mäurer aan dat de islam op zich niet vijandig staat tegenover Westerse democratieën. “Integendeel, zowel hier als in islamitische landen worden democratisch ingestelde mensen, moslims of niet, geconfronteerd met extremisten.” De moslims worden min of meer gegijzeld door de extremisten die de religie trachten te kapen. “We staan samen tegenover extremisten, ongeacht welke religie we horen,” aldus Fouad.
Volgens Mäurer is het zaak de moslimgemeenschap zoveel mogelijk te betrekken bij de strijd tegen de salafisten, bijvoorbeeld met preventieprojecten die moeten voorkomen dat jongeren radicaliseren.