Luister naar

Opinie: Ook de moslims zelf zijn verdeeld over de vraag hoe een vrouw zich moet bedekken

Nieuws
In de discussie over het boerkaverbod – sinds 1 augustus – blijft vaak onderbelicht waar het idee van islamitische gezichtsbedekking eigenlijk vandaan komt.
Joas Wagemakers als universitair hoofddocent werkzaam a.. Religiewetenschappen van de Universitei..
donderdag 5 september 2019 om 18:05
Een punt van onenigheid onder moslims is welke delen van het lichaam nu precies bedekt moeten worden. Tot hoever moet een sluier bijvoorbeeld reiken en wat wordt bedoeld met het te bedekken ‘sieraad’ van de vrouw?
Een punt van onenigheid onder moslims is welke delen van het lichaam nu precies bedekt moeten worden. Tot hoever moet een sluier bijvoorbeeld reiken en wat wordt bedoeld met het te bedekken ‘sieraad’ van de vrouw? anp / Niels Wenstedt

Als je kijkt naar wat moslims van deze discussie vinden, dan zie je dat zowel geleerden als de dragers zelf verdeeld zijn over waarom sluiers nodig zijn, wie ze moeten dragen en hoe ze eruit moeten zien. De Nederlandse context maakt het nog ingewikkelder.

Islamitische sluiers komen voort uit het idee van kuisheid, dat zowel voor mannen als vrouwen voorgeschreven is. Soera 24: 30-1 stelt dat moslimvrouwen onder andere sluiers moeten dragen en hun ‘sieraad’ niet mogen tonen. Volgens sommige geleerden duidt dit erop dat er een zekere scheiding moet zijn tussen niet-verwante mannen en vrouwen, om zo onkuisheid te voorkomen. Middelen als hoofddoeken en sluiers kunnen voor deze scheiding zorgen Andere geleerden gaan echter verder. Zij omschrijven vrouwen als een bron van ‘verleiding’ (fitna) en daarom als een mogelijke aanleiding tot maatschappelijke onrust. Om die reden moeten zij zich (volledig) bedekken en zo weinig mogelijk aanstoot geven.

profeet

Diverse passages uit de Koran lijken het bovenstaande te onderschrijven. In soera 33:53 wordt bijvoorbeeld gesteld dat als mannen binnenshuis iets tegen niet-verwante vrouwen willen zeggen, ze dat vanachter een ‘afscheiding’ moeten doen.

Toch bekritiseren sommige geleerden deze gedachtegang. Zo wijzen zij erop dat soera 33 expliciet gericht is aan de vrouwen van de profeet Mohammed, niet aan vrouwen in het algemeen.

Voor veel moslims zijn de vrouwen van de profeet echter belangrijke rolmodellen. Het lijkt er dan ook op dat ook de regels die aanvankelijk alleen gericht leken te zijn op Mohammeds vrouwen uiteindelijk door moslima’s in het algemeen zijn overgenomen.

hidjab, nikab, boerka

Een derde punt van onenigheid is welke delen van het lichaam nu precies bedekt moeten worden. De tot nu toe gebruikte termen zijn behoorlijk vaag. Tot hoever moet een sluier bijvoorbeeld reiken en wat wordt bedoeld met het te bedekken ‘sieraad’ van de vrouw?

Dit hangt samen met de Arabische term ‘awra’, wat ‘geslachtsdelen’ kan betekenen, maar ook kan verwijzen naar andere lichaamsdelen die een vrouw moet bedekken. Afhankelijk van wat men hiertoe rekent, verschilt de bedekkende kleding van de vrouw.

In de praktijk uit zich dit in moslima’s die (soms uit protest tegen opgelegde regels hieromtrent) slechts een deel van hun haar bedekken met een loszittende hoofddoek, terwijl anderen heel hun hoofd verhullen met een strakke doek. Weer anderen bedekken ook hun schouders en borst. Deze vorm wordt een hidjab genoemd.

ogen

Volgens anderen omvat de ‘awra’ ook het gezicht, dat zij bedekken (behalve de ogen) met een nikab of – in Afghanistan – met een boerka, die ook de ogen bedekt. Het boerkaverbod in Nederland gaat feitelijk meestal over nikabs, niet over echte boerka’s.

Er is dus zowel theoretisch (onder moslimgeleerden) als in de praktijk (onder moslima’s) onenigheid over waarom vrouwen zich dienen te bedekken, over wie dat eigenlijk zouden moeten doen en ook over hoe dat precies vorm moet krijgen in het dagelijks leven.

Slechts een zeer kleine minderheid van enkele honderden Nederlandse moslima’s draagt een nikab, op een totaal van honderdduizenden. Desondanks zijn ook veel andere moslimvrouwen – en hun medestanders – tegen het boerkaverbod.

op de tocht

Dit standpunt hangt dan ook niet zozeer samen met hun visie op hoofdbedekking, maar met het idee dat moslims als enige gelovigen in ons land niet zelf mogen bepalen wat ze dragen. Voor hen is het boerkaverbod dan ook een teken van islamofobie. Op deze manier wordt het dragen van allesbedekkende kleding voor veel moslims onderdeel van een strijd om rechten die voor andere Nederlanders vanzelfsprekend lijken, maar voor hen op de tocht staan.

De boerka – of, beter gezegd, de nikab – wordt daarmee het toppunt van ironie: waar veel niet-moslims het zien als een teken van onderdrukking, beschouwen gesluierde vrouwen het zelf vaak als een uiting van godsdienstvrijheid waar ook zij recht op hebben.

Bovendien is deze bedekkende kleding voor vrouwen – die aanvankelijk bedoeld lijkt te zijn geweest om het geven van aanstoot te voorkomen – voor veel Nederlanders juist een steen des aanstoots gebleken. <

Mail de redactie
Mail de redactie
Heeft u een tip over dit onderwerp, ziet u een spelfout of feitelijke onjuistheid? We stellen het zeer op prijs als u ons daarover een bericht stuurt.
Het beeld van de kerk als familie helpt mij om te beseffen waarom ik blijf. Een familie wordt je gegeven, je kiest in de kerk niet voor de mensen die je omringen.

Je ergert je in de kerk groen en geel, maar altijd volgt het moment dat je weet: we horen bij elkaar

'Ik overwoog als twintiger een jaar te stoppen met alles wat met het christelijk geloof te maken had.' Nelleke Plomp schrijft waarom ze blijft in een kerk waar ‘de aardappels regelmatig aanbranden’.

Kleine bedrijven zouden weleens meer kunnen bijdragen aan duurzaamheid, dan ze in enquêtes aangeven.

Kleine bedrijven minder duurzaam dan grote? Waarschijnlijk práten ze er minder over

Johan Graafland stelt dat kleine bedrijven achterblijven in duurzaamheid (ND 23 maart). Dat waagt ondernemer Henk Broekhuizen op basis van zijn eigen ervaring te betwijfelen.

Opinie

De lente is een tijd van vernieuwing en daar kunnen wij een voorbeeld aan nemen

De lente is een tijd van transformatie. Laten wij daarin de natuur volgen, en zelf ook transformeren, schrijft de Afghaanse dichter en schrijver Abdul Basir Shafaq.

Bij christelijke organisaties lopen geloof en werk soms op een ongezonde manier door elkaar.

Werken bij christelijke organisatie valt soms tegen: zalvende woorden maar onrecht blijft bestaan

Het Nederlands Dagblad besteedde aandacht aan manipulatie, machtsmisbruik in de evangelische wereld. Maar het probleem speelt ook bij andere christelijke organisaties, schrijft Ineke Evink van vakorganisatie CGMV.

Mark Rutte, Geert Wilders en Sigrid Kaag. We hebben deze drie soorten politici nodig. Sterker, we zijn zélf van dit soort types en gedragen ons er naar.

We zijn saai, moralist en boos. En zo zijn ook onze politici. Daarom kunnen ze lastig samenwerken

Wij Nederlanders lijken op Rutte, Kaag en Wilders. Frank van den Heuvel laat zien hoe het karakter van iedere Nederlander bij een van deze drie politici past.

Stel dat ‘doe dit, tot Mijn gedachtenis’ al begint op het land? Dat is dus niet: onderwerp de grond aan een regime van uitputting, tot Mijn gedachtenis.

Avondmaal en eucharistie beginnen in de grond, waar het krioelt van torren en wormen

Jezus zegt niet: spuit gif op de vrucht en het blad en dood in het voorbijgaan alles er omheen, tot Mijn gedachtenis. Theoloog en boer in opleiding Elsa Eikema stelt prikkelende vragen bij ons avondmaal.